Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hoogheemraadschap van Delfland

Delegatiebesluit Delfland

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieHoogheemraadschap van Delfland
Officiële naam regelingDelegatiebesluit Delfland
CiteertitelDelegatiebesluit Delfland
Vastgesteld dooralgemeen bestuur
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt het Delegatiebesluit van 23 november 1995, laatstelijk gewijzigd op 27 november 2003.

Advertentie in diverse huis-aan-huis-bladen in het hele gebied van Delfland in week 28, 2006, o.a. in de Posthoorn, 13-07-06

Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 6-7-2006

Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: De Posthoorn, 13-07-2006

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Waterschapswet, art. 83

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

14-07-200618-04-2014nieuwe regeling

06-07-2006

De Posthoorn, 13-07-2006

Onbekend

Tekst van de regeling

Delegatiebesluit

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    delegeren: het overdragen van bevoegdheden van de verenigde vergadering aan het college van dijkgraaf en hoogheemraden krachtens artikel 83, eerste lid, van de Waterschapswet;

  • b.

    college: college van dijkgraaf en hoogheemraden.

1

Artikel 2 Gedelegeerde bevoegdheden

Gedelegeerd worden de volgende bevoegdheden:

  • a.

    de aanwijzing van bestuursleden voor rechtspersonen, gemeenschappelijke regelingen en samenwerkingsverbanden waarin het hoogheemraadschap deelneemt;

  • b.

    de benoeming, schorsing en het ontslag van de voorzitter, leden en plaatsvervangende leden van de commissie als bedoeld in de Verordening commissie bezwaarschriften Delfland;

  • c.

    het aanvaarden van erfstellingen, legaten of schenkingen voor zover hieraan geen bezwarende voorwaarden zijn gebonden;

  • d.

    het indienen van bezwaar en het instellen van beroep; het instellen van rechtsgedingen, het voeren van verweer tegen rechtsvorderingen en het berusten in rechtsvorderingen; het ageren tegen plannen van derden en het indienen van zienswijzen, bedenkingen en klaagschriften;

  • e.

    het aangaan van vaststellingsovereenkomsten en schikkingen alsmede het opdragen van geschillenbeslechting aan scheidslieden;

  • f.

    het overnemen in beheer of onderhoud van waterstaatkundige werken;

  • g.

    het aangaan van overeenkomsten van blijvende aard ten behoeve of ten laste van het hoogheemraadschap, met uitzondering van waterakkoorden en overeenkomsten die betrekking hebben op het opnieuw in polderverband brengen;

  • h.

    de vaststelling van de wijze en het houden van aanbestedingen voor uit te voeren werken, leveringen en diensten;

  • i.

    het verkrijgen van registergoederen, voorzover de jaarbegroting of een begrotingswijziging hierin voorziet, en het vervreemden van registergoederen;

  • j.

    het vestigen, wijzigen, opzeggen en afstand doen van zakelijke rechten;

  • k.

    het kopen, vervreemden of verpanden van waardepapieren;

  • l.

    het besteden van de in de jaarbegroting beschikbaar gestelde gelden;

  • m.

    het doen van investeringen voorzover bij de jaarbegroting of een begrotingswijziging krediet beschikbaar is gesteld, tenzij de verenigde vergadering zich bij de vaststelling van de jaarbegroting zulks heeft voorbehouden;

  • n.

    het beschikken over de posten onvoorzien in de vastgestelde jaarbegroting; 

  • o.

    het aangaan van geld- en kapitaalmarkttransacties binnen de ruimte van de vastgestelde jaarbegroting en de meerjarenraming; .

  • p.

    het aangaan en wijzigen van rekening-courantovereenkomsten;

  • q.

    het verlenen van vermindering of kwijtschelding aan hen, die hebben aangenomen ten behoeve van het hoogheemraadschap iets te doen of te leveren;

  • r.

    de aanleg of verbetering van waterstaatswerken waarvan naar het oordeel van het college niet in betekenende mate een wijziging van de bestaande waterstaatkundige situatie of van de hoogte van de te heffen omslagen is te verwachten;

  • s.

    het aanwijzen van een of meer ambtenaren die de secretaris bij afwezigheid vervangen;

  • t.

    het vaststellen en wijzigen van regelingen inzake het georganiseerd overleg;

  • u.

    Het uitoefenen van de bevoegdheden van het algemeen bestuur op grond van artikel 8.1.8 van de Sectorale arbeidsvoorwaarden waterschappen (eervol ontslag op grond van onverenigbaarheid van karakters);

  • v.

    het geven van beschikkingen terzake van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990.

2

Artikel 3 Inlichtingenplicht gebruik gedelegeerde bevoegdheden

  • 1. Het college doet éénmaal per jaar aan de verenigde vergadering mededeling over de gebruikmaking van de gedelegeerde bevoegdheden.

  • 2. Het college verschaft desgevraagd aan de verenigde vergadering inlichtingen over de uitoefening van gedelegeerde bevoegdheden.

    3

Artikel 4 Citeertitel, intrekking oud besluit en inwerkingtreding nieuw Delegatiebesluit

  • 1. Dit besluit kan worden aangehaald als: Delegatiebesluit Delfland.

  • 2. Het delegatiebesluit van de verenigde vergadering van 23 november 1995, nr. 95.04098, laatstelijk gewijzigd op 27 november 2003, nr. 398866, wordt ingetrokken.

  • 3. Het Delegatiebesluit Delfland treedt in werking op de eerste dag na de bekendmaking daarvan.

  • 4

  • Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de verenigde vergadering van 6 juli 2006, nr. 583682.

  • Secretaris F.P. Spaak

  • Dijkgraaf drs. P.H. Schoute

  • Toelichting bij het Delegatiebesluit Delfland: Algemene toelichting

  • De verenigde vergadering (VV) kan bevoegdheden delegeren aan het college. Dit is bij Delfland al sedert 1969 geregeld in het Delegatiebesluit. Daarna is het Delegatiebesluit meermalen aangevuld en aangepast aan gewijzigde hogere regelgeving als de Waterschapswet, het Delflands Reglement en de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

  • Bevoegdheden verenigde vergadering:

  • Artikel 56 van de Waterschapswet luidt: “Het waterschapsbestuur is bevoegd tot regeling en bestuur ter behartiging van de taken die het waterschap in het reglement zijn opgedragen.” In artikel 77 Waterschapswet is bepaald dat de in artikel 56 omschreven bevoegdheid tot regeling en bestuur bij het algemeen bestuur berust voor zover deze niet bij of krachtens reglement dan wel bij wet of amvb is toegekend aan het dagelijks bestuur, de voorzitter of aan het bestuur van een afdeling. In artikel 83 Waterschapswet is de delegatiegrondslag gegeven. In het eerste lid is bepaald: “Het algemeen bestuur kan aan het dagelijks bestuur en aan het bestuur van een afdeling bevoegdheden van het algemeen bestuur overdragen, tenzij de aard van de bevoegdheid zich tegen overdracht verzet.” In het tweede lid is een aantal delegatieverboden neergelegd.

  • Bevoegdheden college

  • Artikel 84 geeft de bevoegdheden van het college aan. Het college is belast met de dagelijkse aangelegenheden van Delfland en met de voorbereiding en uitvoering van beslissingen van de VV Daarnaast heeft het college de door de VV gedelegeerde bevoegdheden.

  • Bij gebruik bevoegdheid delegatiebesluit vermelden

  • In artikel 10:19 Awb is bepaald dat een besluit dat op grond van een gedelegeerde bevoegdheid wordt genomen, het delegatiebesluit en de vindplaats daarvan vermeld.


Noot
1[Toelichting: Er zijn begripsomschrijvingen gegeven van ‘delegeren’ en ‘college’. Voor alle duidelijkheid volgt hier nog een korte toelichting op de begrippen die vaak naast elkaar worden gebruikt: ‘delegatie’ en ‘mandaat’.De overdracht van bevoegdheden van de VV naar het college wordt delegatie genoemd. Delegatie is een echte overdracht van bevoegdheden, dat wil zeggen dat de bestuursbevoegdheid wordt overgedragen aan het college die deze op eigen naam en onder eigen verantwoordelijkheid uitoefent.De overdracht van college naar functionarissen van Delfland of individuele collegeleden wordt mandaat genoemd. Mandaat is de bevoegdheid om namens het college te besluiten. Besluiten in mandaat gelden dan ook als besluiten van het college.]
Noot
2[Toelichting: In artikel 2 worden alle bevoegdheden van de VV opgesomd die aan het college worden overgedragen. Onder a en b: de aanwijzing van bestuursleden voor rechtspersonen, gemeenschappelijke regelingen en samenwerkingsverbanden waarin het hoogheemraadschap deelneemt en de benoeming, schorsing en het ontslag van de voorzitter, leden en plaatsvervangend leden van de commissie als bedoeld in de Verordening commissie bezwaarschriften Delfland.Volgens de toelichting bij het Delegatiebesluit van 1995, VV 23 november 1995, nr. 95.04098, geschiedt delegatie van deze bevoegdheden op grond van doelmatig bestuur. Onder a: Onder bestuursleden voor samenwerkingsverbanden vallen een lid of plaatsvervangend lid in de commissie van bijstand tot beheer en onderhoud van de Bernisse van het waterschap Hollandse Delta. Onder b: de Verordening commissie bezwaarschriften Delfland is de opvolger van de Verordening behandeling bezwaren van het Hoogheemraadschap van Delfland en wordt vastgesteld in de vergadering van 6 juli 2006, kenmerk 582714. Onder c: het aanvaarden van erfstellingen, legaten of schenkingen voorzover hieraan geen bezwarende voorwaarden zijn gebonden. Bij besluit van de VV van 27 november 2003, nr. 398866, is de zinsnede “voorzover hieraan geen bezwarende voorwaarden zijn gebonden” toegevoegd. Onder d: het indienen van bezwaar en het instellen van beroep; het instellen van rechtsgedingen, het voeren van verweer tegen rechtsvorderingen en het berusten in rechtsvorderingen; het ageren tegen plannen van derden en het indienen van zienswijzen, bedenkingen en klaagschriften. De bevoegdheden tot het instellen van bezwaar, beroep, rechtsgedingen, rechtsvorderingen zijn reeds lang gedelegeerd aan het college. In het kader van de volledigheid wordt daar bij besluit van 6 juli 2006 aan toegevoegd: “het ageren tegen plannen van derden en het indienen van zienswijzen, bedenkingen en klaagschriften. Onder e: het aangaan van vaststellingsovereenkomsten en schikkingen alsmede het opdragen van geschillenbeslechting aan scheidslieden. Het treffen van dadingen en het opdragen van geschillenbeslechting aan scheidslieden (arbitrage) zijn reeds lang gedelegeerd aan het college. Dading is een verouderd begrip. Het huidig Burgerlijk Wetboek (BW) kent de veelomvattender term “vaststellingsovereenkomst”. In artikel 7:900 BW wordt de vaststellingsovereenkomst als volgt omschreven: Bij een vaststellingsovereenkomst binden partijen, ter beëindiging of ter voorkoming van onzekerheid of geschil omtrent hetgeen tussen hen rechtens geldt, zich jegens elkaar aan een vaststelling daarvan, bestemd om ook te gelden voor zover zij van de tevoren bestaande rechtstoestand mocht afwijken. Bij besluit van 6 juli 2006 is de term dading vervangen door de term vaststellingsovereenkomst. Toegevoegd is ‘en schikkingingen’, omdat het niet altijd tot een vaststellingsovereenkomst komt, maar soms wel tot schikkingen ter beëindiging of voorkoming van een juridische procedure. Onder f: het overnemen in beheer of onderhoud van waterstaatkundige werken. Het Delegatiebesluit van 1995 vermeldt hierover het volgende. Indien door leggerwijziging de oorspronkelijke particuliere onderhoudsverplichting bij Delfland komt te berusten, dient terzake een overnameregeling getroffen te worden. De leggerwijziging is een blijvende bevoegdheid van de VV De uitvoering in de vorm van de overnameregeling leent zich voor delegatie. Onder g: het aangaan van overeenkomsten van blijvende aard ten behoeve of ten laste van het hoogheemraadschap, met uitzondering van waterakkoorden en overeenkomsten die betrekking hebben op het opnieuw in polderverband brengen. Deze bevoegdheid is bij het Delegatiebesluit van 1995 aan het college gedelegeerd. Op grond van het vóór 1995 geldende (oude) Delflands Reglement (DR) konden overeenkomsten van blijvende aard niet gedelegeerd worden (artikel 93 oud DR). Het huidige DR geeft geen bevoegdheden- of delegatieregeling meer. In de Waterschapswet is de bevoegdheid van de VV op hoofdlijnen vastgelegd: regeling en bestuur (artikel 56 Waterschapswet). Alles wat hieronder valt, kan worden gedelegeerd, tenzij de aard van de bevoegdheid zich daartegen verzet of de bevoegdheid is genoemd in artikel 83, tweede lid, Waterschapswet. In 1995 heeft de VV het aangaan van overeenkomsten van blijvende aard gedelegeerd gelet op de doelmatigheid, met uitzondering van besluiten betreffende waterakkoorden en herpoldering. Laatstgenoemde besluiten heeft de VV uitdrukkelijk aan zich gehouden. ‘Overeenkomsten van blijvende aard’ zijn overeenkomsten die voor onbepaalde tijd worden gesloten, bijvoorbeeld onderhoudsverplichtingen. Onder h: de vaststelling van de wijze en het houden van aanbestedingen voor uit te voeren werken, leveringen en diensten. Deze bevoegdheid is sinds lang gedelegeerd aan het college. Onder i: het verkrijgen van registergoederen, voorzover de jaarbegroting of een begrotingswijziging hierin voorziet, en het vervreemden van registergoederen. Deze bevoegdheid is blijkens het Delegatiebesluit van 1995 gedelegeerd gelet op een slagvaardig optreden. Daarbij is opgemerkt dat bij hantering van de voorwaarde dat in de begroting of in een begrotingswijziging een aankoop (specifiek dan wel in een post onvoorzien) moet zijn voorzien, deze bevoegdheid in volle omvang kan worden gedelegeerd.Onder j: het vestigen, wijzigen, opzeggen en afstand doen van zakelijke rechten. Het vestigen van zakelijke rechten (zoals erfpacht en opstal) is reeds lang gedelegeerd. Bij besluit van 6 juli 2006 wordt daaraan toegevoegd in het kader van de volledigheid: wijzigen, opzeggen en afstand doen van zakelijke rechten.Onder k: het kopen, vervreemden of verpanden van waardepapieren. Deze delegatie is blijkens het Delegatiebesluit van 1995 onbeperkt.Onder l: het besteden van de in de jaarbegroting beschikbaar gestelde gelden. Opgenomen in het Delegatiebesluit van 1995 zonder nadere toelichting.Onder m: het doen van investeringen voorzover bij de jaarbegroting of een begrotingswijziging krediet beschikbaar is gesteld, tenzij de verenigde vergadering zich bij de vaststelling van de jaarbegroting zulks heeft voorbehouden. In het Delegatiebesluit van 1995 is hierbij opgemerkt dat voorzover de VV bij de vaststelling van de begroting of een begrotingswijziging daarmee instemt, concrete investeringsbeslissingen door het college worden genomen. Onder n: het beschikken over de posten onvoorzien in de vastgestelde jaarbegroting. In het Delegatiebesluit van 1995 is hierbij opgemerkt dat het college de ruimte dient te hebben om onvoorziene investeringen te doen, mits deze vallen binnen de begrote post onvoorzien. Dit omvat onvoorzien krediet en exploitatiebudget. Onder o: het aangaan van geld- en kapitaalmarkttransacties binnen de ruimte van de vastgestelde jaarbegroting en de meerjarenraming. Deze bevoegdheid is blijkens het Delegatiebesluit van 1995 – weliswaar anders geformuleerd - reeds lang gedelegeerd. Onder p: het aangaan en wijzigen van rekening-courantovereenkomsten. Deze bevoegdheid is blijkens het Delegatiebesluit van 1995 reeds lang gedelegeerd.Onder q: het verlenen van vermindering of kwijtschelding aan hen, die hebben aangenomen ten behoeve van het hoogheemraadschap iets te doen of te leveren. Deze bevoegdheid is blijkens het Delegatiebesluit van 1995 reeds lang gedelegeerd. Onder r: de aanleg of verbetering van waterstaatswerken waarvan naar het oordeel van het college niet in betekenende mate een wijziging van de bestaande waterstaatkundige situatie of van de hoogte van de te heffen omslagen is te verwachten. In het Delegatiebesluit van 1995 is deze bevoegdheid gedelegeerd met de volgende toelichting. Indien sprake is van een project met grote gevolgen (“wel in betekenende mate …”) is inspraak voorgeschreven en beslist de VV. Indien de gevolgen gering zijn (“niet in betekenende mate …”), is geen inspraak nodig en ligt delegatie voor de hand. Uiteraard dient dan wel een krediet beschikbaar te zijn. Onder s: het aanwijzen van een of meer ambtenaren die de secretaris bij afwezigheid vervangen. In artikel 53 van de Waterschapswet is bepaald dat VV de secretaris benoemt. Deze bevoegdheid is niet gedelegeerd. In het Delegatiebesluit van 1995 is de bevoegdheid om plaatsvervangers aan te wijzen gedelegeerd aan het college. Hierbij is opgemerkt dat delegatie op zijn plaats is, aangezien het hier om vervanging van de secretaris bij afwezigheid gaat. Onder t: Het vaststellen en wijzigen van regelingen inzake het georganiseerd overleg. In artikel 13.1 van de SAW is geregeld dat het algemeen bestuur bevoegd is. Onder u: Het uitoefenen van de bevoegdheden van het algemeen bestuur op grond van artikel 8.1.8 van de Sectorale arbeidsvoorwaarden waterschappen (eervol ontslag op grond van onverenigbaarheid van karakters); Bij besluit van 6 juli 2006 wordt deze bevoegdheid gedelegeerd op grond van doelmatig bestuur. Onder v: Het geven van beschikkingen terzake van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990. Bij besluit van 28 juni 2001, nr. 2001/03928, heeft de VV deze bevoegdheid overgedragen vanuit het oogpunt van doelmatigheid. Het gaat hier om verbods- en gebodsbepalingen inzake het wegverkeer, zoals het verbod om voertuigen te parkeren op bepaalde plaatsen en het gebod voor bromfietsers om het verplichte fietspad te gebruiken. Voor wegen onder beheer van een waterschap berust deze bevoegdheid ingevolge artikel 18 Wegenverkeerswet 1994 bij het algemeen bestuur of, krachtens besluit van het algemeen bestuur, bij het dagelijks bestuur. ]
Noot
3[Toelichting: In artikel 10:16, tweede lid, Awb is bepaald dat degene aan wie de bevoegdheid is gedelegeerd (college), het bestuursorgaan (VV) op diens verzoek inlichtingen verschaft over de uitoefening van de bevoegdheid. Deze bepaling is in artikel 4 van het Delegatiebesluit nader uitgewerkt. Het eerste lid bevat een structurele jaarlijkse rapportageplicht. Het tweede lid bevat een inlichtingenplicht op verzoek. De inlichtingenplicht houdt verband met de mogelijkheid voor de VV om beleidsregels (artikel 4:8 Awb) te stellen over de wijze waarop de gedelegeerde bevoegdheden moeten worden uitgeoefend en de mogelijkheid om het delegatiebesluit (deels) in te trekken (artikel 10:18 Awb). ]
Noot
4[Toelichting: Na de publicatie van het Delegatiebesluit op de in Delfland gebruikelijke wijze, treedt het nieuwe Delegatiebesluit Delfland de dag erna in werking (zie derde lid). Alsdan gaat ook de intrekking van het oude delegatiebesluit (tweede lid) in werking. Zodoende sluiten beide delegatiebesluiten naadloos op elkaar aan.]