Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Waterschap Rivierenland

Ondermandaat directeur Watersystemen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieWaterschap Rivierenland
Officiële naam regelingOndermandaat directeur Watersystemen
CiteertitelMandaat - Ondermandaat directeur Watersystemen
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpbestuur – waterschappen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Advertentie in huis-aan-huis-bladen gebiedsbreed in week 28, 2007, oa. in Kompas Sliedrecht, 12-07-2007

Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 12-4-2007

Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Kompas Sliedrecht, 12-07-2007

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene wet bestuursrecht, artt. 10:5 en 10:9

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

20-07-200729-08-2008nieuwe regeling

12-04-2007

Kompas Sliedrecht, 12-07-2007

2007-02390
21-07-200620-07-2007nieuwe regeling

25-04-2006

Kompas Sliedrecht, 13-07-2006

geen
16-06-200501-01-200521-07-2006nieuwe regeling

02-06-2005

Zakengids, 15-06-2005

geen

Tekst van de regeling

Aanhef

DE SECRETARIS-DIRECTEUR VAN HET WATERSCHAP RIVIERENLAND;

overwegende dat,

het algemeen bestuur in zijn vergadering van 3 januari 2005 een delegatiebesluit heeft genomen, alsmede een mandaatregeling heeft vastgesteld, waarin de randvoorwaarden voor het mandaat worden gegeven;

het uit oogpunt van efficiency wenselijk is om bevoegdheden die zijn neergelegd bij het college van dijkgraaf en heemraden uit te laten oefenen door een functionaris, voor zover dat in overeenstemming is met de aard en inhoud van die bevoegdheden;

het college van dijkgraaf en heemraden in zijn vergadering van 6 januari 2005 een mandaatbesluit heeft vastgesteld voor de secretaris-directeur;

het wenselijk is, dat de secretaris-directeur ondermandaat verleent aan de directeur Watersystemen ten aanzien van de uitoefening van bevoegdheden behorende tot het taakgebied van de directie Watersystemen;

dit besluit uitvoering geeft aan artikel 5 lid 1 van de mandaatregeling;

gelet op de Algemene wet bestuursrecht, de Waterschapswet en het Algemeen reglement voor het Waterschap Rivierenland,

BESLUIT:

Artikelen

I aan de directeur Watersystemen mandaat, volmacht en machtiging te verlenen voor:
  • 1. het nemen van besluiten over de toepassing van regelingen inzake decentrale secundaire arbeidsvoorwaarden op de direct en indirect ondergeschikte medewerkers;

  • 2. de voorbereiding en uitvoering van bestuursbesluiten met betrekking tot het taakgebied van de directie Watersystemen, met inbegrip van de correspondentie daarover;

  • 3. het nemen van besluiten en verrichten van (privaatrechtelijke) (rechts)handelingen met betrekking tot het taakgebied van de directie watersystemen, met inbegrip van de correspondentie daarover, onder deze bepaling vallen:

    • a.

      het vaststellen van projectdocumenten inzake het aanbesteden; het gunnen, het doen uitvoeren, het opleveren en accepteren of weigeren van werken, leveringen of diensten van de directie watersystemen op basis van het geldende inkoop- en aanbestedingsbeleid, vastgesteld door het algemeen bestuur en voor het gunnen specifiek, met inachtneming van de Regeling van de organisatie van het financieel beheer;

    • b.

      het nemen van besluiten en verrichten van privaatrechtelijke (rechts)handelingen inzake het verwerven, vervreemden en bezwaren van onroerende zaken tot een maximale waarde van € 25.000 per geval, welke betrekking hebben op de directie Watersystemen;

    • c.

      het vestigen en beëindigen van zakelijke rechten;

    • d.

      het huren, verhuren, verpachten of op andere wijze bezwaren c.q. in gebruik geven van roerende en onroerende zaken;

    • e.

      het aangaan, wijzigen of beëindigen van overeenkomsten met afnemers van werken, leveringen of diensten van het waterschap, welke betrekking hebben op de directie watersystemen, waarbij voor het aangaan van deze overeenkomsten het geldende inkoop- en aanbestedingsbeleid als uitgangspunt geldt;

    • f.

      het aangaan, wijzigen of beëindigen van overeenkomsten met gemeenten en bedrijven gericht op het aansluiten van rioleringswerken op persleidingen van het waterschap;

    • g.

      het voeren van overleg in het kader van artikel 10 van het Besluit op de ruimtelijke ordening en het indienen van zienswijzen tegen ontwerp bestemmingsplannen ingevolge artikel 23 lid 1 Wro jo. afdeling 3.4 Awb, voor zover dit betrekking heeft op de directie Watersystemen;

    • h.

      het verlenen en het weigeren van ontheffingen en vergunningen betrekking hebbende op de directie watersystemen, met uitzondering van ontheffingen en vergunningen aan het waterschap zelf, alsmede het al dan niet accepteren van meldingen in het kader van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren;

    • i.

      het aanvragen en aanvaarden van sponsorgelden en subsidies  met betrekking tot de directie Watersystemen;

    • j.

      het beslissen op aanvragen van subsidies en sponsorgelden met betrekking tot de directie watersystemen, voor zover het hier gaat om aanvragen die vallen onder de vastgestelde bijzondere subsidieverordeningen;

    • k.

      het opstellen en geven van onafhankelijke waterkwaliteitsverklaringen in verband met het opmaken van proces-verbaal in het kader van toezicht en opsporing door de afdeling Handhaving;

    • l.

      het behandelen en afdoen van schadeclaims.

    • m.

      het nemen van besluiten en verrichten van (privaatrechtelijke) (rechts)handelingen  inzake de toepassing van bestuursdwang in verband met de schouw van B-watergangen.

    • n.

      het ondertekenen van verweerschriften, waarin het bestreden besluit wordt toegelicht en waarin wordt ingegaan op de gronden van het bezwaar, voorzover het bestreden besluit werd ondertekend door de gemandateerde.

II  Inwerkingtreding
  • 4.

    • a.

      dit besluit treedt in werking met ingang van de achtste dag nadat zij is bekendgemaakt.

    • b.

      met de inwerkingtreding van dit besluit komt het mandaatbesluit voor de directeur Watersystemen van 25 april 2006 te vervallen.

III  De volgende voorwaarden vast te stellen waaronder de bevoegdheden gemandateerd worden:
  • 5. de secretaris-directeur staat op basis van artikel 5 lid 3 toe dat de directeur Watersystemen vervolgens ondermandaat verleent aan de onder hem ressorterende functionarissen;

  • 6. de gemandateerde oefent zijn bevoegdheden uit met inachtneming van de algemene regels die gesteld zijn in de mandaatregeling, die op 3 januari 2005 is vastgesteld door het algemeen bestuur;

  • 7. de gemandateerde oefent zijn bevoegdheid slechts uit voor zover hierdoor de (onder)mandaten van andere ambtenaren niet worden aangetast.

IV Plaatsvervanging
  • 8. Bij afwezigheid van de directeur Watersystemen worden diens bevoegdheden uitgeoefend door één van de overige leden van het directieteam, danwel door het hoofd van de stafafdeling Bestuurs- en Managementondersteuning of het hoofd van de stafafdeling Controlling.

  • Tiel, 12 april 2007.

  • de secretaris-directeur van Waterschap Rivierenland,

  • drs. H.C. Jongmans