Organisatie | Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier |
---|---|
Organisatietype | Waterschap |
Officiële naam regeling | Beleidsregels voor de toepassing van wegingsfactoren in fiscale procedures |
Citeertitel | Beleidsregels voor de toepassing van wegingsfactoren in fiscale procedures |
Vastgesteld door | dagelijks bestuur |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | financiën – belastingen |
Beleidsregels inzake de toepassing van de wegingsfactoren, genoemd in onderdeel C van de bijlage bij het Besluit proceskosten bestuursrecht, in verband met de vergoeding in fiscale procedures van kosten van bezwaar en administratief beroep
Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 10-3-2004
Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Holland Combinatie (datum onbekend)
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-04-2004 | 30-05-2008 | nieuwe regeling | 10-03-2004 Holland Combinatie (datum onbekend) | 04.2630 |
Beleidsregels voor de toepassing van wegingsfactoren in fiscale procedures
Artikel 3 Bezwaar tegen de belastingaanslag
Voor de toepassing van de wegingsfactoren, genoemd in onderdeel C.1. van de bijlage bij het Besluit proceskosten bestuursrecht, wordt een zaak aangemerkt als:
Op 12 maart 2002 is de wet tot wijziging van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) met betrekking tot de kosten van bezwaar en administratief beroep (Wet kosten bestuurlijke voorprocedures) in werking getreden (Staatsblad 2002, nr. 55). Per dezelfde datum is ook het gewijzigde Besluit proceskosten bestuursrecht in werking getreden (Staatsblad 2002, nr. 113). De Wet kosten bestuurlijke voorprocedures bevat een regeling voor de vergoeding van kosten die een belanghebbende in verband met de behandeling van zijn bezwaar of administratief beroep redelijkerwijs heeft moeten maken. Hiertoe zijn onder andere de artikelen 7:15 en 7:28 van de Awb gewijzigd.
In het Besluit proceskosten bestuursrecht is neergelegd op welke kosten een zodanige kostenvergoeding uitsluitend betrekking kan hebben. Op grond van dit besluit wordt het bedrag van de kosten van door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand vastgesteld door aan de verrichte proceshandelingen punten toe te kennen en die punten vervolgens te vermenigvuldigen met de waarde per punt en de toepasselijke wegingsfactoren. De waarde per punt bedraagt in fiscale procedures 161 euro.
In de beleidsregels is vastgelegd hoe het gewicht van een zaak (zeer licht, licht, gemiddeld, zwaar en zeer zwaar), genoemd in onderdeel C.1. van de bijlage bij het Besluit proceskosten bestuursrecht, wordt bepaald. Er wordt (zie artikelen 3 en 4 van de beleidsregels) een onderscheid gemaakt tussen procedures die betrekking hebben op een opgelegde belastingaanslag en procedures die betrekking hebben op andere fiscale beschikkingen dan belastingaanslagen. Heeft de procedure betrekking op een belastingaanslag, dan wordt bij het bepalen van het gewicht van de zaak aangesloten bij het bedrag van de in het geding zijnde belastingaanslag. Heeft de procedure betrekking op andere fiscale beschikkingen dan belastingaanslagen, dan geldt een vast gewicht. In de toelichting op de artikelen (zie hierna) worden hiervan voorbeelden gegeven.
Artikel 1 Reikwijdte beleidsregels
Op grond van deze bepaling hebben de beleidsregels slechts betrekking op gevallen waarin een belanghebbende tegen een fiscale beschikking in bezwaar is gekomen, dan wel tegen een fiscale beschikking administratief beroep heeft ingesteld.
In dit artikel wordt een aantal begrippen uit het beleid nader gedefinieerd. Het eerste lid definieert het bedrag ‘belastingaanslag’. Dit begrip valt in drie componenten uiteen. Onder belastingbedrag dient zowel het bedrag van de belastingaanslag sec te worden verstaan (onderdeel a), als het bedrag van de belastingaanslag en een eventuele bestuurlijke boete gezamenlijk (onderdeel b). Heeft het hoogheemraadschap uitsluitend een bestuurlijke boete opgelegd, dan dient onder het begrip belastingbedrag het bedrag van deze bestuurlijke boete te worden verstaan (onderdeel c).
Waar in de beleidsregels wordt gesproken van ‘belastingaanslag’, dient daaronder zowel een aanslag, als een voorlopige, een naheffings- of navorderingsaanslag te worden verstaan. Dit is geregeld in het tweede lid van artikel 2. Indien sprake is van heffing op andere wijze als bedoeld in artikel 125 van de Waterschapswet, dan dient onder belastingaanslag te worden verstaan de kennisgeving van het gevorderde, het voorlopig gevorderde of het nagevorderde bedrag, bedoeld in artikel 125a, lid 2, van de Waterschapswet.
Artikel 3 Bezwaar tegen de belastingaanslag
Is er sprake van bezwaar tegen een opgelegde belastingaanslag, dan wordt het gewicht van de zaak bepaald aan de hand van het bedrag van die betreffende belastingaanslag. Voor het bepalen van de hoogte van de bedragen is aansluiting gezocht bij het voormalige Besluit proceskosten fiscale procedures en de daarbij behorende bijlage (Besluit van 22 december 1993, Stb. 1993, 762). De bedragen zijn omgerekend naar euro’s en naar boven afgerond tot ronde bedragen.
Artikel 4 Bezwaar of administratief beroep tegen een andere fiscale beschikking dan de belastingaanslag
Dit artikel regelt hoe het gewicht wordt bepaald van zaken waarin een andere fiscale beschikking dan een belastingaanslag aan de orde is. De hoofdregel is neergelegd in het eerste lid van deze bepaling. Op grond van dit artikellid wordt het gewicht van een dergelijke zaak als gemiddeld aangemerkt. Het tweede lid bevat een uitzondering op deze hoofdregel door te bepalen dat in het geval waarin sprake is van een procedure waarin de kwijtschelding van belasting aan de orde is, het gewicht van zo een zaak wordt gekwalificeerd als zeer licht.
Voorbeelden van fiscale beschikkingen, niet zijnde belastingaanslagen, bedoeld in het eerste lid zijn: