Organisatie | Waterschap Hollandse Delta |
---|---|
Organisatietype | Waterschap |
Officiële naam regeling | Kostentoedelinsverordening waterschap Hollandse Delta |
Citeertitel | Kostentoedelingsverordening 2009 |
Vastgesteld door | algemeen bestuur |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | financiën – belastingen |
Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 18-12-2008
Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Waterschapsrubriek nummer 52, week 52, 31 december 2008
Waterschapswet, art. 120, 122 en 122b
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2009 | 01-01-2011 | nieuwe regeling | 18-12-2008 Waterschapsrubriek nummer 52, week 52, 31 december 2008 | B0803550 | |
14-12-2006 | 31-12-2008 | art. x, y-z | 30-11-2006 Waterschapsrubriek, 13-12-2006 | B0601824 | |
18-01-2005 | 01-01-2005 | 01-01-2009 | nieuwe regeling | 03-01-2005 Waterschapsrubriek, 17-1-2005 | B0500020 |
Kostentoedelingsverordening Hollandse Delta 2009.
De Verenigde Vergadering van het waterschap Hollandse Delta,
Gelet op de artikelen 120, 122 en 122b van de Waterschapswet (Stb. 2007, nr. 208) en artikel 21 van het provinciale reglement;
Gelet op het besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid Holland d.d. 16 december 2008 inzake onthouding goedkeuring kostentoedelingsverordening als vastgesteld op 27 november 2008;
Kostentoedelingsverordening 2009
zakelijk gerechtigden ongebouwd, niet zijnde natuurterreinen: degenen die krachtens eigendom, bezit of beperkt recht het genot hebben van ongebouwde onroerende zaken die geen natuur-terreinen zijn in het gebied van het waterschap,respectievelijk het taakgebied voor het wegenbeheer van het waterschap;
zakelijk gerechtigden natuurterreinen: degenen die krachtens eigendom, bezit of beperkt recht in het gebied van het waterschap, respectievelijk het taakgebied voor het wegenbeheer van het waterschap het genot hebben van natuurterreinen; g. zakelijk gerechtigden gebouwd: degenen die krachtens eigendom, bezit of beperkt recht het genot hebben van gebouwde onroerende zaken in het gebied van het waterschap, respectievelijk het taakgebied voor het wegenbeheer van het waterschap;
waterbergingsgebieden: een krachtens de Wet ruimtelijke ordening voor waterstaatkundige doeleinden bestemd gebied, niet zijnde een oppervlaktewaterlichaam of onderdeel daarvan, dat dient ter verruiming van de bergingscapaciteit van een of meer watersystemen en ook als bergingsgebied op de legger is opgenomen.
Kosten van heffing en invordering en van de verkiezing
In afwijking van het bepaalde in artikel 2, worden de kosten van heffing en invordering van de watersysteemheffing en de kosten van de verkiezing van de leden van het algemeen bestuur, voor zover die worden toegerekend aan het watersysteembeheer en zoals opgenomen in de begroting van enig belastingjaar, rechtstreeks aan de betrokken categorieen toegerekend naar rato van deze voor elk van de genoemde categorieen te maken kosten.
Kosten van heffing en invordering en van de verkiezing
In afwijking van het bepaalde in artikel 6, worden de kosten van heffing en invordering van de wegenheffing en de kosten van de verkiezing van de leden van het algemeen bestuur, voor zover die worden toegerekend aan het wegenbeheer en zoals opgenomen in de begroting van enig belastingjaar, rechtstreeks aan de betrokken categorieen toegerekend naar rato van deze voor elk van de genoemde categorieen te maken kosten.
Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel
De kostentoedelingsverordening Hollandse Delta 2005, zoals laatstelijk gewijzigd bij besluit van het algemeen bestuur van 30 november 2006 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid van deze bepaling genoemde datum, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastingjaren waarvoor zij heeft gegolden.
Verordening wegenheffing waterschap Hollandse Delta 2009
Verordening wegenheffing Waterschap Hollandse Delta 2009
De Verenigde Vergadering van het waterschap Hollandse Delta
op voordracht van dijkgraaf en heemraden van waterschap Hollandse Delta d.d. 18 december 2008;
Gelet op de artikelen 110, 113 en 122b Waterschapswet;
Gelet op het besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid Holland d.d. 16 december 2008 inzake onthouding goedkeuring kostentoedelingsverordening als vastgesteld op 27 november
Vast te stellen de :eerste wijziging Verordening op de wegenheffing.
Hoofdstuk I I I Wegenheffing ongebouwde onroerende zaken
Voor de toepassing van dit hoofdstuk worden openbare land- en waterwegen en banen voor openbaar vervoer per rail, een en ander met inbegrip van kunstwerken, alsmede waterverdedigingswerken die worden beheerd door organen, instellingen of diensten van publiekrechtelijke rechtspersonen, met uitzondering van de delen van zodanige werken die dienen als woning, aangemerkt als ongebouwde eigendommen, niet zijnde natuurterreinen.
Hoofdstuk V Wegenheffing gebouwde onroerende zaken
In afwijking van het bepaalde in het vorige artikellid maken de ongebouwde eigendommen, voorzover de waarde daarvan bij de waardebepaling op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken op basis van het bepaalde krachtens artikel 18, vierde lid, van die wet buiten aanmerking wordt gelaten, geen deel uit van de gebouwde onroerende zaak.
Hoofdstuk VI Heffing en invordering
Artikel 12 Tenaamstelling en invordering belastingaanslag bij meer belastingplichtigen
Indien de belastingplicht, bedoeld in het eerste lid, voortvloeit uit het genot van een onroerende zaak krachtens eigendom, bezit of beperkt recht en de aanslag ten name van een van de belastingplichtigen is gesteld, kan de invorderingsambtenaar de belastingaanslag op de gehele onroerende zaak verhalen op degene op wiens naam de aanslag ingevolge het eerste lid is gesteld, zonder rekening te houden met de rechten van de overige belastingplichtigen.
De wegenheffing gebouwde onroerende zaken wordt niet geheven ter zaken van straatmeubilair, waaronder alle zodanige gebouwde eigendommen - niet zijnde gebouwen- worden begrepen die zijn geplaatst ten gerieve of in het belang van het publiek, ten dienste van het verkeer of ter verfraaiing van een in het waterschapsgebied gelegen gemeente, zoals lichtmasten, verkeersinstallaties, standbeelden, monumenten, fonteinen, banken, abri's, hekken en palen.
Van de wegenheffing natuurterreinen, de wegenheffing ongebouwd en de wegenheffing gebouwd wordt geen kwijtschelding verleend.
Het dagelijks bestuur van het waterschap kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de wegenheffing.
Artikel 18 Intrekking, inwerkingtreding, tijdstip van ingang van de heffing en citeertitel
De Verordening op de waterschapsomslagen 2005, vastgesteld bij besluit van 3 januari 2005, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 31 januari 2008 en de verordening wegenheffing zoals vastgesteld op 27 november 2008 worden ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Verordening watersysteemheffing
Verordening watersysteemheffing Waterschap Hollandse Delta 2009
De Verenigde Vergadering van het waterschap Hollandse Delta
op voordracht van dijkgraaf en heemraden van waterschap Hollandse Delta d.d. 18 december 2008;
Gelet op de artikelen 110, 113 en 117 Waterschapswet
Gelet op het besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid Holland d.d. 16 december 2008 inzake onthouding goedkeuring kostentoedelingsverordening als vastgesteld op 27 november 2008;
Hoofdstuk I I I Watersysteemheffing ongebouwde onroerende zaken
Voor de toepassing van dit hoofdstuk worden openbare land- en waterwegen en banen voor openbaar vervoer per rail, een en ander met inbegrip van kunstwerken, alsmede waterverdedigingswerken die worden beheerd door organen, instellingen of diensten van publiekrechtelijke rechtspersonen, met uitzondering van de delen van zodanige werken die dienen als woning, aangemerkt als ongebouwde eigendommen, niet zijnde natuurterreinen.
Hoofdstuk V Watersysteemheffing gebouwde onroerende zaken
In afwijking van het bepaalde in het vorige artikellid maken de ongebouwde eigendommen, voorzover de waarde daarvan bij de waardebepaling op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken op basis van het bepaalde krachtens artikel 18, vierde lid, van die wet buiten aanmerking wordt gelaten, geen deel uit van de gebouwde onroerende zaak.
Hoofdstuk VI Heffing en invordering
Artikel 12 Tenaamstelling en invordering belastingaanslag bij meer belastingplichtigen
Indien de belastingplicht, bedoeld in het eerste lid, voortvloeit uit het genot van een onroerende zaak krachtens eigendom, bezit of beperkt recht en de aanslag ten name van een van de belastingplichtigen is gesteld, kan de invorderingsambtenaar de belastingaanslag op de gehele onroerende zaak verhalen op degene op wiens naam de aanslag ingevolge het eerste lid is gesteld, zonder rekening te houden met de rechten van de overige belastingplichtigen.
De watersysteemheffing gebouwde onroerende zaken wordt niet geheven ter zaken van straatmeubilair, waaronder alle zodanige gebouwde eigendommen - niet zijnde gebouwen - worden begrepen die zijn geplaatst ten gerieve of in het belang van het publiek, ten dienste van het verkeer of ter verfraaiing van een in het waterschapsgebied gelegen gemeente, zoals lichtmasten, verkeersinstallaties, standbeelden, monumenten, fonteinen, banken, abri's, hekken en palen.
Van de watersysteemheffing natuurterreinen, de watersysteemheffing ongebouwd en de watersysteemheffing gebouwd wordt geen kwijtschelding verleend.
Het dagelijks bestuur van het waterschap kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de watersysteemheffing.
Artikel 18 Intrekking, inwerkingtreding, tijdstip van ingang van de heffing en citeertitel
. De Verordening op de waterschapsomslagen 2005, vastgesteld bij besluit van 3 januari 2005, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 31 januari 2008 en de verordening watersysteemheffing zoals vastgesteld op 27 november 2008 worden ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien
verstande dat zij van toepassing blijven op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.