Organisatie | Rozendaal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening participatie schoolgaande kinderen Wet werk en bijstand |
Citeertitel | Verordening participatie schoolgaande kinderen Wet werk en bijstand |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-03-2013 | 01-01-2013 | 01-01-2015 | gewijzigde regeling | 26-02-2013 Gemeentelijk informatieblad "In de Roos"d.d. 8-3-2013 | Onbekend |
De gemeenteraad beschouwt het als zijn taak om de maatschappelijke participatie te bevorderen en het aantal schoolgaande kinderen dat belemmeringen ondervindt in die participatie door de financiële positie van hun ouders, terug te dringen.
Artikel 3 Verantwoordelijkheid college
Indien een voorziening, bedoeld in het tweede lid, het rechtskarakter heeft van categoriale bijzondere bijstand, bedoeld in artikel 35, vijfde lid, van de wet, draagt het college er zorg voor dat deze bijstand uitsluitend wordt verstrekt aan een belanghebbende met een inkomen tot 110 procent van de op hem van toepassing zijnde bijstandsnorm.
Artikel 4 Beleid en voorzieningen
Het college verstrekt categoriale bijzondere bijstand ten behoeve van de bekostiging van de maatschappelijk participatie van schoolgaande kinderen. Voor een kind dat het voortgezet onderwijs volgt € 150,00 per kind en voor een kind dat het basisonderwijs volgt € 75,00 per kind.
Burgemeester en wethouders beslissen binnen 8 weken na het indienen van de aanvraag categoriale bijzondere bijstand als genoemd onder a van artikel 4. De beslissing wordt schriftelijk meegedeeld.
Artikel 7 Maatschappelijke participatie in andere gemeentelijke regelingen
Voor zover in een andere gemeentelijke regeling reeds is voorzien in een wettelijke grondslag voor ondersteuning van de maatschappelijke participatie, wordt die regeling geacht mede uitvoering te geven aan de opdracht, bedoeld in artikel 8, eerste lid, onderdeel g, van de wet.