Organisatie | Waterschap Rivierenland |
---|---|
Organisatietype | Waterschap |
Officiële naam regeling | Legesverordening voor Waterschap Rivierenland |
Citeertitel | Legesverordening voor Waterschap Rivierenland |
Vastgesteld door | algemeen bestuur |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | financiën – belastingen |
1) Advertentie in diverse huis-aan-huis-bladen in het hele gebied van het waterschap in week 1, 2005, oa. in Zakengids, 05-01-2005
2) Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 3-1-2005
3) Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Zakengids, 05-01-2005
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
13-01-2005 | 01-05-2008 | nieuwe regeling | 03-01-2005 Zakengids, 05-01-2005 | 2004/16454 |
Het algemeen bestuur van Waterschap Rivierenland;
gelezen het voorstel van het college van dijkgraaf en heemraden d.d. 9 december 2004;
gelet op de artikelen 110, 113 en 115 van de Waterschapswet;
vast te stellen de Legesverordening ten behoeve van diensten door of namens Waterschap Rivierenland verleend.
Artikel 1 Aard van de heffing en belastbaar feit
Onder de naam leges worden rechten geheven ter zake van het door het waterschap verlenen van de diensten, genoemd in de bij deze verordening behorende tabel.
Artikel 2 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van de verordening wordt verstaan onder:
Op een verzoek als bedoeld in artikel 132 van de Waterschapswet wordt een deel van de leges terzake van een dienst, genoemd in hoofdstuk V van de tabel, niet in rekening gebracht, en wel een deel ter grootte van:
Artikel 9 Nadere regels door het dagelijks bestuur
Het dagelijks bestuur kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de leges.
Artikel 10 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel
Met ingang van de dag van inwerkingtreding van deze verordening zoals genoemd in het eerste lid van dit artikel, vervallen:
de legesverordening voor het Zuiveringsschap Hollandse Eilanden en Waarden, zoals vastgesteld door de Verenigde Vergadering van het Zuiveringschap Hollandse Eilanden en Waarden bij besluit van 15 december 1994, gewijzigd bij besluit van 14 november 2002, voor zover deze betrekking had op het beheersgebied welke nu deel uitmaakt van het Waterschap Rivierenland, met dien verstande dat deze verordeningen van kracht blijven voor de heffing en invordering van leges ten aanzien van belastbare feiten die zich vóór de in lid 1 bedoelde datum hebben voorgedaan.
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:
een exemplaar van het Integrale Waterbeheersplan Gelders Rivierengebied |
||
de vergaderstukken van het algemeen bestuur per kalenderjaar (abonnement) |
Indien aan de vergaderstukken stukken zijn toegevoegd die elders in deze verordening zijn genoemd (begroting, verordening etc.) dient het tarief voor de vergaderstukken met dat andere tarief te worden vermeerderd.
Hoofdstuk V Vergunning- en ontheffingverlening
Vergunning- en ontheffingverlening
Onder bouwkosten wordt in dit hoofdstuk verstaan de aannemingssom als bedoeld in paragraaf 1, lid 1 van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken, "UAV", voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten als bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd
Hoofdstuk VI Externe advieskosten
Dit artikel bevat de aanduiding van het belastbare feit: 'het verlenen van diensten'. De concretisering vindt plaats in de bij de verordening behorende tabel. In het kader van de ontheffing- en vergunning-verlening is in deze tabel gekozen voor de verschuldigdheid van de leges bij het in behandeling nemen van de aanvraag en niet voor de verschuldigdheid in het kader van de afgifte van de ontheffing of vergunning.
Op grond van de Algemene wet bestuursrecht is het noodzakelijk om deze ambtenaar expliciet te noemen omdat de Waterschapswet nu bepaalt, dat een aantal bevoegdheden op grond van de Algemene wet inzake de rijksbelastingen, rechtstreeks aan deze ambtenaar worden toegekend (attributie).
Deze bepaling bevat de aanwijzing van de belastingplichtige. De aanvrager van de dienst en degene ten behoeve van wie de dienst wordt aangevraagd zijn beiden hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de verschuldigde leges.
De formulering van het eerste lid van deze bepaling verwoordt de keuze voor 'heffing op andere wijze'. Op basis van artikel 125 van de Waterschapswet worden de op andere wijze geheven belastingen voor de toepassing van de Algemene wet inzake rijksbelastingen aangemerkt als bij wege van aanslag geheven belastingen.
De dagtekening van de kennisgeving is onder meer van belang voor de termijn van zes weken (art. 6:7ev Awb en 22j Awr), waarbinnen bezwaar kan worden gemaakt tegen de verschuldigdheid van de leges. In het tweede lid van dit artikel is de mogelijkheid opgenomen om ter zake van de legesheffing met voorlopig gevorderde bedragen te werken.
Uitgangspunt is dat de leges moeten worden betaald op het tijdstip, waarop de - schriftelijke of mondelinge - kennisgeving wordt gedaan. In de gevallen waarin een kennisgeving wordt toegezonden, is dit niet mogelijk. De betaling van de leges moet dan plaatsvinden binnen een bepaalde, in het tweede lid van artikel 7 te noemen termijn.
Deze bepaling ziet op het terugbetalen van een deel van de leges, indien een aanvraag om een ontheffing of vergunning wordt ingetrokken alvorens de gevraagde beschikking tot stand kwam. Lid c van dit artikel komt tegemoet aan de situatie waarin het verlenen van een ontheffing of vergunning wordt geweigerd. In het basistarief zijn kosten opgenomen voor werkzaamheden als de opleverings-controle, welke bij een weigering niet worden verricht. Het is dan redelijk dat niet het gehele legesbedrag in rekening wordt gebracht.