Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard

Beleidsregel Emissiegrenswaarden voor zware metalen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieHoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard
Officiële naam regelingBeleidsregel Emissiegrenswaarden voor zware metalen
CiteertitelBeleidsregel Emissiegrenswaarden voor zware metalen 2009
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerpOVERHEID.modelverordeningenDomein

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze beleidsregel is gebaseerd op het Besluit algemene regel voor inrichtingen milieubeheer  en het Besluit afvalwater huishoudens.

Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 6-1-2009

Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: IJssel en Lekstreek, week 3 van 2009

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend.

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

06-01-200920-04-2010nieuwe regeling

06-01-2009

IJssel en Lekstreek, week 3 van 2009

2008.07390

Tekst van de regeling

Beleidsregel Emissiegrenswaarden voor zware metalen (nr. 2008.07390)

Beleidsregel Emissiegrenswaarden voor zware metalen

Inleiding

Voor het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard (HHSK) is het belangrijk dat zware metalen geen probleem vormen voor de kwaliteit van het oppervlaktewater. Het is daarom nodig om lozingen van met zware metalen verontreinigd hemelwater te reguleren.

Op 1 januari 2008 zijn het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (het zogenaamde Activiteitenbesluit) en het Besluit lozing afvalwater huishoudens van kracht geworden. Tot die tijd gold binnen het beheergebied van HHSK een lozingsverbod voor zware metalen. In een beperkt aantal situaties is een vergunning verleend. In een aantal gevallen trad HHSK handhavend op.

Met het in werking treden van de bovengenoemde besluiten is een verandering opgetreden.

In deze besluiten ontbreken concrete eisen voor lozingen van hemelwater. Daarmee is het lozen van verontreinigd hemelwater in principe toegestaan.

HHSK beschouwt dit als een ongewenste situatie.

Op grond van de zorgplicht kan een waterschap (het bevoegde gezag) maatwerkvoorschriften opstellen. Deze beleidsregel vormt de grondslag voor het stellen van maatwerkvoorschriften voor de lozing van hemelwater dat zware metalen, onopgeloste bestanddelen en minerale olie bevat. Het betreft hemelwater dat afkomstig is van:

1.      dakvlakken, dakgoten en gevels;

2.      steigers, bruggen en andere installaties in of boven het oppervlaktewater;

3.      verhard oppervlak bij particulieren en bedrijven.

Doel

Voor lozingen van verontreinigd hemelwater stelt het hoogheemraadschap stelt zich ten doel:

1.      toxische effecten van zware metalen, minerale olie en onopgeloste bestanddelen zoveel mogelijk te beperken;

2.      verslechtering van de waterkwaliteit te voorkomen;

3.      afwenteling naar een ander milieucompartiment tegen te gaan.

Hoe gaat HHSK om met lozingen van hemelwater op oppervlaktewater?

·         Puntlozingen van met zware metalen, minerale olie en/of onopgeloste bestanddelen verontreinigd hemelwater zijn niet toegestaan, tenzij de concentratie in het afstromende hemelwater lager is dan de onderstaande norm:

Tabel

Cadmium

2

Koper

11,4

Lood

220

Nikkel

6,3

Zink

120

Minerale olie

500

Onopgeloste bestanddelen

50 (mg/l)

·          Diffuse lozingen van met zware metalen verontreinigd hemelwater zijn niet toegestaan, tenzij de initiatiefnemer op basis van afspoelings- en waterkwaliteitsgegevens kan aantonen dat de bestaande kwaliteit van het ontvangende oppervlaktewater niet verslechtert. Verslechtering wordt daarbij als volgt uitgedrukt:

a)     het is niet toegestaan dat wateren die voldoen aan de streefwaarde als gevolg van een lozing niet meer aan de streefwaarde voldoen (stand-still-beginsel);

b)     het is niet toegestaan dat wateren die voldoen aan de MTR als gevolg van een lozing niet meer aan de MTR voldoen (stand-still-beginsel);

c)     daarnaast blijft de verhoging van de concentratie in het oppervlaktewater binnen de bandbreedte van de (natuurlijke) variatie van beschikbare meetreeksen, waarmee wordt vastgelegd dat er geen ‘meetbare’ verhoging van de concentratie mag optreden.

     Toetsing vindt onder andere plaats op basis van landelijk geaccepteerde afspoelingsgegevens voor zware metalen en de monitoringsgegevens voor waterkwaliteit van HHSK. HHSK beschikt over een protocol waarin de toetsingseisen zijn beschreven.

·         Indien voor lozingen niet aan de hierboven genoemde voorwaarden wordt voldaan, neemt de lozer maatregelen, in de vorm van toepassing van alternatieve materialen of oppervlaktebehandeling.

·         Het gebruik van uitlogende materialen is niet toegestaan indien geschikte alternatieve materialen beschikbaar zijn die niet kostenverhogend werken (best beschikbare techniek).

Verantwoording voor de normstelling

Voor lozingen van zware metalen worden 2 typen onderscheiden:

  • a.

    Puntlozingen, waarbij afstromend hemelwater via een duidelijk lozingspunt in het oppervlaktewater terecht komt;

  • b.

    Diffuse lozingen, waarbij de afstroming van het hemelwater niet plaats heeft via een duidelijk lozingspunt. Voorbeelden hiervan zijn roosters van verzinkte loopbruggen of krooshekken.

Beide verschillen in de mogelijkheid om de afvalwaterstroom te bemonsteren. Bij een puntlozing kunnen de gehaltes met behulp van een controlevoorziening worden gemeten en is het daarom mogelijk om emissiegrenswaarden vast te stellen. Bij een diffuse lozing is bemonstering niet mogelijk. Voor dit type lozingen wordt berekend in hoeverre een verslechtering van de waterkwaliteit zal optreden.

Bij overschrijding van de emissiegrenswaarden bij puntlozingen of een te verwachten verslechtering van de waterkwaliteit bij diffuse lozingen, neemt de lozer maatregelen om de uitloging van zware metalen te voorkomen.

De emissiegrenswaarden voor puntlozingen zijn voor cadmium, lood en nikkel vastgesteld op het niveau van het Maximaal Toelaatbaar Risico (MTR). Deze normstelling sluit het beste aan bij de normen van de Europese Kaderrichtlijn Water. Voor koper en zink is de norm vastgesteld op 3x MTR. Uit metingen is gebleken dat een scherpere norm in veel gevallen niet haalbaar is en daarmee in feite zou resulteren in een compleet lozingsverbod. Dat is in het licht van de nieuwe AMvB’s niet acceptabel.

Voor diffuse lozingen wordt op basis van berekeningen getoetst of, bij de te verwachten afspoeling van hemelwater, de concentraties zware metalen in het ontvangende oppervlaktewater zo hoog kunnen oplopen dat dit als een verslechtering van de waterkwaliteit moet worden aangemerkt. De berekening wordt gemaakt op basis van afspoelingsgegevens van de industrie en monitoringsgegevens van het meetnet waterkwaliteit van HHSK. Als er gebiedsspecifieke gegevens beschikbaar zijn over het binden van zware metalen aan in het water aanwezig organisch materiaal (de zogenaamde ‘biologische beschikbaarheid’), wordt dit in de toets meegenomen.

Juridisch kader

Met het hierboven gestelde beleid wordt invulling gegeven aan de zorgplichtbepaling van het Activiteitenbesluit en het Besluit lozing afvalwater huishoudens. De zorgplicht houdt in dat iedereen ervoor moet zorgen dat het milieu niet onaanvaardbaar wordt belast. Het bevoegd gezag heeft de taak aan te geven wat nog aanvaardbaar is en wanneer men niet meer aan de zorgplicht voldoet. Met deze beleidsregel geeft HHSK aan welke emissies voor zware metalen, onopgeloste bestanddelen en minerale olie nog aanvaardbaar zijn en wanneer maatregelen moeten worden genomen.

Handhaving

De concentraties zware metalen in afstromend hemelwater zijn sterk afhankelijk van de hoeveelheid hemelwater en de lengte van de voorafgaande droogteperiode. Voor een goede uitvoering van de handhaving maakt de afdeling Vergunningverlening en Handhaving voor de monitoring gebruik van een gestandaardiseerde werkwijze, waar een ‘natweerplanning’ deel van uit maakt. Handhavend optreden volgt als emissiegrenswaarden worden overschreden of, in geval van diffuse lozingen, op basis van de berekening kan worden verwacht dat de waterkwaliteit verslechtert.

Duur van de beleidsregel

De beleidsregel geldt voor onbepaalde tijd. Ook op landelijk niveau wordt overleg gevoerd over concrete invulling van de zorgplicht in relatie tot lozingen van verontreinigd hemelwater op oppervlaktewater. Dit kan leiden tot andere inzichten. Als daartoe aanleiding bestaat zal HHSK een nieuwe beleidsregel opstellen en publiceren.