Organisatie | Zutphen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2013 |
Citeertitel | Verordening lijkbezorgingsrechten 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2013.
Gemeentewet, art. 229, lid 1, aanhef en onderdelen a en b
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-11-2012 | 01-01-2014 | Nieuwe regeling | 29-11-2012 Zutphense Koerier, 28-11-2012 | 97627 |
De raad van de gemeente Zutphen,
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 7 november 2012 met nummer 97627;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;
vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2013
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
familiegraf: een graf (maximaal 2 naast elkaar) een grafkelder daaronder begrepen, keuzegraf, kindergraf, urnengraf, urnennis, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot: – het doen begraven en begraven houden van lijken; – het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urn(en);;
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats, voor het gebruik van het crematorium en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats of het crematorium.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
De rechten worden niet geheven voor het op rechterlijk gezag opgraven en weder in dezelfde grafruimte begraven van een stoffelijk overschot.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 5,00.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Artikel 10 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid geldt dat wanneer het totaalbedrag van de op het aanslagbiljet vermelde aanslag (en), meer is dan € 60,- doch minder dan € 2.500,- , dat de aanslagen moeten worden betaald in drie gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
In afwijking van het eerste lid geldt dat, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso van de betaalrekening van de belastingschuldigde kunnen worden afgeschreven en wanneer het totaalbedrag van de op het aanslagbiljet vermelde aanslag (en), meer is dan € 60,- doch minder dan € 2.500,- dat de aanslagen moeten worden betaald in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening van het aanslagbiljet nog maanden in het belastingjaar overblijven, met dien verstande dat het aantal termijnen ten minste twee en ten hoogste tien bedraagt. De eerste termijn vervalt een maand na dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen een maand later.
Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.
Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel
De ‘Verordening lijkbezorgingsrechten gemeentelijke begraafplaatsen 2012’ van 21 november 2011, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus besloten in de openbare vergadering van
de raad van de gemeente Zutphen,
gehouden op: 19 november 2012;
De voorzitter, de griffier,
behorende bij de ‘Verordening lijkbezorgingsrechten 2013.
Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten vanaf 1 januari 2013
Hoofdstuk 2 Verlenen grafrechten jaarlijks recht voor 1 januari 2008
voor het begraven op buitengewone uren wordt het recht, bedoeld in 3.1 en 3.2 verhoogd met: | ||
Hoofdstuk 4 Verstrooien as/bijzetten urn op Oosterbegraafplaats en Begraafplaats Warnsveld
Verstrooien as op de Algemene begraafplaats Warnsveld
Hoofdstuk 7 Inschrijven en onverboeken van eigen graven en urnennissen
Hoofdstuk 8 Opgraven, ruimen, verstrooien