Organisatie | Bunschoten |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel snippergroenbeleid |
Citeertitel | Beleidsregel snippergroenbeleid |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Bijlage I, schematisch proces van verkoop bij aanwezigheid kabels en leidingen |
Groenbeleid 2012-2015: 2e Herziene Snippergroenbeleid
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-03-2013 | nieuwe regeling | 07-03-2013 Gemeentekrant, 20-03-2013 | Onbekend. |
Vanuit het coalitieakkoord 2010-2014 is de opdracht geformuleerd dat het voorgaande snippergroenbeleid geëvalueerd dient te worden. Deze evaluatie heeft plaats gevonden d.m.v. een opiniërende bespreking tijdens de vergadering commissie ruimte van 23 november 2011. Tijdens deze vergadering heeft de commissie randvoorwaarden meegegeven teneinde het beleid aan te passen. Deze randvoorwaarden zijn onderzocht en uitgewerkt. Tijdens twee tussentijdse meldingen, gehouden op 28 maart en 20 juli 2012, zijn de verschillende mogelijkheden aan de commissie gepresenteerd. De commissie heeft als opdrachtformulering meegegeven dat de hoofdgroenstructuur gerespecteerd blijft en daaruit niet verkocht wordt. Wel is het wenselijk dat het toetsingscriteria Kabels en leidingen versoepeld wordt. Daarnaast een duidelijke kaart komt waarin geïllustreerd wordt waar de verkoopbare groenvakken liggen. Als derde aanpassing dat de verkoop van snippergroen altijd kostendekkend moet zijn. Al deze zaken worden hieronder in het nieuwe snippergroenbeleid behandeld.
Vanuit het bestuur en de organisatie is de wens geuit om het beleid ten aanzien van het snippergroen duidelijk vorm te geven. Hierdoor is het voor zowel het bestuur als de organisatie helder welke procedure geldt voor uitgifte van snippergroen. Uiteraard is het doel om duidelijk en eenduidig te zijn indien een snippergroenaanvraag bij de organisatie binnenkomt.
Het snippergroenbeleid heeft als doel:
De verkoop of verhuur van snippergroen vindt plaats op verzoek van de bevolking. De gemeente neemt hiertoe in principe geen initiatief met uitzondering van het gestelde in 7.3 punt 5.
Het openbaar groen heeft een belangrijke functie in de gemeente zoals afscherming, cultuurhistorie,recreatie, verkeersgeleiding en ecologie. Daarom staat de gemeente Bunschoten in beginsel het beleid voor dat geen openbaar groen verkocht wordt. Er zijn echter uitzonderingen mogelijk waarin de gemeente kan besluiten openbaar groen te verkopen of te verhuren.
Verhuur van snippergroen zal alleen gebeuren als de woning van de aanvrager ook gehuurd wordt door de aanvrager. Agrarisch grondgebruik en het hebben van gebouwen op het gehuurde perceel snippergroen zijn in principe verboden. Door de gemeente kunnen echter in de huurovereenkomst aanvullende of afwijkende voorwaarden voor verhuur worden opgenomen.
De prijs van snippergroen is gebaseerd op de inspanning die het ambtelijk apparaat moet leveren om tot een gedegen advies te komen of er al dan niet verkocht kan worden. De hiermee samenhangende uren worden direct verrekend in de snippergroenprijs, kortom de verkoop van snippergroen moet ten allen tijde kostendekkend zijn. De snippergroenprijs is gelijkgesteld aan de openbare grondprijs. Deze openbare grondprijs is kostendekkend.
Als snippergroen wordt verkocht moet in veel gevallen ook de bestemming worden gewijzigd van openbaar groen in tuin. Om dit mogelijk te maken zal een uitgebreide WABO procedure worden gevolgd. Daardoor wordt het mogelijk om af te wijken van het bestemmingsplan en wordt het gebruik als tuin toegestaan.
7.3 Procedure en inwerkingtreding
Van de gemeente mag men verwachten dat zij zich houdt aan de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Dit houdt onder ander in dat de gemeente zorgvuldigheid moet betrachten en willekeur moet voorkomen. Van toepassing zijn daarnaast de algemene wettelijke regels voor de aan- en verkoop danwel de verhuur van onroerende zaken. Bij het aangaan van een koop- of huurovereenkomst worden deze regels verder ingevuld en/of wordt hiervan afgeweken voor zover de wet dit toestaat. Instemming en ondertekening van zowel de koper als verkoper (of van zowel huurder als verhuurder) is noodzakelijk voor het geldig zijn van een koop- of huurovereenkomst. Enerzijds kunnen degenen die een aanvraag hebben ingediend niet worden verplicht om grond aan te kopen of te huren van de gemeente. Anderzijds kan de gemeente niet worden verplicht om een koop- of huurovereenkomst aan te gaan.
Het besluit om een perceel grond, in dit geval snippergroen, te verkopen of te verhuren is op grond van artikel 160, lid 1, sub e van de Gemeentewet een bevoegdheid van het college.
Wettekst gemeentewet artikel 160 lid 1 sub e
Het toegestane gebruik van het snippergroen op grond van het bestemmingsplan en algemene economische ontwikkelingen zijn bepalend voor de snippergroenprijs. Deze prijs is gelijk aan de openbare grondprijs. Deze wordt jaarlijks vastgesteld door de gemeente Bunschoten. Onderhandelen over deze prijs is niet mogelijk.
Verzoeken tot aankoop van openbaar groen zullen worden voorgelegd aan de afdeling Openbare Ruimte en de afdeling RO&V. De afdeling Openbare Ruimte zal, na overleg met de afdeling RO&V, het college adviseren over de verkoop van snippergroen. Het college zal naar aanleiding van het advies een besluit nemen. Deze bevoegdheid is gemandateerd aan het managementteam.
Jaarlijks wordt gerapporteerd over de verkooptransacties van het voorgaande jaar door het college van Burgemeester en Wethouders aan de raad in het kader van de jaarrekening. In deze rapportage wordt inzicht gegeven in de hoeveelheid aanvragen, hoeveelheid akkoord bevonden aanvragen en hoeveelheid verkochte/ verhuurde m² snippergroen met de opbrengsten hieruit.
Een aanvraag voor snippergroen wordt geïnventariseerd en getoetst aan gemeentelijke belangen en beleidsterreinen. De toetsing heeft als doel te voorkomen dat de verkoop van openbaar groen de (toekomstige) kwaliteit van de omgeving verstoort. Hierbij functioneert de snippergroenkaart. Vervolgens zal de aanvraag worden getoetst aan de hieronder volgende criteria.
Indien er verzoeken zijn van nutsbedrijven voor gebruik van groenvoorzieningen voor openbare nutsvoorzieningen kan de grond worden verkocht aan het nutsbedrijf tegen de openbare grondprijs. De bestemming blijft openbaar groen. Het gestelde onder 7.2, punt 3 is voor nutsbedrijven niet van toepassing.
De verkoop van snippergroen aan een nutsbedrijf zal alleen kunnen plaatsvinden indien de gemeente het recht van terugkoop van het snippergroen behoud. De grondprijs die gehanteerd wordt tijdens deze terugkoop zal dezelfde zijn als waar het nutsbedrijf de grond van de gemeente heeft aangekocht. De grond zal terug worden overgedragen in onbebouwde staat, vrij van nutsvoorzieningen en plant- of zaaiklaar.
Versnippering van onderhoud en van de gemeentelijke eigendomssituatie is niet gewenst. Verkoop van percelen grond mag niet ten koste gaan van het efficiënt beheren en onderhouden van de groenvoorziening. Het gaat hier met name om stukken grond die overblijven na de verkoop van het perceel snippergroen. Het overblijvende deel moet een bepaalde breedte en omvang houden, afhankelijk van de specifieke onderhoudssituatie.
Indien een aanvraag is ontvangen en het betreffende deel snippergroen is zodanig gelegen dat toedeling van dit perceel logischerwijs ook aan andere percelen zou kunnen plaatsvinden, dan wordt de overige eigenaren van deze aangrenzende percelen gevraagd of belangstelling bestaat voor de aankoop van een evenredig deel van het perceel. Wanneer hiervoor geen interesse is wordt de verkoopaanvraag afgewezen, in dat geval zou dit leiden tot verspringende erfgrenzen (punt 5) Het is ook niet wenselijk het geheel aan de aanvrager te verkopen want dan zou zijn tuin deels voor de tuin van de buren komen te liggen. Dit kan voor overlastsituaties in de toekomst zorgen.
Openbare grond wordt niet verkocht of verhuurd als dit ten koste gaat van infrastructurele voorzieningen aangelegd ten behoeve van verkeer, voer- en vaartuigen en fiets- of voetgangers. Bij fiets- en wandelpaden wordt ter weerzijde een strook plantsoen ter breedte van minimaal 3 meter gehandhaafd. Bij grotere groenstroken wordt een breedte van minimaal 5 meter gehanteerd. E.e.a. is afhankelijk van de functie van het groen.
In sommige gevallen zal dit leiden tot het vestigen van een zakelijk recht op de grond, in zo’n geval zullen de kabels in het perceel blijven liggen, maar komen er restricties op het gebruik van de grond. Kabels zullen wel toegankelijk moeten blijven. Kosten die voortvloeien uit het voorbereiden van de grondtransactie worden doorberekend aan de aanvrager, ook wanneer de aanvrager besluit de grond niet aan te kopen.
Gronden worden niet verkocht als verwacht wordt dat gevolgen van de verkoop een nadelige invloed hebben op de civieltechnische functies van naastgelegen constructies en/of het onderhoud hiervan. Tevens bij aanvragen waarin verzocht wordt verharding, bijvoorbeeld voetpaden of trottoirs, te verplaatsen worden afgewezen.