Organisatie | Delfzijl |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Wet Inburgering Delfzijl 2013 |
Citeertitel | Verordening Wet Inburgering Delfzijl 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
De Verordening Wet inburgering gemeente Delfzijl 2010 blijft van toepassing op de inburgeraars die vóór 31 december 2012 gestart zijn met de voorziening.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-04-2013 | nieuwe regeling | 28-02-2013 Eemsbode, 17-04-2013 | Geen |
De raad van de gemeente Delfzijl;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 februari 2013;
inzake de Wet Inburgering gelet op de artikelen 8, 19, vijfde en zesde lid, 23, derde lid, 24 e, 24 f en 35 van de Wet inburgering, zoals deze luidde op 31 december 2012 en artikel 9 lid 5 van de wet van 13 september 2012 tot wijziging van de Wet inburgering (2012, 430);
overwegende dat de raad bij verordening regels dient te stellen over de informatieverstrekking door de gemeente aan inburgeringsplichtigen, het aanbieden van een inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening aan inburgeringsplichtigen en de rechten en plichten van de inburgeringsplichtige voor wie een inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening is vastgesteld, alsmede dat de raad bij verordening het bedrag dient vast te stellen van de bestuurlijke boete die voor de verschillende overtredingen kan worden opgelegd;
overwegende dat als gevolg van de wijziging van de Wet inburgering de taken van gemeenten op het terrein van inburgering op termijn beëindigd zullen worden;
overwegende dat gedurende een overgangsperiode gemeenten nog een aantal taken op het terrein van inburgering zullen uitoefenen;
overwegende dat daarom de onder de Wet inburgering, zoals deze luidde op 31 december 2012 opgestelde verordening dient te worden gewijzigd/ aangepast/ ingetrokken;
Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen en informatieverstrekking
Artikel 2 De informatieverstrekking aan inburgeringsplichtigen
Het college draagt er zorg voor dat de inburgeringsplichtigen op een doeltreffende en doelmatige wijze worden geïnformeerd over hun rechten en plichten uit hoofde van de wet en over het aanbod van en de toegang tot de voorzieningen.
Het college maakt bij de informatieverstrekking aan de inburgeringsplichtigen in ieder geval gebruik van de volgende middelen:
Het college beoordeelt ten minste eens in de twee jaar de doeltreffendheid en doelmatigheid van de informatieverstrekking aan de inburgeringsplichtige en rapporteert daarover aan de raad.
Hoofdstuk 2. Doelgroepen en samenstelling van de inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening
Het college biedt een inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening aan de inburgeringsplichtige, te weten:
Artikel 4 De samenstelling van de inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening
Een inburgeringsvoorziening kan een duaal programma omvatten dat bestaat uit een inburgeringstraject en een participatietraject. Het inburgeringstraject leidt op tot het inburgeringsexamen, staatsexamen of een diploma waarmee de inburgeringsplichtige aantoonbaar aan zijn verplichtingen heeft voldaan. Het participatietraject voorziet in activiteiten die in samenhang, en ten minste voor een deel gelijktijdig, met het verwerven van mondelinge en schriftelijke vaardigheden in de Nederlandse taal en kennis van de Nederlandse samenleving worden uitgevoerd. De activiteiten van het participatietraject zijn er op gericht de actieve deelname van de inburgeringsplichtige aan de samenleving te stimuleren.
Hoofdstuk 3. Het aanbod van een inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening
Artikel 7 De procedure van het doen van een aanbod
Het college doet het aanbod, bedoeld in artikel 19, eerste of tweede lid, van de wet schriftelijk. Het aanbod wordt gezonden naar het adres waar de inburgeringsplichtige bedoeld in artikel 3 in de gemeentelijke basisadministratie is ingeschreven.
1. In het aanbod wordt een omschrijving gegeven van de inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening die wordt aangeboden en worden de rechten en verplichtingen vermeld die aan die voorziening worden verbonden.
2. De inburgeringsplichtige bedoeld in artikel 3 aan wie een aanbod wordt gedaan, deelt binnen 4 weken het college schriftelijk mee of hij het aanbod al dan niet aanvaardt.
3. Wanneer de inburgeringsplichtige bedoeld in artikel 3 het aanbod aanvaardt, neemt het college binnen 6 weken na ontvangst van deze mededeling het besluit tot vaststelling van de inburgeringsvoorziening of taalkennisvoorziening.
Hoofdstuk 4. De bestuurlijke boete
Artikel 9 De hoogte van de bestuurlijke boetes voor de verschillende overtredingen
De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste € 130,00 indien de inburgeringsplichtige of de persoon ten aanzien van wie het college op redelijke gronden kan vermoeden dat deze inburgeringsplichtig is geen of onvoldoende medewerking verleent aan het onderzoek, bedoeld in artikel 25, vierde lid, van de wet.
De inburgeringsplichtige die na het volgen van een door het college vastgestelde voorziening het inburgeringsexamen, NT2 Staatsexamen programma I of II dan wel diploma binnen een termijn van drie jaar behaalt, wordt daarvoor beloond. De beloning is ten hoogste gelijk aan de vastgestelde eigen bijdrage. Uitgangspunt is dat de eigen bijdrage conform de wet wel eerst wordt geïnd. Wanneer de eigen bijdrage nog niet volledig is betaald, wordt de beloning verrekend met de nog verschuldigde eigen bijdrage. De termijn van drie jaar start nadat de voorziening bij beschikking is vastgesteld.