Organisatie | Landsmeer |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Toeslagenverordening Wet werk en bijstand |
Citeertitel | Toeslagenverordening Wet werk en bijstand |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Toeslagenverordening Werk en Bijstand van 12 oktober 2004.
1.Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-12-2005 | 01-01-2012 | nieuwe regeling | 29-11-2005 Kompas Regiokrant, 13-12-2005 | Onbekend |
De Raad van de gemeente Landmeer;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 25 oktober 2005;
Gelet op het bepaalde in artikel 147 Gemeentewet, alsmede de artikelen 8 en 30 van de Wet werk en bijstand;
Overwegend dat het noodzakelijk is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen van bijstandsgerechtigden van 21 jaar en ouder, doch jonger dan 65 jaar en op grond van welke criteria de toeslag wordt verstrekt of de verlaging wordt bepaald, bij verordening te regelen,
vast te stellen de navolgende: Toeslagenverordening Wet werk en bijstand.
Hoofdstuk II Verhoging en verlaging
Artikel 3 Toeslagen alleenstaanden 23 tot 65 jaar en alleenstaande ouders van 21 tot 65 jaar.
De norm wordt verhoogd met een toeslag, indien de alleenstaande van 23 jaar of ouder maar jonger dan 65 jaar of de alleenstaande ouder van 21 jaar of ouder maar jonger dan 65 jaar, hogere algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan heeft dan waarin de norm voorziet als gevolg van het niet of niet geheel kunnen delen van deze kosten met een ander.
Artikel 4 Verlaging van de norm van gehuwden
De norm wordt lager vastgesteld, indien de gehuwde die jonger is dan 65 jaar en de partner ook jonger is dan 65 jaar, lager algemeen noodzakelijke kosten van bestaan heeft, dan waarin de norm voorziet, als gevolg van het geheel of gedeeltelijk kunnen delen van deze kosten met een ander. De verlaging bedraagt 10 procent van het wettelijk minimumloon.
Artikel 5 Toeslag alleenstaanden van 21 en 22 jaar
De toeslag wordt voor een alleenstaande van 21 respectievelijk 22 jaar vastgesteld op 1 procent respectievelijk 5 procent van het wettelijk minimumloon, indien hij lagere algemeen noodzakelijke kosten van bestaan heeft dan waarin de norm voorziet, als gevolg van het geheel of gedeeltelijk kunnen delen van deze kosten met een ander.