Organisatie | Olst-Wijhe |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | VERORDENING WET INBURGERING GEMEENTE OLST-WIJHE |
Citeertitel | Verordening Wet inburgering gemeente Olst-Wijhe |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-07-2007 | 01-01-2007 | 01-01-2019 | Nieuwe regeling | 02-07-2007 Huis-aan-Huis, 12-07-2007 | Onbekend |
De raad van de gemeente Olst-Wijhe;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 juni 2007 inzake de Wet inburgering;
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;
gelet op de artikelen 8, 19, vijfde lid, 23, derde lid, en 35 van de Wet inburgering;
overwegende dat de raad bij verordening regels dient te stellen over de informatieerstrekking door de gemeente aan inburgeringsplichtigen, het aanbieden van een inburgeringsvoor-ziening aan bijzondere groepen inburgeringsplichtigen en de rechten en plichten van de inburgeringsplichtige voor wie een inburgeringsvoorziening is vastgesteld, alsmede dat de raad bij verordening het bedrag dient vast te stellen van de bestuurlijke boete die voor de verschillende overtredingen kan worden opgelegd;
Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen en informatieverstrekking
Hoofdstuk 2. Doelgroepen en samenstelling van de inburgeringsvoorziening
Artikel 3 Aanwijzen van de doelgroepen
Het college wijst geen groepen inburgeringsplichtigen aan waaraan hij bij voorrang een inburgeringsvoorziening aanbiedt. Het college biedt in ieder geval een inburgeringsvoorziening aan aan de inburgeringsplichtige die houder is van een verblijfsvergunning als bedoeld in artikel 28 of 33 van de Vreemdelingenwet 2000. Het college maakt gebruik van de mogelijkheid de twee extra benoemde doelgroepen in de wet een inburgeringsvoorziening aan te bieden. Dit zijn:
Een inburgeringsplichtige onder lid 1 en 2 hoeft het aanbod niet te accepteren. Weigert de inburgeringsplichtige het aanbod, dan zal hij/zij zich zelfstandig moeten voorbereiden op het inburgeringsexamen. De inburgeringsplichtige wordt hiervan schriftelijk op de hoogte gesteld via een handhavingsbeschikking.
Hoofdstuk 4. De bestuurlijke boete
Artikel 9 De hoogte van de bestuurlijke boetes voor de verschillende overtredingen
De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste € 250,00 indien de inburgeringsplichtige of de persoon ten aanzien van wie het college op redelijke gronden kan vermoeden dat deze inburgeringsplichtig is geen of onvoldoende medewerking verleent aan het onderzoek, bedoeld in artikel 25, vierde lid, van de wet.
De bestuurlijke boete bedraagt ten hoogste € 500,00 indien de inburgeringsplichtige geen of onvoldoende medewerking verleent aan de uitvoering van de voor hem vastgestelde inburgeringsvoorziening, bedoeld in artikel 23, eerste lid, van de wet of aan de verplichtingen, bedoeld in artikel 6 van deze verordening.
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de inburgeringsplichtige afwijken van deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Artikel 12 Beslissing burgemeester en wethouders
In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders.