Organisatie | Nijkerk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Bijzondere Bijstand Nijkerk 2008 |
Citeertitel | Beleidsregels Bijzondere Bijstand Nijkerk 2008 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
Wet Werk en Bijstand, art. 35
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-07-2008 | 20-03-2013 | nieuwe regeling | 02-06-2008 De Stad Nijkerk, 18-06-2008 | Cbesl. 2008-06-02 nr. 3 |
Hoofdstuk 1 – Algemene bepalingen
Aanvragen voor bijzondere bijstand op grond van deze beleidsregels moeten in beginsel worden ingediend voordat de kosten zijn gemaakt. Aanvragen voor incidentele bijstand of benoemde verstrekkingen als bedoeld in hoofdstuk 4 kunnen worden ingediend tot 1 jaar volgend op de maand waarin de kosten zijn gemaakt.
Hoofdstuk 2 – Draagkracht en draagkrachtperiode
Artikel 3 – Draagkracht van verstrekkingen gerelateerd aan algemene bijstand en aan landelijke voorliggende voorzieningen (hoofdstuk 3)
Hoofdstuk 3 – Verstrekkingen gerelateerd aan algemene bijstand en landelijke voorliggende voorzieningen
Artikel 8 – Aanvullende uitkering voor uitwonende jongeren van 18 tot 21 jaar
Een alleenstaande van 18, 19 of 20 jaar, die niet inwonend is bij zijn ouders en die verkeert in omstandigheden als bedoeld in artikel 12 WWB, kan een toeslag worden verleend tot het bedrag van de normuitkering inclusief een eventuele toeslag van een 21-jarige in vergelijkbare omstandigheden, als :
Hoofdstuk 4 – Verstrekkingen bijzondere bijstand
Artikel 11 - Collectieve aanvullende ziektekostenverzekering
Gehuwden en alleenstaande ouders met een inkomen van maximaal 120% van het bruto wettelijk minimumloon kunnen in aanmerking komen voor een collectief af te sluiten aanvullende ziektekostenverzekering. Alleenstaanden met een inkomen van maximaal 100% van het bruto wettelijk minimumloon kunnen in aanmerking komen voor een collectief af te sluiten aanvullende ziektekostenverzekering.
Voor de kosten van een bril of contactlenzen wordt eens in de drie jaar bijzondere bijstand verstrekt. De bijzondere bijstand bedraagt de maximale vergoeding uit het aanvullende ziektekostenverzekeringspakket van Agis.
Artikel 13 – Reiskosten ziekenbezoek
Bijzondere bijstand kan worden verstrekt voor de reiskosten van ziekenbezoek als de zieke tot het gezin behoort, deze in een inrichting is opgenomen en de inrichting buiten de gemeente is gelegen. De hoogte van de bijzondere bijstand is gelijk aan de goedkoopste vorm van openbaar vervoer voor het betreffende traject.
Artikel 16 – Verhuiskosten/dubbele huur
Er wordt bijzondere bijstand verstrekt voor verhuiskosten/dubbele huur in de volgende situaties :
Artikel 17 – Verblijfsvergunning
Voor de (leges)kosten van verlenging of wijziging van een verbliifsvergunning wordt bijzondere bijstand verleend. De vergoeding is gelijk aan de werkelijk te maken (leges)kosten onder aftrek van de maximale (leges)kosten die een Nederlander eens in de vijf jaar verschuldigd is voor een identiteitsbewijs.
De beleidsregels bijzondere bijstand geven de kaders aan voor de verstrekking van bijzondere bijstand. De Beleidsregels zijn aangepast naar aanleiding van het Meerjarenplan WWB 2007 en 2008 en door continue veranderingen in wetgeving en maatschappij.
De beleidsregels noemen een aantal specifieke kosten waarop belanghebbende recht heeft. Overige kosten moeten individueel beoordeeld worden. Er kan sprake zijn van een bijzondere noodzaak, die voortvloeit uit de soort kosten (kosten die niet iedereen heeft en die onvermijdelijk zijn en niet voorvloeien uit eigen keuze) of kosten die naar hun aard niet bijzonder zijn, maar die (deels) bijzonder worden door de individuele omstandigheden van de belanghebbende.
De beleidsregels geven helderheid over zaken als draagkracht en draagkrachtperiode. Het opstellen van beleidsregels geeft belanghebbenden grotere rechtsgelijkheid en rechtszekerheid en bevordert een doelmatige uitvoering.
In deze beleidsregels is geen hardheidsclausule opgenomen op grond van artikel 4:84 Awb, omdat het bestuursorgaan handelt overeenkomstig de beleidsregels, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregels te dienen doelen.
Artikel 1 - Begripsomschrijvingen
Voor de begripsbepalingen wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de in de Wet Werk en Bijstand (WWB) en in de Algemene wet bestuursrecht (Awb) genoemde begrippen.
Het college heeft beleidsvrijheid om te bepalen welke inkomens- en vermogensbestanddelen als middelen in aanmerking worden genomen (artikel 35 lid 1 WWB). Met het oog op een eenvoudige uitvoering van de bijzondere bijstand is de vaststelling van het inkomen eenvoudig gehouden.
Artikel 3 – Draagkracht verstrekkingen gerelateerd aan algemene bijstand of aan landelijke voorliggende voorzieningen
Deze verstrekkingen sluiten zeer nauw aan bij de algemene bijstand en landelijke voorliggende voorzieningen bijvoorbeeld de Wet op de huurtoeslag. Het inkomen boven de bijstandsnorm moet volledig als draagkracht worden aangemerkt. Als dit inkomen niet als draagkracht zou worden aangemerkt, zou dit tot de situatie leiden dat iemand met een woonkostentoeslag beter af is dan met huurtoeslag. Dit is niet wenselijk.
Voor belanghebbenden met een bijstandsuitkering is een draagkrachtberekening niet nodig, omdat bij de toekenning van bijstand al is vastgesteld dat er geen draagkracht is.
Artikel 6 – Woonkostentoeslag voor woonkosten beneden de maximale huurgrens voor de huurtoeslag
De woonkostentoeslag is een soort bijzondere bijstand die voorziet in de hiaten van de wet op de huurtoeslag. De Wet op de huurtoeslag is een voorliggende voorziening. Dit betekent dat wanneer bepaalde groepen (huurders) uitdrukkelijk buiten de werking van de wet op de huurtoeslag zijn gelaten, deze ook geen recht hebben op huurtoeslag. Het gaat hierbij vooral om huurders van een kamer of onzelfstandige woonruimte. Dit zijn geen zelfstandige woonruimten in het kader van de Wet op de huurtoeslag.
Artikel 7 – Woonkostentoeslag voor woonkosten boven de maximale huurgrens voor de huurtoeslag
Zie ook de toelichting bij artikel 6. Hierbij geldt de voorwaarde dat zo snel mogelijk doch uiterlijk binnen een jaar actief andere goedkopere woonruimte wordt gezocht.
Artikel 8 – Aanvullende uitkering voor uitwonende jongeren van 18 tot 21 jaar.
2. Bij plaatsing in een voorziening ingevolge de Wet op de Jeugdhulpverlening is zak- en kleedgeld in de dagprijs begrepen.
Artikel 9 – Toeslag voormalige alleenstaande ouder
Met deze toeslag wordt aangesloten bij de systematiek van de kinderbijslag en financiering op grond van de Wet op de Studie Financiering en de Wet (WSF) of de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten (Wtos).
Voor het vaststellen van de medische noodzaak van een bril is een recept van de oogarts of een oogmeting van de opticien, waaruit blijkt dat een bril noodzakelijk, nodig. De nota van de opticien moet worden overgelegd. Eventuele meerkosten zijn voor rekening van belanghebbende.
Artikel 13– Reiskosten ziekenbezoek
De bezoekfrequentie is afhankelijk van de specifieke situatie waarin het gezinslid zich bevindt.
In verband met de goedkoopste vorm van openbaar vervoer voor het betreffende traject worden kinderen onder 12 jaar geacht mee te reizen met de ouder in voorkomende gevallen.
Artikel 14 – Kosten voor woninginrichting en duurzame gebruiksgoederen
De Stadsbank is een voorliggende voorziening voor het verstrekken van een lening. Als de Stadsbank geen gewone lening wil verstrekken voor de kosten van woninginrichting, maar een lening in de vorm van borgtocht wordt voor deze kosten bijzondere bijstand verstrekt in de vorm van een geldlening. Deze werkwijze is klantvriendelijker, sneller en doelmatiger.
Het verstrekte bedrag voor woninginrichting moet verantwoord worden door het overleggen van nota’s. Voor de doelmatigheid moet 90% van het verstrekte bedrag zijn verantwoord met nota’s.
Dit artikel is opgenomen ter vervanging van de op 10 januari 2005 vastgestelde witgoedregeling bijzondere bijstand met toepassing van de grenzen van het bruto wettelijk minimumloon. De hoogte van de bijzondere bijstand is op prijspeil 2008 voor een gasfornuis met gasoven € 290,00, voor een koelkast met vriesvak € 250,00, voor een wasmachine € 350,0.
Artikel 16 – Verhuiskosten/dubbele huur
Als er een voorliggende voorziening is voor verhuiskoten in verband met medische noodzaak, moet van deze voorziening gebruik worden gemaakt. Te denken valt hierbij aan de Wet maatschappelijke Ondersteuning (WMO).
Artikel 17 - Verblijfsvergunning
Er wordt alleen bijzondere bijstand verstrekt voor de kosten voor verlenging of wijziging van een verblijfsvergunning, niet voor de kosten van een eerste aanvraag. De kosten van naturalisatie komen evenmin aan aanmerking voor bijzondere bijstand, omdat dit geen noodzakelijke te maken kosten zijn. De kosten van een identiteitsbewijs worden in mindering gebracht, omdat iedereen geacht wrodt deze kosten zelf te kunnen voldoen.
Artikel 19 – Bijstand in de vorm van een geldlening
In dit artikel wordt de hoogte en wijze van aflossing van de geldlening geregeld. De hoogte van de aflossing wordt gerelateerd aan de kostensoort en aan de situatie. Leenbijstand met het oog op inkomsten, die een belanghebbende binnen korte tijd verwacht of leenbijstand in de vorm van een voorschot op de uitkering moet direct worden verrekend met die inkomsten of de toegekende uitkering.
Voor de overige leningen geldt een aflossingspercentage van 6%, tenzij er sprake is van tekortschietend besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het bestaan.
Als de persoonlijke situatie verandert, regelt dit artikel de aanpassing van de aflossing aan de omstandigheden.
Artikel 20 – Periode van aflossing geldlening
Omdat er verschillende soorten geldleningen zijn is dat reden de duur aan te passen. Uitgangspunt is een duur van maximaal 3 jaar. Wanneer er sprake is van verwijtbaarheid kan de aflossing van de lening voor een langere periode vastgesteld worden.