Organisatie | Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden |
---|---|
Organisatietype | Waterschap |
Officiële naam regeling | Regeling aanwijzingsbesluit toezichthouders waterwerken |
Citeertitel | Regeling aanwijzingsbesluit toezichthouders waterwerken |
Vastgesteld door | dagelijks bestuur |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | bestuur – waterschappen |
Deze regeling is op 23 augustus 2000 vervangen door de Regeling aanwijzing toezichthouders Keur c.a. 2000.
Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 25-5-1998
Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: -
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
25-05-1998 | 01-01-1998 | 23-08-2000 | nieuwe regeling | 25-05-1998 - | AIZ/98.060 |
Het dagelijks bestuur van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden van dd. 25 mei 1998, kenmerk 98.060;
gelet op afdeling 5.2 van de Algemene wet bestuursrecht, artikel 53 van de Wet op de waterhuishouding, artikel 43 van de Verordening waterhuishouding provincie Utrecht, artikel 35 Interim-verordening waterhuishouding Woerden, artikel 7 Waterstaatswet, artikel 38 van de Keur van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden artikel 61 en 85 van de Waterschapswet en de Scheepvaartverkeerswet;
vast te stellen regeling aanwijzingsbesluit toezichthouders waterwerken.
Artikel 1 begripsomschrijvingen
In dit besluit wordt verstaan onder:
Als toezichthouder worden aangewezen:- de dijkgraaf;- de leden van het dagelijks bestuur;- de secretaris-directeur;- het sectorhoofd waterwerken- de hoofden van dienst;- de opzichters;- de civieltechnisch medewerkers;- de milieuinspecteurs;- de onderhoudsmedewerkers/peilregelaars;- de brug- en sluiswachters;- de schouwmeesters.
I. Bij de toekenning van bevoegdheden wordt onderscheid gemaakt naar functie conform onderstaande tabel:
De schouwmeesters kunnen hun bevoegdheden als toezichthouders slechts uitoefenen in de door het bestuur aangekondigde schouwperiode.
Artikel 6 Wijze van taakvervulling
De toezichthouders zijn belast met het houden van toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de volgende wettelijke voorschriften;- Verordening waterhuishouding provincie Utrecht;- Interim-verordening waterhuishouding Woerden;- Scheepvaartwet;- Waterstaatswet;- Keur van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden.
Bijlage 1 Model aanwijzingsbesluit toezichthouders waterwerken
Het college van dijkgraaf en hoogheemraden van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden:
gelet op het bepaalde in afdeling 5.2 van de Algemene wet bestuursrecht, artikel 53 van de Wet op de waterhuishouding, artikel 43 van de Verordening waterhuishouding provincie Utrecht, artikel 35 Interim-verordening waterhuishouding Woerden, artikel 7 Waterstaatswet, artikel 38 van de Keur van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden artikel 61 en 85 van de Waterschapswet en de Scheepvaartverkeerswet;
overwegende dat er binnen de sector waterwerken behoefte bestaat aan toezichthouders en aan de toekenning van bevoegdheden van afdeling 5.2 van de Algemene wet bestuursrecht;
met ingang van ... als toezichthouder aan te wijzen:
1. de heer/mevrouw (voorleters) (naam), (geboortedatum) met paspoortnummer (...)
met ingang van ... als toezichthouder aan te wijzen de personen als opgenomen in de als bijlage bijgevoegde lijst die onderdeel uitmaakt van dit besluit.
Aldus vastgesteld in de vergadering van het dagelijks bestuur van het college van dijkgraaf en hoogheemraden van ...(datum).
Toelichting Regeling aanwijzingsbesluit toezichthouders waterwerken.
Binnen de sector waterwerken bestaat voor het handhaven van de Keur en de Verordening waterhuishouding behoeft aan officiële toezichthouders waaraan bevoegdheden zijn toegekend als bedoeld in de afdeling 5.2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De afdeling 5.2 Awb van toepassing te doen zijn is een uitdrukkelijke aanwijzing van toezichthouders door uw bestuur vereist. Voorgesteld wordt de dijkgraaf, de leden van het dagelijks bestuur, diverse ambtenaren en de schouwmeesters als toezichthouder aan te wijzen. Bij de toekenning van bevoegdheden wordt onderscheid gemaakt naar de diverse functies.
De inwerkingtreding van de 3de tranche Awb op 1 januari 1998 heeft gevolgen voor de aanwijzing en bevoegdheden van toezichthouders van de sector Waterwerken. In de Awb is een apart hoofdstuk over toezichthouders opgenomen, nl. hoofdstuk 5.2 Awb. Hiermee is dit onderwerp voor het eerst formeel en uniform geregeld. In het onderstaande volgt een korte weergave van de belangrijkste elementen.
Onder toezichthouder wordt verstaan: een persoon die, bij of krachtens wettelijk voorschrift, is belast met het houden van toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens enig wettelijk voorschrift.
2.3 bevoegdheden toezichthouder
De Awb regelt met name het specifiek toekennen van bevoegdheden aan toezichthouders. Het betreft de in de artikelen 5:15 tot en met 5:19 Awb opgenomen bevoegdheden tot het:
- inzage in zakelijke gegevens;
- onderzoek van vervoersmiddelen en hun lading;
- vorderen stilhouden van bestuurder vervoermiddel.
Artikel 5:14 bepaald dat bij wettelijk voorschrift of bij besluit van het bestuursorgaan dat de toezichthouder als zodanig aanwijst, de aan de toezichthouder toekomende bevoegdheden kunnen worden beperkt. Als regel dienen slechts ambtenaren de bevoegdheden van afdeling 5.2 Awb uit te oefenen. Er moet volgens de regering terughoudendheid worden betracht met het aanwijzen van niet-ambtenaren als toezichthouder. De grootste terughoudendheid moet echter worden betracht met het attributen van deze aanwijzingsbevoegdheid aan een orgaan van een privaatrechtelijke rechtspersoon.
Tot slot is opgenomen welke rechten en plichten de toezichthouders in algemene zin hebben.
Om afdeling 5.2 Awb van toepassing te doen zijn, is een uitdrukkelijk aanwijzing door uw bestuur als toezichthouder vereist. Het bestuursorgaan van het waterschap dat een toezichthouder aanwijst moet zijn aanwijzingsbevoegdheid kunnen baseren op een wet of algemeen verbindend voorschrift (AVV).
In de verschillende wetten en verordeningen, die van toepassing zijn voor ons waterschap, wordt het bestuur opgedragen ambtenaren aan te wijzen voor het toezicht. Een overzicht met de relevante wetsartikelen is opgenomen in bijlage 1. Alleen de Keur HDSR behoeft enige nader toelichting. Alhoewel er in de huidige Keur geen bepaling is opgenomen die luidt "Het bestuursorgaan wijst ambtenaren aan die zijn belast met de handhaving en toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze keur bepaalde" biedt de Waterschapswet en de huidige Keur voldoende aanknopingspunten om toezichthouders aan te wijzen.
In de Waterschapswet is in artikel 85 opgenomen dat het waterschapsbestuur opsporingsambtenaren voor de Keur kan aanwijzen. In de juridische wereld geldt het adagium "Wie het meerdere mag, mag ook het mindere". In artikel 38 van de Keur is opgenomen dat 'door of namens het bestuursorgaan schouw wordt gevoerd over het onderhoud van de waterstaatswerken volgens een door het bestuursorgaan vastgesteld schema". Het feit dat het toezicht beperkt wordt tot bepaalde data en alleen het onderhoud en dus niet alle andere gebods- en verbodsbepalingen is niet voldoende redenen om van aanwijzing af te zien.
3.3 Behoefte aan toezichthouders
Het bestuursorgaan dient zich af te vragen of er binnen de sector waterwerken behoefte bestaat aan toezichthouders en aan de toekenning van de bevoegdheden van afdeling 5.2 Awb. Daarbij kan worden opgemerkt dat het toekennen van bevoegdheden op de functie of persoon kan worden toegesneden.
Het bevoegde bestuur voor het nemen van een aanwijzingsbesluit is voor ons waterschap het dagelijks bestuur. Dit is niet in een expliciete bepaling opgenomen maar analoog worden vastgesteld. De redenering is als volgt.
In de verordeningen waterhuishouding en ook in de Wvo/Wm is opgenomen dat het DB de toezichthouders aanwijst. Analoog aan deze bepaling wordt hetzelfde aangenomen voor toezichthouders op basis van de Keur. Bovendien is in artikel 85 Waterschapswet opgenomen dat ook de opsporingsambtenaren door het DB worden aangewezen.
Tot slot kan worden gesteld dat het gaat om een dagelijkse aangelegenheid (art. 84 Waterschapswet).
De huidige toezichthouders hebben zij geen specifieke bevoegdheden omdat noch de Waterschapswet, noch de Waterstaatswet, Wet op de waterhuishouding of de waterhuishoudingsverordeningen of de Keur HDSR specifieke bevoegdheden aan toezichthouders toekent. Tot op heden zijn de toezichthouders afhankelijk van de toestemming van de eigenaar/gebruiker van gronden voor het betreden van eigendommen. Vanwege de bekendheid van het schouwen en de schouwmeesters heeft dit tot op heden geen problemen opgeleverd.
De ambtenaren van de sector waterwerken die op dit moment als toezichthouder fungeren zijn niet als zodanig aangewezen maar zijn dit op grond van hun functiebeschrijving. Het betreft de volgende medewerkers:
alle onderhoudsmedewerkers/peilregelaars (voor wat betreft: de Waterstaatswet, Waterschapswet, Scheepvaartverkeerswet, Wet op de waterhuishouding, de Verordening waterhuishouding, de Keur); | |
Bovendien zijn een 175 schouwmeesters tijdens de schouwdagen in dienst van het waterschap voor de inspectie van het onderhoud aan de watergangen. De wijze van aanwijzing van betreffende schouwmeesters heeft in het verleden plaats gevonden door beëdiging en de laatste 3 jaar door aanstelling middels brief. De schouw over de direct kerende primaire waterkeringen wordt gevoerd door de dijkgraaf en de leden van het dagelijks bestuur in samenwerking met de afdeling waterkeringen. Over de overige waterkeringen wordt vooralsnog geen schouw gevoerd.
Betreffende toezichthouders/medewerkers beschikken allemaal over een legitimatiebewijs, afgegeven in 1997. Op deze legitimatiebewijzen is alleen aangegeven dat iemand belast is met het toezicht op de Waterstaatswet, Waterschapswet, Scheepvaartverkeerswet, Wet op de waterhuishouding, de Verordening waterhuishouding en de Keur HDSR. De toezichthouders/schouwmeesters beschikken allemaal over een legitimatiebewijs, afgegeven 2 à 3 jaar geleden. Op de legitimatiepas staat alleen opgenomen dat zij schouwmeester voor het waterschap zijn. De toezichthouders/DB-leden beschikken ook over een legitimatiepas. Kopieën van de verschillende legitimatiebewijzen zijn als bijlage 3. bijgevoegd.
5.1 Behoefte aan toezichthouders met bevoegdheden?
Binnen de sector waterwerken bestaat al enige tijd de behoefte om de toezichthouders, en met name de schouwmeesters, van een officiële status en bevoegdheden te voorzien. De komst van de 3de tranche Awb biedt nu uitkomst. Voorgesteld wordt dat ons bestuur zo spoedig mogelijk, maar in ieder geval voor de eerstvolgende voorjaarschouw, een aanwijzingsbesluit neemt.
Voorgesteld wordt om de volgende categorieën van toezichthouders in het leven te roepen:
categorieën van toezichthouders
De huidige legitimatiebewijzen zijn niet geheel toereikend. Op geen van de legitimatiebewijzen zijn namelijk de toegekende bevoegdheden aangegeven. Voorgesteld wordt de noodzakelijke aanpassingen pas in te voeren nadat het legitimatiebewijsmodel van het Rijk van kracht is geworden. Wel dienen de civieltechnischmedewerkers een gewijzigd legitimatiebewijs te krijgen.