Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Tiel

Subsidieverordening Integratie & Participatie 2009 (SIP)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieTiel
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSubsidieverordening Integratie & Participatie 2009 (SIP)
CiteertitelVerordening Subsidie Integratie en Participatie (SIP)
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de beleidsregels voor waarderings- en incidentele subsidies etnische minderheden Tiel 2001.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 149

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

17-04-201001-03-2021nieuwe regeling

17-02-2010

Zakengids, 16-04-2010

Regelgevingregister 2010, nr. 6.03, gemeenteraad 17-02-2010, nr. 15

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieverordening Integratie & Participatie 2009 (SIP)

 

 

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN EN VOORWAARDEN

Subsidieverordening Integratie & Participatie 2009 (SIP)

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    Zelforganisatie: een rechtspersoon, of een ander door het college aanvaardbaar geacht organisatorisch kader, opkomend voor de belangen van de allochtone doelgroep, opgericht door de leden van deze doelgroep zelf en functionerend door vrijwillige inzet van leden van de doelgroep;

  • -

    Het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tiel

  • -

    Activiteit: een met gebruikmaking van de subsidie te leveren product, prestatie of dienst;

Artikel 2. Toepasselijke bepalingen

Deze verordening stelt nadere regels aan de subsidiering van allochtone zelforganisaties

HOOFDSTUK 2 AANSPRAAK OP SUBSIDIE

Artikel 3. Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

In aanmerking komen die activiteiten waarvoor geldt dat zij:

  • a)

    een bijdrage leveren aan de integratie, emancipatie of participatie van de leden van de eigen groep in Tiel; en

  • b)

    open staan voor de gehele eigen bevolkingsgroep (mannen en vrouwen) en voor leden van andere bevolkingsgroepen met daarbij ontmoeting als middel; of

  • c)

    gericht zijn op samenwerking met derden als andere (zelf)organisaties maar zeker ook met autochtone Tielenaren; of

  • d)

    een emancipatoir karakter hebben specifiek gericht op vrouwen, kinderen en/of mensen met een homoseksuele of lesbische geaardheid en andere kwetsbare groepen; of

  • e)

    gericht zijn op voorlichting.

Artikel 4. Geen aanspraak

1.Er wordt geen subsidie verstrekt voor:

  • a)

    activiteiten die gericht zijn op professioneel sociaal cultureel werk, hulpverlening en/of onderwijs;

  • b)

    activiteiten die een partijpolitiek karakter hebben of gericht zijn op het uitdragen van een godsdienstige of levensbeschouwelijke overtuiging;

  • c)

    (religieuze) feesten, lustrumvieringen, viering van nationale feestdagen in eigen kring, taalles in de eigen taal;

  • d)

    drankjes, hapjes, maaltijden en versieringen;

  • e)

    reis- en verblijfskosten;

  • f)

    activiteiten die op grond van een andere gemeentelijke verordening in aanmerking komen voor subsidie, waaronder sport- en culturele activiteiten;

  • g)

    instandhouding van de organisatie.

Artikel 5 . Huisvesting

  • 1.

    Activiteiten van allochtone zelforganisaties vinden bij voorkeur plaats in wijkcentra, die de gemeente Tiel ter beschikking stelt aan haar inwoners, of in openwijkschoollocaties. Allochtone zelforganisaties dienen zelf actief op zoek te gaan naar huisvesting.

  • 2.

    Huisvestingskosten komen alleen voor vergoeding in aanmerking indien deze aantoonbaar ten goede komen en worden toegerekend aan activiteiten.

  • 3.

    De vergoeding die gerekend wordt voor huisvesting bedraagt maximaal € 175,00 per dagdeel (prijspeil 2009) met een maximum van twee aaneengesloten dagdelen. Dit bedrag kan jaarlijks geïndexeerd worden.

HOOFDSTUK 3 DE PROCEDURE VAN AANVRAAG, TOEKENING EN VASSTELLING

Artikel 6. Subsidieplafond

  • 1.

    Het college stelt de subsidieplafonds vast voor de subsidiëring van de activiteiten van de periodes 1 januari tot 1 juli en 1 juli tot 1 januari.

  • 2.

    De ingediende aanvragen worden getotaliseerd. Wanneer de totaalbedragen de subsidieplafonds overschrijden, wordt het beschikbare subsidiebudget als volgt verdeeld:

    • a)

      aanvragen die volledig zijn en die, in vergelijking met soortgelijke aanvragen, de beste bijdrage leveren aan het gemeentelijk integratie en participatie beleid zoals dat is weergegeven in de beleidsnota Sociale integratie en Maatschappelijke Participatie, worden met voorrang gehonoreerd;

    • b)

      er vindt een evenwichtige verdeling plaats over de verschillende gevraagde activiteiten met in achtneming van de verscheidenheid in afkomst van de aanvragers;

    • c)

      er wordt gekeken naar de verhouding tussen het gevraagde subsidiebedrag en de hoogte van het te verdelen subsidiebudget

Artikel 7. De aanvraag

  • 1.

    Voor een activiteit die plaatsvindt in de periode van 1 januari tot 1 juli dient de aanvraag vóór 1 oktober van het voorafgaande kalenderjaar te worden ingediend.

  • 2.

    Voor een activiteit die plaatsvindt in de periode van 1 juli tot 1 januari dient de aanvraag vóór 1 maart te worden ingediend.

  • 3.

    Wordt een aanvraag niet voor de indieningsdata die het eerste en tweede lid zijn vermeld ingediend dan kan deze buiten behandeling worden gelaten.

  • 4.

    De subsidieaanvrager maakt bij de indiening van de aanvraag gebruik van het daarvoor door het college verstrekte formulier.

  • 5.

    De subsidieaanvrager dient bij de aanvraag een plan in waarin is opgenomen:

    • a)

      Een opgave van de startdatum en de duur van de activiteit;

    • b)

      Een beschrijving van de doelstellingen en beoogde resultaten van de activiteit;

    • c)

      Een beschrijving van de te bereiken doelgroep, in kwalitatieve en kwantitatieve termen;

    • d)

      Een beschrijving van de uit te voeren activiteit, alsmede een tijdpad waarbinnen deelactiviteiten uitgevoerd moeten zijn;

    • e)

      Een beschrijving van de wijze waarop aan de activiteit bekendheid wordt gegeven;

    • f)

      Een beschrijving van de wijze waarop de resultaten van de activiteit geëvalueerd worden;

    • g)

      Informatie over de subsidieaanvrager en de overige participanten in de activiteit;

    • h)

      De verdeling van taken en verantwoordelijkheden tussen de subsidieaanvrager en de overige organisatoren van de activiteit.

  • 6.

    Het plan, bedoeld in het vijfde lid, gaat vergezeld van een begroting met financieringsplan.

  • 7.

    De beslissing op de subsidieaanvraag wordt uiterlijk binnen 3 maanden na verstrijken van de indieningdata genoemd in de leden 1 en 2, genomen. Het college maakt deze beslissing schriftelijk bekend aan de aanvrager binnen 3 weken nadat zij is genomen.

Artikel 8. Verdeling subsidie

  • 1.

    Het college wordt bij de beoordeling van de aanvragen geadviseerd door een beoordelingsgroep.

  • 2.

    De beoordelingsgroep bestaat uit maximaal 3 deskundige beleidsmedewerkers van de gemeente

    Tiel.

  • 3.

    De subsidieaanvragen worden in onderlinge samenhang gewogen op grond van de volgende criteria:

  • a)

    de mate van actieve betrokkenheid van de doelgroepen in de uitvoering en evaluatie van de activiteit;

  • b)

    de mate van het verbeteren van de wijze van samenleven tussen groepen Tielse burgers van verschillende etnische achtergronden;

  • c)

    de mate waarin de activiteit vernieuwend/onderscheidend is;

  • d)

    de mate waarin de activiteit gericht is op allochtone ouderen en/of vrouwen;

  • e)

    het aantal te bereiken Tielse burgers;

  • f)

    de mate waarin gefinancierd wordt door middel van een eigen bijdrage;

  • g)

    de mate waarin de activiteit plaatsvindt op een locatie die voor de gehele Tielse bevolking geen belemmering oplevert.

  • 4.

    De subsidie bedraagt maximaal het tekort in de begroting en kan maximaal € 2.500,- bedragen.

  • a)

    Op grond van de mate waarin de zelforganisaties voldoen aan de in het lid 3 weergegeven criteria stelt de beoordelingsgroep een rangorde samen van de zelforganisaties.

  • b)

    Het college stelt de uiteindelijke rangorde vast. De zelforganisaties die het hoogst in rangorde staan komen in aanmerking voor subsidie tot en voor zover het subsidieplafond ex artikel 3 van deze regeling is bereikt. De subsidieverstrekking wordt geweigerd aan zelforganisaties die lager in rangorde zijn geplaatst.

Artikel 9. Bevoorschotting

  • 1.

    Het voorschot bedraagt maximaal 80% van de verleende subsidie.

  • 2.

    Het voorschot wordt binnen 6 weken na de subsidieverlening betaalbaar gesteld.

Artikel 10. Verplichtingen

Bij een besluit tot subsidieverlening worden aan de subsidieontvanger de volgende verplichtingen opgelegd:

  • a)

    de subsidieontvanger verleent alle medewerking aan evaluatie en monitoring van de activiteit;

  • b)

    de subsidieontvanger meldt iedere wijziging ten opzichte van de gegevens die bij de gemeente bekend zijn;

Artikel 11. De vaststelling

  • 1.

    De subsidieontvanger dient uiterlijk 3 maanden na afloop van de activiteit een aanvraag tot vaststelling van de subsidie in bij het college.

  • 2.

    De aanvraag tot vaststelling dient vergezeld te gaan van een financieel verslag en een inhoudelijk verslag.

  • 3.

    De subsidieontvanger maakt bij de indiening van de aanvraag tot subsidievaststelling gebruik van het daarvoor door het college verstrekte formulier.

  • 4.

    Het college stelt de subsidie vast uiterlijk 3 maanden na ontvangst van de aanvraag tot vaststelling. Het college maakt deze beslissing schriftelijk bekend aan de aanvrager binnen drie weken nadat zij is genomen.

Artikel 12. Afwijkingsmogelijkheid

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van een aanvrager afwijken van één of meerdere bepalingen van deze regeling.

HOOFDSTUK 4 OVERIGE BEPALINGEN

Artikel 13. Evaluatie en monitoring

Deze regeling wordt om de vier jaar geëvalueerd.

Artikel 14. Overgangsbepaling

Waarderings- en incidentele subsidies voor activiteiten ten behoeve van etnische minderheden, worden voor het boekjaar 2010 toegekend, mits de aanvragen daartoe tijdig en volledig zijn ingediend en de organisatie voldoet aan de gestelde formele vereisten en inhoudelijke vereisten van de nog geldende verordening beleidsregels voor incidentele subsidies etnische minderheden Tiel 2001.

Artikel 15. Intrekking Beleidsregels voor waarderings- en incidentele subsidies etnische minderheden Tiel 2001

De beleidsregels voor waarderings- en incidentele subsidies etnische minderheden Tiel 2001wordt ingetrokken.

Artikel 16. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking.

Artikel 17. Citeerregel

Deze regeling wordt aangehaald als: Verordening Subsidie Integratie en Participatie (SIP),

Aldus besloten in de openbare vergadering

van 17 februari 2010

de griffier, de voorziter,