Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hoogheemraadschap van Rijnland

Verordening vaarverboden en vaargelden Rijnland 2005

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHoogheemraadschap van Rijnland
OrganisatietypeWaterschap
Officiële naam regelingVerordening vaarverboden en vaargelden Rijnland 2005
CiteertitelVerordening vaarverboden en vaargelden Rijnland 2005
Vastgesteld dooralgemeen bestuur
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerpverkeer – water

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Voor met name genoemde wateren geldt een vaarverbod voor gemotoriseerde vaartuigen. Van dit verbod kan het college bij algemene vaarvergunning een ontheffing verlenen

Een regeling treedt pas in werking na bekendmaking.

De regeling werkt echter terug tot 1 januari 2005

Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 23-3-2005

Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Witte Weekblad, 2005-03-23 

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend.

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

24-03-200501-01-200531-12-2012nieuwe regeling

23-03-2005

Witte Weekblad, 2005-03-23 

05.02255

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening vaarverboden en vaargelden Rijnland 2005

De Algemene Vergadering van het hoogheemraadschap van Rijnland;

Gezien het voorstel van de voorbereidingscommissie d.d. 24 december 2004;

Gelet op artikel 3 lid 4 van het Reglement voor het hoogheemraadschap van Rijnland;

Besluit:

vast te stellen de:

Verordening vaarverboden en vaargelden Rijnland 2005

Hoofdstuk

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    college: het college van dijkgraaf en hoogheemraden van Rijnland;

  • b.

    gemotoriseerd vaartuig: een vaartuig zoals omschreven in artikel 1, eerste lid sub b, van de Scheepvaartverkeerswet, dat is voor­zien van enige vorm van mechanische middelen tot voortbewe­ging.

Artikel 2 Vaarverbod; vrijstelling; ontheffing

  • 1.

    Voor de in bijlagen A, B en C genoemde wateren geldt een vaarverbod voor gemotoriseerde vaartuigen.

  • 2.

    Van het in het eerste lid bedoelde vaarverbod zijn de gemotoriseerde politie­vaartuigen vrijgesteld.

  • 3.

    Voor de in bijlagen A en B genoemde wateren kan van het in het eerste lid bedoelde verbod door het college bij algemene vaarvergunning ontheffing worden verleend.

  • 4.

    Voor de in bijlage C genoemde wateren kan van het in het eerste lid bedoelde verbod door het college bij bijzondere vaarvergunning ontheffing worden verleend.

Artikel 3 Algemene vaarvergunning

  • 1.

    De aanvraag voor een algemene vaarvergunning wordt schriftelijk gedaan op een nader door het college te bepalen wijze.

  • 2.

    Een algemene vaarvergunning wordt verleend voor alle in bijlage A of alle in bijlage A en B genoemde wateren.

  • 3.

    Een algemene vaarvergunning wordt verleend voor een aaneengesloten periode van zes weken of voor een kalenderjaar.

  • 4.

    Bij de aanvraag voor een vaarvergunning voor een aaneengesloten periode van zes weken vermeldt de aanvrager de gewenste ingangsdatum van de vergunning.

Artikel 4 Bijzondere vaarvergunning

  • 1.

    De aanvraag voor een bijzondere vaarvergunning wordt schriftelijk gedaan op een nader door het college te bepalen wijze.

  • 2.

    Een bijzondere vaarvergunning wordt verleend voor één of meer van de in bijlage C genoemde wateren.

  • 3.

    Een bijzondere vaarvergunning wordt slechts verleend aan de bezitter van een algemene vaarvergunning die vanwege de locatie van zijn woning of economische bestemming van ander onroerend goed gebruik dient te maken van het betreffende water.

  • 4.

    Bij de aanvraag voor een bijzondere vaarvergunning verstrekt de aanvrager afschrift van diens algemene vaarvergunning alsmede die gegevens betreffende de locatie van de woning of de economische bestemming van ander onroerend goed, waaruit de noodzaak van het gebruik van het desbetreffende water blijkt

Artikel 5 Vaargelden

  • 1.

    Voor het met een gemotoriseerd vaartuig bevaren van de in bijlage A, B en C genoemde wateren waarvoor de in artikel 3, tweede en derde lid, bedoelde algemene of bijzondere vaarvergunning wordt afgege­ven, wordt een recht (vaargeld) geheven.

  • 2.

    Belastingplichtig is de eigenaar of de schipper van het vaartuig.

  • 3.

    Het recht wordt verschuldigd, zodra de wateren als bedoeld in bijlage A, B of C worden bevaren.

  • 4.

    Het recht wordt geheven bij wege van het vorderen van een bedrag en dient te worden betaald op het tijdstip waarop de alge­mene of bijzondere vaarvergunning wordt afgegeven of daaraan vooraf­gaand bij wege van girale overschrij­ving.

  • 5.

    De rechten worden geheven naar de maatstaf en de tarieven, zoals die zijn opgeno­men in bijlage D.

  • 6.

    Het college kan nadere regels stellen met betrekking tot de heffing en de invordering van de vaargelden.

Artikel 6 Plaatsing borden

Ter aanduiding van het in artikel 2 bedoelde verbod worden aan de ingang dan wel uitgang van de desbetreffende wateren verkeerstekens geplaatst volgens model A.12 (verboden voor motorvaart) en daar waar nodig volgens model E.11 (einde verbod) van bijlage 7 van het Binnenvaartpolitiereglement.

Artikel 7 Inwerkingtreding; citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2005 en vervangt:

    • de verordening vaargelden, zoals vastgesteld door de Verenigde Vergadering van het Hoogheemraadschap van Rijnland op 17 december 1997

    • de regeling Vaarverbod A- en B-wateren, zoals vastgesteld door het College van dijkgraaf en hoogheemraden van Rijnland op 25 februari 1992.

  • 2.

    Deze verordening kan worden aangehaald als de “Verordening Vaarverboden en Vaargelden Rijnland 2005”.

  • Leiden, 19 januari 2005

Bijlagen

Bijlage A

  • Achtergat

  • Ade

  • Diepenhoek

  • Dinsdagse watering (tussen Haarlemmertrekvaart en jachthaven Noordwijk en tussen Ringsloot Hemmeerpolder en Herenweg te Warmond)

  • Drecht

  • Does (vanaf de Doeshaven tot de Kromme Does)

  • Dwarswatering

  • Elleboogse watering

  • Haarlemmertrekvaart (tussen Warmonderhek en grens provincie Zuid-Holland / Noord-Holland)

  • Hoflee

  • Jan Bakkersloot

  • Jan Koenensloot

  • Kleipoel

  • Koppoel

  • Kromme Does

  • Leidse Vaart

  • Leidse Gat (onder Warmond)

  • Maandagse watering (over een lengte van ± 350m. vanaf Oegstgeesterkanaal)

  • Meerburgerwatering

  • Nieuwe Vaart

  • Noord Aa (onder Hoogmade vanaf de Kromme Does tot de brug in de Oude Kerkweg)

  • Noord Aa (onder Zoeterwoude)

  • Noord Aase Vliet (tussen Noord Aa en Elleboogse Watering)

  • Oegstgeesterkanaal

  • Ommedijkse watering

  • Oostvaart

  • Poelmeer

  • Poelsloot (tot aan de spoorlijn)

  • Rijpwetering (tussen Koppoel en Paardebrug)

  • Rijpweteringervaart (tussen Wijde Aa en Spijkersloot)

  • Hemmeerpolder

  • Ringsloot Lisserpoelpolder (zuidelijk gedeelte van Ter Leedebrug tot boerderij Remmerswaal)

  • Sassenheimervaart (vanaf de spoorbrug tot de grens bebouwde kom gemeente Sassenhem)

  • Spijkersloot

  • Stingsloot

  • Vennemeer

  • Wassenaarse watering (tussen Rijn en grens bebouwde kom gemeente Wassenaar)

  • Wijde Aa, Zandsloot (tussen Norremeer en Rinsloot Hemmeerpolder)

  • Zevenhuizervaart (tot de z.g. brug van Heemskerk)

  • Ziende

  • Zijp

  • Zuidzijdervaart

Bijlage B

  • Langeraarse plassen

  • de wateren in de Noordeind- en Geerpolder

Bijlage C

  • Noord Ade vanaf de brug tot de Achterwetering

  • Oude Ade

  • Boekhorstvaart

  • Boerenbuurt

  • Dinsdagse Watering tussen de Ringsloot van de Hemmeerpolder en de Haarlemmer Trekvaart

  • Dobbewatering

  • Guldemondsvaart

  • Hanepoel

  • Hillegommerbeek

  • Mallegat

  • Pieter Mauritsvaart

  • Meer- of Buurwatering

  • Oosteindervaart tot aan de brug in de Heereweg

  • Rijpwetering

  • Schipperssloot

  • Schippersvaart

  • Steengrachtkanaal

  • Vaarsloot tussen de Stingsloot en de Oude Ade

  • Kooisloot

  • Leisloot

  • Ofwegen

  • Noordwijkse Vaart of Maandagse Watering

  • Veenwatering

  • Noord Aase Vliet, behoudens het gedeelte tussen de Noord Aa en de Elleboogse Watering

  • Stroomsloot

  • Vrouwenvaart

  • Weipoortse Vliet

  • Zuidbuurtse Wetering tot de brug in het Korte Kerkpad

  • Eerste en Tweede Zanderijsloot te Hillegom

  • Zanderijvaart te Noordwijkerhout

  • Zandsloot of Lisserbeek

  • Zandsloot tussen de Ringsloot van de Hemmeerpolder en de Haarlemmer Trekvaart

  • Zilkvaart of Elsbroekkanaal en Veenenburg

  • Zomersloot.

Bijlage D

  • 1.

    Het vaargeld voor vaartuigen met een lengte tot en met 6 meter en/of een motor­vermo­gen tot en met 3,7 kW (5 pk) ter zake van een algemene vaarvergunning voor de in bijlage A en B genoemde wateren bedraagt:

    • a.

      voor een aaneengesloten periode van zes weken: € 5,--

    • b.

      voor een kalenderjaar: € 14,--

  • 2.

    Het vaargeld voor vaartuigen met een lengte van meer dan zes meter en/of een motor­vermogen van meer dan 3,7 kW (5 pk) ter zake van een algemene vaarvergunning voor de in bijlage A genoemde wateren bedraagt:

    • a.

      voor een aaneengesloten periode van zes weken:  € 5,--

    • b.

      voor een kalenderjaar: € 25,--

  • 3.

    Het vaargeld voor een bijzondere vaarvergunning voor een kalenderjaar bedraagt: € 6,--.

  • 4.

    In de onder 1 t/m 3 bedoelde bedragen is een bedrag als leges begrepen:

    • a.

      voor het afgeven van de vergunningen als bedoeld onder 1.a en 2.a: € 3,--

    • b.

      voor het afgeven van de overige vergunningen: € 6,--.