Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Wijk bij Duurstede

Mandaatbesluit Omgevingsdienst regio Utrecht 2013

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWijk bij Duurstede
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingMandaatbesluit Omgevingsdienst regio Utrecht 2013
CiteertitelMandaatbesluit Omgevingsdienst regio Utrecht 2013
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

21-02-2013Onbekend

12-02-2013

De Wijkse Courant d.d. 21-02-2013, www.wijkbijduurstede.nl, www.overheid.nl

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Mandaatbesluit Omgevingsdienst regio Utrecht 2013

Besluit van het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Wijk bij Duurstede houdende de verlening van mandaat, volmacht en machtiging aan de directeur van de Omgevingsdienst regio Utrecht (Mandaatbesluit Omgevingsdienst regio Utrecht 2013)

Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Wijk bij Duurstede, ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft;

gelet op het bepaalde in afdeling 10.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht, de Gemeentewet, de Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst regio Utrecht en de daarop gebaseerde dienstverleningsovereenkomst;

besluit:

vast te stellen het Mandaatbesluit Omgevingsdienst regio Utrecht 2013

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • a.

    burgemeester: de burgemeester van de gemeente;

  • b.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente;

  • c.

    dienstverleningsovereenkomst: de overeenkomst als bedoeld in artikel 19 van de Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst regio Utrecht;

  • d.

    directeur: de directeur van de Omgevingsdienst, bedoeld in artikel 27 van de Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst regio Utrecht;

  • e.

    gemeente: de gemeente Wijk bij Duurstede;

  • f.

    mandaat: de bevoegdheid om in naam van het college van burgemeester en wethouders dan wel de burgemeester besluiten, in de zin van artikel 1:3 Algemene wet bestuursrecht te nemen;

  • g.

    machtiging: de bevoegdheid om in naam van het college van burgemeester en wethouders dan wel de burgemeester handelingen te verrichten die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn;

  • h.

    omgevingsdienst: het openbaar lichaam Omgevingsdienst regio Utrecht, bedoeld in artikel 2 van de Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst regio Utrecht;

  • i.

    overleg / afstemming: overleg of afstemming vindt in beginsel plaats met de regievoerder (contactpersoon) van de gemeente. In voorkomende gevallen wordt (tevens) de betrokken gemeentelijke afdeling dan wel de betrokken wethouder of de burgemeester ingelicht.

  • j.

    risicovolle situatie: een situatie waarbij sprake is van een vergunningplichtige inrichting, een of meerdere gevaarlijke stoffen, een bodembedreigende situatie of vuurwerk;

  • k.

    volmacht: de bevoegdheid om in naam van het college van burgemeester en wethouders dan wel de burgemeester privaatrechtelijke rechtshandelingen te verrichten.

Artikel 2 Mandaat

  • 1.

    Aan de directeur wordt mandaat verleend tot het uitoefenen van bevoegdheden, overeenkomstig de bij dit besluit behorende bijlage, voor zover de daarin vermelde bevoegdheden verband houden met de uitvoering van de overeengekomen taken bij of krachtens de dienstverleningsovereenkomst.

  • 2.

    De in de bijlage vermelde bevoegdheden vloeien voort uit de bij of krachtens de volgende en de daarvoor in de plaats tredende wet- en regelgeving, waaronder in ieder geval begrepen: de Algemene wet bestuursrecht (Awb), de Gemeentewet, de Monumentenwet 1988, de Wet milieubeheer (Wm), de Wet bodembescherming (Wbb), de Wet geluidhinder (Wgh), de Wet vervoer gevaarlijke stoffen, de Wet ruimtelijke ordening (Wro), de Woningwet (Ww), de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo), de Flora- en faunawet, de Natuurbeschermingswet 1998, de Waterwet, de Drank- en Horecawet (DHW), de Wet ammoniak en veehouderij, de Wet geurhinder en veehouderij, het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer, het Lozingenbesluit bodembescherming (Lbb), het Besluit bodemkwaliteit (Bbk), het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi), het Asbestverwijderingsbesluit 2005, het Vuurwerkbesluit, de Algemene Plaatselijke Verordening van de gemeente (APV) en de overige uit de hiervoor genoemde wetten voortvloeiende uitvoeringsregelgeving en gemeentelijke verordeningen.

Artikel 3 Algemene beperkingen mandaat

Onverminderd het bepaalde in artikel 10:3 van de Algemene wet bestuursrecht blijft de uitoefening van een bevoegdheid voorbehouden aan het college of de burgemeester indien:

  • a.

    het besluit het vaststellen van beleidsregels betreft in de zin van artikel 1:3, vierde lid, Awb;

  • b.

    het een beslissing op een bezwaarschrift betreft;

  • c.

    het een besluit betreft waaruit financiële consequenties voortvloeien die niet in de begroting zijn voorzien.

Artikel 4 Kaders uitoefening bevoegdheden

  • 1.

    De directeur hanteert bij de uitoefening van de opgedragen bevoegdheden het beleid van de burgemeester en het college alsmede de door de gemeenteraad van de gemeente vastgestelde kaders.

  • 2.

    Indien de directeur in afwijking van het bepaalde in het eerste lid wenst te besluiten, treedt hij hierover in overleg met de burgemeester of het college.

Artikel 5 Informatie, afschriften en voorafgaand overleg

  • 1.

    De directeur informeert de burgemeester en het college bij zwaarwegende omstandigheden en gebeurtenissen die betrekking hebben op de gemandateerde bevoegdheden.

  • 2.

    De directeur zendt afschriften aan de gemeente van relevante correspondentie met betrekking tot de uitoefening van gemandateerde bevoegdheden.

  • 3.

    De directeur verschaft, voorafgaand aan de uitoefening van de bevoegdheden bedoeld in artikel 2, eerste lid, alle benodigde informatie en voert tevens overleg met de burgemeester of het college indien:

    • a.

      de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheid voor de burgemeester of het college naar verwachting politieke en/of maatschappelijke gevolgen kan hebben;

    • b.

      een besluit tot consequentie kan hebben dat de gemeente aansprakelijk zal worden gesteld of anderszins aangesproken zal worden;

    • c.

      het een besluit betreft waaruit onvoorziene financiële of andere consequenties voortvloeien die tot overschrijding kunnen leiden van beschikbare budgetten of begrotingsposten;

    • d.

      de burgemeester of het college de wens daartoe kenbaar hebben gemaakt.

Artikel 6 Ondermandaat

  • 1.

    De directeur kan de bevoegdheden, genoemd in de bij dit besluit behorende bijlage, in ondermandaat opdragen aan personen die onder zijn/haar verantwoordelijkheid werkzaam zijn.

  • 2.

    De artikelen 3, 4 en 5 zijn van overeenkomstige toepassing op de uitoefening van bevoegdheden in ondermandaat.

Artikel 7 Machtiging en volmacht

  • 1.

    Voor de toepassing van dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt, voor zover van toepassing en in verband met de activiteiten waarvoor mandaat wordt verleend, met mandaat gelijkgesteld:

    • a.

      de verlening van volmacht tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, en

    • b.

      de machtiging om handelingen te verrichten die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.

  • 2.

    Voor zover van toepassing wordt ondermandaat, als bedoeld in artikel 6, gelijk gesteld aan ondervolmacht en ondermachtiging.

Artikel 8 Ondertekening

1.Indien een besluit wordt genomen bij of krachtens het bepaalde in de artikelen 2 en 6 luidt de ondertekening:

“namens burgemeester en wethouders van de gemeente Wijk bij Duurstede” c.q. “namens de burgemeester van de gemeente Wijk bij Duurstede”, gevolgd door de handtekening, naam en functie van de (onder)gemandateerde.

2.Indien het bestuursorgaan zelf het besluit heeft genomen, luidt de ondertekening, krachtens ondertekeningsmandaat:

“overeenkomstig het door burgemeester en wethouders van de gemeente Wijk bij Duurstede genomen besluit d.d. (datum),” c.q. “overeenkomstig het door de burgemeester van de gemeente Wijk bij Duurstede genomen besluit d.d. (datum),”, gevolgd door de handtekening, naam en functie van de (onder)gemandateerde.

3.Indien gebruik wordt gemaakt van volmacht en machtiging overeenkomstig artikel 7, luidt de ondertekening:

“namens de gemeente Wijk bij Duurstede, gevolgd door de handtekening, naam en functie van de (onder)gemandateerde.

Artikel 9 Slotbepalingen

  • 1.

    Alle mandaatbesluiten, genomen door het college en de burgemeester, waarbij mandaat, machtiging of volmacht werd verleend aan de directeur c.q. ondergeschikte functionarissen van de Milieudienst Zuidoost-Utrecht en/of de Milieudienst Noord-West Utrecht, worden ingetrokken met ingang van de inwerkingtreding van dit besluit.

  • 2.

    Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag nadat het overeenkomstig artikel 3:42, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht is bekendgemaakt.

  • 3.

    Dit besluit wordt aangehaald als: Mandaatbesluit Omgevingsdienst regio Utrecht 2013.

Aldus besloten door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Wijk bij Duurstede op ……

de secretaris, de burgemeester,

…………………… ………………………

en de burgemeester van de gemeente Wijk bij Duurstede,

………………….

Voor akkoord,

De directeur van de Omgevingsdienst regio Utrecht,

ir. N. Sikkema MBM

………………………..

BIJLAGE (bij het Mandaatbesluit Omgevingsdienst regio Utrecht 2013)

 

Bevoegdheden

Bijzondere bepalingen

Toezicht en handhaving

1.

Het voeren van correspondentie in het kader van toezicht en handhaving, waaronder in ieder geval begrepen:

-de aanschrijvingsbrieven en

-het voornemen tot oplegging van een last onder dwangsom of bestuursdwang

Uitvoering conform het gemeentelijk handhavingsbeleid

2.

Het uitvoeren van toezichtbevoegdheden en –taken op naleving van voorschriften die voortvloeien uit wet- en regelgeving en beschikkingen, waaronder in ieder geval:

a.het verzamelen en registreren van belang zijnde gegevens;

b.het behandelen van klachten van derden;

c.het uitvoeren van bedrijfscontroles- en bezoeken;

d.het behandelen van zienswijzen;

e.het corresponderen ten aanzien van de hiervoor genoemde onderdelen

Uitvoering heeft betrekking op de in artikel 2, tweede lid, genoemde wet- en regelgeving

3.

Het aanwijzen dan wel het intrekken van aanwijzing van toezichthoudende ambtenaren

Ten aanzien van toezicht op de naleving van de in artikel 2, tweede lid, genoemde wet- en regelgeving

4.

Het nemen van besluiten op verzoeken van derden om handhavend op te treden

-Voor zover het verzoek betrekking heeft op de in dit Mandaatbesluit vermelde bevoegdheden

-in afstemming met de gemeente

-bij inwilliging van het verzoek, wordt de gemeente vooraf geïnformeerd.

5.

Het opleggen van een last onder dwangsom als bedoeld in artikel 5:32 van de Algemene wet bestuursrecht

-Uitvoering conform het gemeentelijk handhavingsbeleid

-Tot een totaal te verbeuren bedrag van

€ 50.000

-In afstemming met de gemeente

6.

Het opschorten van de looptijd, opheffen of verminderen van een last onder dwangsom zoals bedoeld in artikel 5:34 van de Algemene wet bestuursrecht

Voor zover het verzoek betrekking heeft op een eerder opgelegde last onder dwangsom

7.

Het intrekken van een last onder dwangsom of bestuursdwang of het verlengen van de gestelde begunstigingstermijn

Uitvoering conform het gemeentelijk handhavingsbeleid

8.

Het invorderen van verbeurde dwangsom(men); dit omvat:

a.correspondentie over de verbeurte van dwangsom(men);

b.het nemen van een invorderingsbeschikking;

c.het sturen van een aanmaning;

d.het invorderen bij dwangbevel ex art. 5:10, tweede lid, Awb in samenhang met de regels van afdeling 4.4.4 Awb, waaronder het inschakelen van een deurwaarder

In afstemming met de gemeente

9.

Het opleggen van een last onder bestuursdwang als bedoeld in artikel 5:24 Awb en/of spoedeisende bestuursdwang in de zin van artikel 5:31 Awb

-Bij spoedeisende gevallen en risicovolle situaties

-Uitvoering conform het gemeentelijk handhavingsbeleid

-In afstemming met de gemeente of in voorkomende gevallen zo spoedig mogelijk informeren van de gemeente

10.

Het nemen van een kostenbeschikking, na effectuering van bestuursdwang

In afstemming met de gemeente

11.

In het kader van handhaving (gedeeltelijk) intrekken van een in dit Mandaatbesluit genoemde omgevingsvergunning of ontheffing

In afstemming met de gemeente

12.

Het verlenen van opdrachten:

-tot het doen van onderzoek naar of

-het opruimen van gevaarlijke stoffen en/of

-het voorkomen van verdere milieuverontreiniging of

-in het kader van de effectuering van bestuursdwang

-bij milieu-incidenten ingeval geen gehoor wordt gegeven aan de (last onder) bestuursdwang dan wel de veroorzaker van het milieu-incident onbekend is

-in afstemming met de gemeente, voor zover nodig

Vergunningen, meldingen en ontheffingen

13.

Het beschikken op aanvragen om een omgevingsvergunning voor:

-het bouwen van een bouwwerk;

-het oprichten, (milieuneutraal) veranderen of in werking hebben van een inrichting;

-de beperkte milieutoets;

-handelingen met gevolgen voor beschermde monumenten;

-het slopen;

-de overige activiteiten genoemd in de Wabo.

-Het beschikken omvat de verlening, wijziging of (gedeeltelijke) weigering van de bedoelde omgevingsvergunning waarbij toepassing wordt gegeven aan de in de Awb en de Wabo opgenomen bepalingen en procedures

-Mandaat geldt tenzij anders is overeengekomen met de gemeente door middel van schriftelijke werkafspraken ter uitvoering van de Wabo

14.

Het nemen van besluiten en procedurehandelingen op grond van de Awb of de Wabo naar aanleiding van de onder nr. 13 bedoelde vergunningprocedures met betrekking tot:

-het beoordelen van en (laten) adviseren over de aanvraag;

-het opschorten of verlengen van beslistermijnen;

-het geven van gelegenheid tot aanvulling van ingediende aanvragen;

-het buiten behandeling laten van aanvragen;

-het horen van de aanvrager en/of belanghebbende.

Mandaat geldt tenzij anders is overeengekomen met de gemeente door middel van schriftelijke werkafspraken ter uitvoering van de Wabo

15.

Het ambtshalve of op verzoek actualiseren, wijzigen of aanvullen van de onder nr. 13 genoemde omgevingsvergunningen

Mandaat geldt tenzij anders is overeengekomen met de gemeente door middel van schriftelijke werkafspraken ter uitvoering van de Wabo

16.

Behandelen van en beslissen op meldingen bij of krachtens de in artikel 2, tweede lid, van dit Mandaatbesluit genoemde wet- en regelgeving zoals o.a.:

-sloopmeldingen in het kader van Bouwbesluit 2012;

-meldingen in het kader van het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer;

-meldingen in het kader van het Vuurwerkbesluit;

-meldingen in het kader van het Besluit bodemkwaliteit;

-meldingen incidentele festiviteiten (12-dagenregeling) als bedoeld in de APV.

 

17.

Het ambthalve en op verzoek beslissen omtrent maatwerkvoorschriften op grond van de Wm en de daarop gebaseerde uitvoeringsbesluiten

 

18.

Het opleggen van een onderzoeksverplichting, gelijkwaardigheidtoetsen en het geven van goedkeuring op grond van het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer of bij of krachtens de Wet milieubeheer

 

19.

Het besluiten op aanmeldnotities in het kader van het Besluit milieueffectrapportage (bij vergunningprocedures)

 

20.

Het al dan niet op verzoek geheel of gedeeltelijk intrekken van de onder nr. 13 genoemde omgevingsvergunningen

 

21.

Het verlenen of weigeren van een ontheffing om zich van afvalstoffen te ontdoen door deze buiten een inrichting te verbranden, voor zover het geen gevaarlijke afvalstoffen betreft

 

22.

Het verlenen of weigeren van een (tijdelijke) ontheffing voor een beperkte of omvangrijke lozing en een bestaande beperkte lozing van huishoudelijk afvalwater in de bodem

 

23.

Het verlenen of weigeren van (tijdelijke) ontheffing voor het lozen van koelwater en overige koelvloeistoffen in de bodem buiten een vergunningplichtige inrichting

 

24.

Het ten behoeve van het laden en lossen verlenen of weigeren van:

-een ontheffing van het verbod gevaarlijke stoffen te vervoeren over andere dan de door de gemeenteraad als route gevaarlijke stoffen aangewezen en aangeduide wegen of weggedeelten

-een toestemming op een voor het publiek toegankelijke plaats

 

Bodem

25.

Melden van de onderzoeksgevallen en gevallen van (vermoedelijk) ernstige bodemverontreiniging aan de GS van de provincie

 

26.

De gemeentelijke taken en bevoegdheden op grond van de Wet bodembescherming en de daarbij behorende uitvoeringsbesluiten (zoals het Besluit bodemkwaliteit) en de toepasselijke ministeriële regelingen

 

27.

Het beoordelen van meldingen en rapportages op grond van vergunningvoorschriften

 

Archeologie

28.

De gemeentelijke taken en bevoegdheden op het gebied van archeologie waaronder het uitoefenen van bevoegdheden ingevolge de gemeentelijke Erfgoedverordening zoals:

-het toetsen en het vaststellen van plannen van aanpak, programma’s van eisen en rapporten

 

Geluid

29.

In behandeling nemen en besluiten op verzoek van een derde of ambtshalve voorbereiden en vaststellen van een hogere waarde voor de ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting

In afstemming met de gemeente bij het ter inzage leggen van ontwerpbesluit hogere waarde

30.

De gemeentelijke taken en bevoegdheden op grond van de Wet geluidhinder en de daarbij behorende uitvoeringsbesluiten waaronder:

-het nemen van besluiten en het uitvoeren van taken ten aanzien van sanering van verkeerslawaai;

-uitvoering geven aan de toepasselijke ministeriële regelingen zoals het Reken- en meetvoorschrift geluid

 

31.

Het inschrijven in openbare registers van besluiten omtrent de vaststelling van een hogere waarde en/of het vervallen van de verplichting om maatregelen te treffen in de zin van de Wet geluidhinder

 

Ruimtelijke ordening

32.

Het plegen van overleg en het corresponderen in het kader van een bestemmingsplanprocedure

 

33.

Voeren van inspraakprocedure bestemmingsplannen waaronder het behandelen van ingediende zienswijzen

 

34.

Het digitaal ondertekenen van vastgestelde bestemmingsplannen

In afstemming met de gemeente

Openbaarheid van stukken

35.

Op verzoek inzage verlenen en tegen vergoeding verstrekken van kopieën van de stukken van besluiten die zijn voorbereid met toepassing van afdeling 3.4 Awb

 

36.

Het beslissen op verzoeken tot geheimhouding vanwege bedrijfsgeheimen of beveiligingsgegevens

 

37.

Het nemen van besluiten in het kader van de Wet openbaarheid van bestuur inzake een verzoek om informatie

Voor zover het de uitoefening van de in dit Mandaatbesluit vermelde bevoegdheden betreft

Bezwaar- en beroepsprocedures

38.

Het in rechte vertegenwoordigen van en het voeren van het woord namens de gemeente in het kader van bezwaar- en (hoger) beroepsprocedures inzake de in dit besluit gemandateerde taken en bevoegdheden. Dit omvat mede:

-het verrichten van proceshandelingen in het kader van een bezwaar- en beroepszaak, daaronder begrepen het vragen van uitstel van behandeling of het vragen om een schriftelijke machtiging van een gemachtigde

-het uitbrengen van verweerschriften, pleitnota’s in procedures die tegen de gemeente worden gevoerd

-de directeur kan daartoe de medewerkers van de Omgevingsdienst machtigen

-in afstemming met de gemeente

39.

Doorzenden van geschriften tot behandeling, bezwaar- en beroepsschriften aan bevoegd bestuursorgaan

 

40.

Reageren op, bezwaar maken of beroep instellen tegen plannen en besluiten van andere bestuursorganen

Voor zover het de uitoefening van de in dit Mandaatbesluit vermelde bevoegdheden betreft

41.

Beschikbaar stellen van gegevens aan een adviseur

 

42.

Het instellen van hoger beroep tegen de rechterlijke uitspraak in eerste aanleg

In overleg met de gemeente en voor zover het de uitoefening van de in dit Mandaatbesluit vermelde bevoegdheden betreft

Overig

43.

Het aanvragen dan wel verwerven van ondersteunende subsidies, als bedoeld in artikel 18 van de Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst regio Utrecht, voor de gemeentelijke taakuitvoering

In afstemming met de gemeente

44.

Het nemen van besluiten inzake de dwangsom bij niet tijdig beslissen

-voor zover het de uitoefening van de in dit Mandaatbesluit vermelde bevoegdheden betreft, met uitzondering van het niet tijdig beslissen op bezwaar.

-in afstemming met de gemeente

45.

Het voorbereiden en toezenden van het gemeentelijk milieubeleidsplan

 

46.

Het beheren van en leveren van gemeentelijke verkeersgegevens en wegkenmerken aan betrokken bestuursorganen ten behoeve van de controle van de monitoringstool, in verband met het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL).

 

47.

Het invoeren en beheren van gegevens in het Risicoregister in het kader van het Registratiebesluit externe veiligheid

 

48.

Het verlenen van opdrachten aan derden onder andere tot:

-het uitvoeren van een bodemonderzoek;

-het uitvoeren van een risicoberekening in het kader van externe veiligheid inrichtingen;

-het opstellen van een bestemmingsplan

 

49.

Het verrichten van (rechts)handelingen die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn, voor zover niet genoemd in deze bijlage, ter uitvoering van de in de dienstverleningsovereenkomst vermelde taken.