Organisatie | Súdwest-Fryslân |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van Liggelden 2012 |
Citeertitel | Verordening Liggelden 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | liggelden |
geen.
artikel 229 van de Gemeentewet
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2012 | 01-01-2013 | Nieuwe regelgeving | 15-12-2011 | geen | |
01-01-2012 | Nieuwe regelgeving | 15-12-2011
| geen |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
a. vaartuig: een drijvend lichaam dat wegens zijn drijfvermogen wordt gebruikt dan wel bestemd of geschikt is voor het vervoer of verblijf te water van personen of goederen of voor het dragen of vervoeren van al dan niet met het drijvende lichaam een geheel uitmakend voorwerp;
1. een vaartuig dat is bestemd of wordt gebezigd voor vakantie- of andere
2. een vaartuig dat wordt gebruikt voor vervoer en logies van personen anders dan voor een geregelde lijndienst;
c. passagiersschip: een vaartuig dat is bestemd of wordt gebruikt voor het bedrijfsmatig vervoer van personen;
d. vissersschip: een vaartuig dat hoofdzakelijk is bestemd en wordt gebruikt voor het vangen van vis of andere levende rijkdommen van de zee, doch niet voor de walvisvaart;
e. sleepboot: een vaartuig dat hoofdzakelijk is bestemd en wordt gebruikt voor het slepen of duwen van andere vaartuigen;
f. vrachtschip: een schip dat hoofdzakelijk is bestemd of wordt gebruikt voor het vervoeren van goederen;
g. woonschip: een vaartuig, dat uitsluitend of in hoofdzaak als woning gebezigd of tot woning bestemd is;
h. laadvermogen: het in tonnen uitgedrukte verschil tussen de zoetwaterverplaatsing van het schip bij de grootst toegelaten diepgang en die van het ledige schip;
i. ton: een massa van 1000 kilogram;
j. meetbrief: het document als bedoeld in artikel 782, derde lid, van het Wetboek van Koophandel juncto het besluit van 24 oktober 1983, STB. 548 (Besluit binnenschependocumenten);
k. een nacht: het aaneengesloten tijdvak vanaf 18.00 tot 09.00 uur;
l. belastingjaar: kalenderjaar;
m. ½ jaar: een aangesloten tijdvak van zes kalendermaanden;
o. 7 dagen: een aaneengesloten tijdvak van 7 dagen;
p. ligplaats: de ruimte die door een vaartuig in gebruik is genomen;
q. 1. A-locaties, ligplaatsen inclusief gebruik voorzieningen;
2. B-locaties, ligplaatsen met voorzieningen tegen betaling;
Onder de naam "liggeld" wordt een recht geheven ter zake van het innemen van een ligplaats met een vaartuig op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentewateren, of van andere voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen, die in beheer of onderhoud zijn bij de gemeente.
Belastingplichtig is degene die van de gemeentewateren, werken of inrichtingen gebruik maakt; daaronder te verstaan de schipper, de reder, de eigenaar, de gebruiker van het vaartuig of degene die als vertegenwoordiger van één van dezen optreedt.
Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
1. Het liggeld wordt niet geheven voor het innemen van een ligplaats door:
a. hospitaalschepen of schepen die als zodanig dienst doen;
b. een vaartuig dat zich op last of bevel van de overheid in het gemeentelijk
c. vaartuigen in directe dienst van het rijk, de provincie, het waterschap of de
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien het gebruik maken van een ligplaats, dat middels een abonnement wordt betaald, in de loop van het kalenderjaar wordt beëindigd, anders dan als tijdelijke onderbreking, bestaat aanspraak op ontheffing van het geheven liggeld voor zoveel volle kalendermaanden als geen gebruik van een ligplaats is gemaakt.
Indien het gebruik maken van een ligplaats, dat middels een abonnement wordt betaald, in de loop van het kalenderjaar aanvangt, wordt het liggeld geheven over zoveel volle maanden als er na aanvang van de het gebruik nog volle maanden in het kalenderjaar overblijven. Een gedeelte van een maand wordt voor een volle maand gerekend.
Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van het liggeld.
De ‘Verordening op de heffing en invordering van liggelden 2011’ van 27 januari 2011
wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.