Organisatie | Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden |
---|---|
Organisatietype | Waterschap |
Officiële naam regeling | Delegatieregeling Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden |
Citeertitel | Delegatieregeling Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden |
Vastgesteld door | algemeen bestuur |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | bestuur – waterschappen |
Deze regeling vervangt het Delegatiebesluit eigendommen van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden.
Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 21-9-2011
Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Wsb 2011/9
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-05-2014 | 01-05-2014 | intrekking | 26-03-2014 Wsb 2014, 2704 | 789043, 778790 | |
13-02-2013 | 01-05-2014 | Art.2, 2a, 2b, 3 | 19-12-2012 Wsb 2012/6 | 583084 | |
28-09-2012 | 13-02-2013 | Artikel 1 | 21-09-2011 Wsb 2011/9 | 419720 | |
01-01-2002 | 28-09-2012 | wijziging artikel 1 door komst euro | 03-05-1998 PuEG L 139 | - |
Het algemeen bestuur van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden;
op het voorstel van dijkgraaf en hoogheemraden d.d. 11 december 2000 met nr. 00.AIZ/128;
Gelet op het bepaalde in artikel 83 Waterschapswet en artikel 25 Reglement Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden;
Gelet op het bepaalde in artikel 2 Inspraakverordening Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden 1994;
de Delegatieregeling Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden vast te stellen als volgt:
De bevoegdheid tot het vaststellen van rechtspositieregeilngen, als bedoeld in artikel 82 Waterschapswet, wordt gedelegeerd aan het college van dijkgraaf en hoogheemraden.
De bevoegdheid tot het vaststellen van een projectplan als bedoeld in artikel 5.4 Waterwet, wordt gedelegeerd aan het college, mits het daarvoor geraamde investeringsbedrag lager is dan € 1 miljoen.
In deze bepaling is het oude delegatiebesluit eigendommen opgenomen. Ten aanzien van de bedragen is een wijziging opgetreden. De richtlijn zoals eerder bepaald in het AB-besluit d.d. 15 december 1999, nr. AIZ/99.140, inzake verkoop van (voormalige)dienstwoningen, blijft onverkort van kracht voor zowel verkoopbesluiten van het DB als het AB.
In artikel 86 eerste lid Waterschapswet krijgt het dagelijks bestuur alleen de bevoegdheid alle conservatoire maatregelen te treffen teneinde het verlies van recht te voorkomen. Het algemeen bestuur zou dan nog steeds moeten besluiten tot het voeren van een rechtsgeding, deze bevoegdheid is hier gedelegeerd.
Artikel 86 derde lid Waterschapswet geeft een bevoegdheid aan het dagelijks bestuur om vooruitlopend op een bevestiging daarvan door het algemeen bestuur bezwaar of beroep in te stellen of een schorsing of een voorlopige voorziening te verzoeken. Door ook deze bevoegdheid in zijn geheel te delegeren is de bevestiging door het algemeen bestuur niet meer vereist. Het vereiste van bekrachtiging als bedoeld in artikel 86 vierde lid Waterschapswet komt door delegatie van de gehele bevoegdheid als vanzelf te vervallen.
Verwezen wordt hier naar artikel 44 van het Reglement. Op basis van dit artikel kan het algemeen bestuur de ingestelde bezwaren of beroepen slechts intrekken als zij daartoe beslist. Hierdoor worden de negatieve gevolgen van artikel 86 vierde lid Waterschapswet, op basis waarvan intrekking van rechtswege plaatsvindt indien het algemeen bestuur het ingestelde bezwaar of beroep niet tijdig bekrachtigd, beperkt. ["bekrachtigd" moet zijn "bekrachtigt"]
Zou hier deze delegatiebepaling niet zijn opgenomen dan blijft de bevoegdheid om het bezwaar of beroep in te trekken bij het algemeen bestuur. Gelet op de delegatie van de grotere bevoegdheid (het instellen van bezwaar of beroep) ligt delegatie van het mindere (het intrekken van bezwaar of beroep) voor de hand.
Door deze informatieverplichting op te nemen, is het voor het algemeen bestuur mogelijk haar controlerende taak uit te oefenen. Indien het algemeen bestuur meent dat het dagelijks bestuur de gedelegeerde bevoegdheid onjuist uitoefend, dan kan zij deze bevoegdheid weer intrekken. ["uitoefend" moet zijn "uitoefent"] Het algemeen bestuur kan bij een gedelegeerde bevoegdheid geen bijzondere aanwijzingen geven over de wijze van uitoefening maar uitsluitend beleidsregels geven.