Organisatie | Midden-Delfland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Regeling CAI Westland / Midden-Delfland |
Citeertitel | Regeling CAIW |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
17-03-2004 | 01-03-2010 | Intrekking | 02-03-2004 Gemeenteblad, 2004, 3 | Onbekend |
De raden en de colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Westland en Midden-Delfland, ieder voor zich bevoegd;
Gelet op de gevolgen van de gemeentelijke herindeling van het Westland per 1 januari 2004;
Gelet op de wenselijkheid om ten behoeve van hun gemeenten te komen tot de voortzetting van de huidige activiteiten van de Regeling Centrale Antenne-Inrichting Westland;
Gelet op de Telecommunicatiewet;
Gelet op de Wet gemeenschappelijke regelingen;
1. De naam "Regeling Centrale Antenne-Inrichting Westland" te wijzigen in: "Regeling CAIW Westland / Midden-Delfland",
2. De Regeling Centrale Antenne-Inrichting Westland, zoals laatstelijk gewijzigd per 29 augustus 2002, als volgt te wijzigen en de volgende gemeenschappelijke regeling aan te gaan:
HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN
Elektronische-communicatienetwerk: de transmissiesystemen, waaronder mede begrepen de schakel- of routeringsapparatuur en andere middelen, die het mogelijk maken signalen over te brengen via draad, radiogolven, optische of andere elektromagnetische middelen, ongeacht de aard van de overgebrachte informatie;
Openbaar elektronische-communicatienetwerk: Een elektronische-communicatienetwerk dat in hoofdzaak wordt gebruikt om openbare elektronische-communicatiediensten aan te bieden, waaronder mede wordt begrepen een netwerk, bestemd voor het verspreiden van programma's voor zover dit aan het publiek geschiedt;
Programma: Een elektronisch product met beeld- of geluidsinhoud, dat bedoeld is te worden uitgezonden en bestemd is voor de ontvangst door het algemene publiek of een deel daarvan, met uitzondering van datadiensten, diensten die uitsluitend op individueel verzoek beschikbaar zijn en andere interactieve diensten;
Abonnement: De overeenkomst waarbij enerzijds het lichaam, of een aan het lichaam verbonden rechtspersoon of vennootschap, zich verbindt volgens de voorwaarden een netwerkaansluitpunt aan te leggen en in stand te houden en anderzijds de abonnee zich verbindt de hem opgelegde voorwaarden na te komen.
Het lichaam heeft tot doel: het mogelijk maken en bevorderen van een kwalitatief en kwantitatief goed aanbod van communicatie, amusements- en informatiediensten aan alle eindgebruikers, onder meer door middel van een netwerkaansluitpunt - geleverd op kostengeoriënteerde basis - van een naar de eisen des tijds ingericht en betrouwbaar openbaar elektronische-communicatienetwerk in het gebied van de deelnemende gemeenten, zijnde een belangrijke bouwsteen voor de verdere economische, culturele en maatschappelijke ontwikkeling van de deelnemende gemeenten.
Met inachtneming van en in het belang van de in artikel 4 vermelde doelstelling heeft het lichaam tot taak, tenzij in deze regeling anders is bepaald:
het verkrijgen, beleggen in, bezitten, vervreemden, bezwaren, (ver)huren; (ver)pachten en het op andere wijze beschikken met betrekking tot roerende en onroerende zaken, deelnemingen en belangen in vennootschappen, bedrijven en ondernemingen, het ontplooien van activiteiten op commercieel, financieel en industrieel gebied;
en voorts al hetgeen met vorenstaande in de ruimst mogelijke zin rechtstreeks of zijdelings verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn.
Alle roerende of onroerende zaken bestemd voor de verwezenlijking van het doel, als bedoeld in artikel 4, en voor de uitvoering van de taken, als bedoeld in artikel 5, worden door of vanwege het lichaam, of een aan het lichaam verbonden rechtspersoon of vennootschap, beheerd en onderhouden, tenzij in deze regeling anders is bepaald.
HOOFDSTUK IV RECHTEN EN VERPLICHTINGEN DEELNEMENDE GEMEENTEN
De deelnemende gemeenten waarborgen, naar rato van het aantal netwerkaansluitpunten binnen de betreffende gemeente, ten behoeve van geldschieters de betaling van rente, aflossing en kosten van de gesloten of te sluiten vaste geldleningen, alsmede van de gelden, die het lichaam in rekening-courant of bij wijze van kasgeldlening heeft opgenomen of nog zal opnemen.
HOOFDSTUK VI SAMENSTELLING, ZITTINGSDUUR EN ONVERENIGBARE BETREKKINGEN VAN HET ALGEMEEN BESTUUR
Het algemeen bestuur bestaat uit de door de raden van de deelnemende gemeenten uit hun midden, de voorzitter inbegrepen en uit de wethouders, aangewezen leden, met dien verstande dat uit de gemeente Westland vijf leden en uit de gemeente Midden-Delfland twee leden worden aangewezen.
De raad van een deelnemende gemeente beslist uiterlijk in de tweede vergadering van elke zittingsperiode over de aanwijzing van nieuwe leden van het algemeen bestuur. Aftredende leden zijn terstond herkiesbaar. Zij blijven hun functies evenwel waarnemen tot het tijdstip, waarop hun opvolgers de functies hebben aanvaard.
Van alle aanwijzingen tot lid van het algemeen bestuur geven de colleges van burgemeester en wethouders binnen één week kennis aan de voorzitter van het lichaam.
Een lid van het algemeen bestuur mag:
a. niet als advocaat, procureur, gemachtigde of adviseur werkzaam zijn ten behoeve van de wederpartij van het lichaam of ten behoeve van het bestuur van het lichaam in geschillen;
b. niet als vertegenwoordiger of adviseur werkzaam zijn ten behoeve van derden tot het met het lichaam aangaan van:
1) overeenkomsten met het lichaam als bedoeld in onderdeel c;
2) overeenkomsten tot het leveren van onroerende zaken aan het lichaam.
c. rechtstreeks noch middellijk een overeenkomst aangaan betreffende:
1) het aannemen van werk ten behoeve van het lichaam;
2) het buiten dienstbetrekking tegen beloning doen van verrichtingen ten behoeve van het lichaam;
3) het leveren van roerende zaken anders dan om niet aan het lichaam;
4) het verhuren aan het lichaam van enig goed, met uitzondering van onroerende zaken;
5) het verwerven van betwiste vorderingen ten laste van het lichaam;
6) het van het lichaam onderhands verwerven van onroerende zaken of beperkte rechten waaraan deze zijn onderworpen;
HOOFDSTUK VII VERGADERINGEN EN WERKWIJZE VAN HET ALGEMEEN BESTUUR
Het algemeen bestuur vergadert tenminste twee maal per jaar en voorts zo dikwijls de voorzitter of het dagelijks bestuur dit nodig oordeelt of tenminste twee leden, zulks schriftelijk onder opgave van de te behandelen onderwerpen, dit verzoeken.
Het algemeen bestuur kan in een besloten vergadering omtrent het in die vergadering met gesloten deuren behandelde en omtrent de inhoud van de stukken welke aan het algemeen bestuur worden overlegd, geheimhouding opleggen. Deze wordt door allen die van het behandelde of de stukken kennis dragen, in acht genomen, totdat het algemeen bestuur haar opheft.
Het algemeen bestuur stelt voor zijn vergaderingen een reglement van orde vast, dat aan de deelnemende gemeenten en aan Gedeputeerde Staten wordt medegedeeld. Dit reglement mag geen met de regeling strijdige bepalingen bevatten.
Alle bevoegdheden in het kader van deze regeling behoren aan het algemeen bestuur, tenzij de regeling anders bepaalt.
Bij het verstrekken van inlichtingen ingevolge het eerste lid, ofwel het afleggen van verantwoording ingevolge het tweede lid, verschaft een lid van het algemeen bestuur over zaken waarover krachtens artikel 16 lid 3 geheimhouding is opgelegd slecht informatie, indien krachtens artikel 25 van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd. Laatstgenoemde geheimhouding kan eerst worden opgeheven, nadat door het algemeen bestuur tot opheffing van de geheimhouding is besloten.
HOOFDSTUK VIII SAMENSTELLING EN ZITTINGSDUUR VAN HET DAGELIJKS BESTUUR
Het dagelijks bestuur bestaat uit drie leden inclusief de voorzitter. De leden worden door en uit het algemeen bestuur gekozen, met dien verstande, dat twee leden afkomstig zijn uit de gemeente Westland en één lid afkomstig is uit de gemeente Midden-Delfland.
Indien tussentijds een plaats in het dagelijks bestuur beschikbaar komt, kiest het algemeen bestuur in zijn eerstvolgende vergadering, doch uiterlijk binnen acht weken, een nieuw lid. Het algemeen bestuur stelt het kiezen van een nieuw lid van het dagelijks bestuur uit totdat de opengevallen plaats in het algemeen bestuur zal zijn bezet, doch voor niet langer dan tien weken.
HOOFDSTUK IX VERGADERINGEN EN WERKWIJZE VAN HET DAGELIJKS BESTUUR
Indien tussentijds de functie van de voorzitter beschikbaar komt, kiest het algemeen bestuur in zijn eerstvolgende vergadering, doch uiterlijk binnen acht weken, een nieuwe voorzitter. Gaat het openvallen van de functie van voorzitter gepaard met het openvallen van een plaats in het algemeen bestuur, dan stelt het algemeen bestuur het kiezen van een nieuwe voorzitter uit totdat de opengevallen plaats in het algemeen bestuur zal zijn bezet, doch niet langer dan tien weken.
De voorzitter vertegenwoordigt het lichaam in en buiten rechte. Hij kan deze vertegenwoordiging aan een door hem aan te wijzen gemachtigde opdragen. Indien de gemeente, in het bestuur waarvan hij zitting heeft, partij is in een geding, waarbij het lichaam is betrokken oefent een ander lid van het dagelijks bestuur, geen zitting hebbend in bedoeld gemeentebestuur, deze bevoegdheid uit.
De leden van het algemeen bestuur, die niet tevens lid van het dagelijks bestuur zijn, alsmede de leden van het dagelijks bestuur genieten voor zover het algemeen bestuur dit bepaalt, per kalenderjaar een tegemoetkoming in de kosten en - voor zover zij niet de functie van wethouder of burgemeester vervullen - een vergoeding voor hun werkzaamheden. De besluiten worden aan Gedeputeerde Staten gezonden.
De voorzitter, alsmede de plaatsvervangend voorzitter, voor zover deze gedurende meer dan vier weken onafgebroken de functie van voorzitter waarneemt, genieten, voor zover het algemeen bestuur dit bepaalt een tegemoetkoming in de kosten en - voor zover zij niet de functie van wethouder of burgemeester vervullen - een vergoeding voor hun werkzaamheden. Het besluit wordt aan Gedeputeerde Staten gezonden.
De hoogte van de in lid 1 en 2 van dit artikel genoemde vergoeding en tegemoetkoming staat in redelijke verhouding tot aan het lidmaatschap verbonden werkzaamheden en kosten, mede rekening houdend met de vergoeding voor werkzaamheden en de tegemoetkoming in de kosten, welke het bestuurslid ontvangt uit hoofde van zijn lidmaatschap van het gemeentebestuur.
De leden van commissies van advies die geen burgemeester, wethouder of lid van een gemeenteraad zijn, ontvangen voor zover het algemeen bestuur dit bepaalt, een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissies. De artikelen 96 tot en met 99 van de Gemeentewet, alsmede de op grond daarvan gestelde nadere regelen, zijn alsdan van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat, wanneer daarin sprake is van een onderverdeling in gemeenteklassen, het bepaalde voor de gemeenteklassen van 50.001 - 100.000 inwoners van toepassing is.
HOOFDSTUK XVI FINANCIËLE BEPALINGEN
Het algemeen bestuur stelt de begroting vast in het jaar voorafgaande aan dat waarvoor zij dient. De vastgestelde begroting wordt binnen twee weken na vaststelling, doch in ieder geval vóór 15 juli van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient, ter beoordeling aan Gedeputeerde Staten gezonden.
Van de vaststelling van de rekening doet het dagelijks bestuur binnen vier weken na de vaststelling van de rekening schriftelijke mededeling aan de besturen van de deelnemende gemeenten, welke mededeling geschiedt onder toezending van een exemplaar van de vastgestelde rekening indien deze afwijkt van het ontwerp.
Van de vaststelling van de rekening doet het dagelijks bestuur binnen twee weken, doch in ieder geval vóór 15 juli volgende op het jaar waarop deze betrekking heeft, na de vaststelling van de rekening schriftelijk mededeling aan Gedeputeerde Staten onder toezending van een exemplaar van de vastgestelde rekening.
Aan de goedkeuring van Gedeputeerde Staten zijn onderworpen de besluiten betreffende het oprichten van en het deelnemen in stichtingen, maatschappen, vennootschappen en coöperatieve en andere verenigingen.
De in artikel 4 bedoelde ter beschikkingstelling vindt plaats naar rato van het aantal netwerkaansluitpunten in een deelnemende gemeente op 1 januari van het jaar waarin de beschikkingsstelling plaatsvindt en voorts met inachtneming van criteria die door het algemeen bestuur bij toetreding van een gemeente zijn vastgesteld.
In het geval van liquidatie van de gemeenschappelijke regeling worden de voor uitkering vrij komende gelden aan de deelnemende gemeenten uitgekeerd in verhouding tot het aantal netwerkaansluitpunten in een gemeente op 1 januari van het liquidatiejaar en met inachtneming van criteria die door het algemeen bestuur bij toetreding van een gemeente zijn vastgesteld.
De middelen van de reserves kunnen worden aangewend ter voorziening in de behoefte aan kasgelden van het lichaam, evenwel met dien verstande dat de middelen van de exploitatiereserve, als bedoeld in lid 2 van artikel 42 slechts aangewend mogen worden ter voorziening in een tijdelijke behoefte aan kasgelden.
De kosten van wijziging van het beloop van kabels - en de daarbij behorende ondersteuningswerken, beschermingswerken en signaalinrichtingen, alsmede inrichtingen, bestemd om daarin verbinding tot stand te brengen tussen kabels in, op of boven openbare gronden enerzijds en kabels in gebouwen en daarmee één geheel vormende gronden anderzijds dan wel tussen laatstgenoemde kabels onderling - welke wijziging nodig geoordeeld wordt door een deelnemende gemeente, dan wel het gevolg is van door of vanwege een deelnemende gemeente uit te voeren of uitgevoerde werken, worden door het lichaam gedragen.
Geschillen omtrent de toepassing in de ruimste zin van de regeling tussen besturen van de deelnemende gemeenten of tussen besturen van één of meer gemeenten en het bestuur van het lichaam worden door Gedeputeerde Staten beslist, voor zover zij niet behoren tot die, vermeld in artikel 112, eerste lid, van de Grondwet of tot die, waarvan de beslissing krachtens artikel 112, tweede lid, van de Grondwet is opgedragen hetzij van de rechterlijke macht, hetzij aan gerechten, die niet tot de rechterlijke macht behoren.
Voordat overeenkomstig het bepaalde in het vorige lid over een geschil de beslissing van Gedeputeerde Staten wordt ingeroepen, legt het algemeen bestuur het geschil voor aan een daartoe door partijen in te stellen geschillencommissie. De geschillencommissie hoort de bij het geschil betrokken besturen en brengt advies uit over de mogelijkheden partijen tot overeenstemming te brengen.
De commissie als bedoeld in lid 2 zal bestaan uit drie personen, die geen deel uitmaken van en niet werkzaam zijn onder de verantwoordelijkheid van het bestuur van de regeling of van het bestuur van de deelnemende gemeenten. Elk van de in het geschil betrokken partijen benoemt één lid. De aldus benoemde leden wijzen het derde lid aan, tevens zijnde de voorzitter. Als secretaris wordt aangewezen de secretaris van de regeling.
HOOFDSTUK XVIII TOETREDING, UITTREDING, WIJZIGING EN OPHEFFING
Een gemeente kan toetreden door toezending van daartoe strekkende besluiten van de raad en het college van burgemeester en wethouders van die gemeente aan het algemeen bestuur, doch slechts wanneer het algemeen bestuur daarin bewilligt bij een besluit, voor de totstandkoming waarvan de grootst mogelijke meerderheid van het aantal uitgebrachte stemmen is vereist.