Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nijmegen

Verordening Raadscommissie Grondexploitatie Waalsprong 2012

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNijmegen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Raadscommissie Grondexploitatie Waalsprong 2012
CiteertitelVerordening Raadscommissie Grondexploitatie Waalsprong 2012
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet art. 82

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

05-12-201208-04-2019Onbekend

14-11-2012

Gemeenteblad 2012/111

Raadsvoorstelnummer 155/2012

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Raadscommissie Grondexploitatie Waalsprong 2012

 

 

 

Verordening Raadscommissie Grondexploitatie Waalsprong

Artikel 1 – De commissie

  • 1.

    Door middel van deze verordening wordt ingesteld een commissie op grond van artikel 82 Gemeentewet die de besluitvorming van de gemeenteraad kan voorbereiden en met het college of de burgemeester kan overleggen.

  • 2.

    Deze commissie is genaamd “Raadscommissie Grondexploitatie Waalsprong”.

  • 3.

    Waar in deze verordening wordt gesproken over “commissie” wordt bedoeld de “Raadscommissie Grondexploitatie Waalsprong”.

Artikel 2 – Taken

De commissie is belast met de voorbereiding van de besluitvorming van de gemeenteraad en het voeren van overleg met het college of de burgemeester op de volgende onderdelen;

  • a.

    het geven van behandeladviezen aan de gemeenteraad over raadsvoorstellen die de grondexploitatie Waalsprong raken;

  • b.

    het zich laten informeren door het college van B&W en het voeren van overleg met het college van B&W over alle relevante ontwikkelingen die zich in de Waalsprong voordoen op het gebied van de grondexploitatie, het bouwprogramma en de realisatie van voorzieningen;

  • c.

    het doen van onderzoek naar de versterking van de kaderstellende, controlerende en volksvertegenwoordigende rol bij grondexploitaties;

  • d.

    het uitwerken van een voorstel voor een opleidingsprogramma op het gebied van grondexploitaties;

Artikel 3 – Bevoegdheden van de commissie

  • 1.

    De commissie is bevoegd aan de raad over de in artikel 2 genoemde onderwerpen voorstellen uit te brengen voorzien van een ontwerp van de door de raad te nemen besluiten.

  • 2.

    In het kader van de uitoefening van de in artikel 2 bedoelde taken is de commissie bevoegd informatie in te winnen bij het college van B&W en te overleggen met het college van B&W.

  • 3.

    De commissie is bevoegd te besluiten dat de gemeente een externe deskundige opdraagt de commissie van advies te dienen.

  • 4.

    De commissie is bevoegd voor haar ondersteuning een beroep te doen op de Verordening ambtelijke bijstand en fractieondersteuning.

Artikel 4 – Samenstelling

  • 1.

    De commissie bestaat uit maximaal twee leden per in de gemeenteraad vertegenwoordigde fractie, waarbij zowel raadsleden als fractievolgers aangewezen kunnen worden als lid van de commissie.

  • 2.

    De leden als bedoeld in het eerste lid worden benoemd op voordracht van de desbetreffende fractie.

  • 3.

    De gemeenteraad benoemt een lid van de gemeenteraad tot voorzitter van de commissie.

  • 4.

    Bij verhindering van de voorzitter van de commissie wordt zijn functie waargenomen door een door de commissie uit zijn midden aangewezen lid.

  • 5.

    Het lidmaatschap van de commissie vervalt door het verlies van de hoedanigheid van raadslid of fractievolger, door ontslagname, of door een met redenen omkleed besluit van de raad.

Artikel 5 – Secretaris

  • 1.

    De griffier treedt op als secretaris van de commissie danwel wijst uit de medewerkers van de griffie een secretaris aan.

  • 2.

    De secretaris staat de commissie en de voorzitter van de commissie met advies en ondersteuning bij.

  • 3.

    De commissie kan de secretaris uitnodigen om aan de beraadslagingen als bedoeld in dit reglement deel te nemen.

  • 4.

    De secretaris draagt er onder andere zorg voor dat van het besprokene tijdens de vergadering een bandopname wordt gemaakt.

  • 5.

    Bij verhindering of ontstentenis van de secretaris wijst de griffier tijdelijk een plaatsvervangend secretaris aan.

Artikel 6 – Agenda van de vergaderingen

  • 1.

    De agenda van de commissie wordt door de voorzitter van de commissie vastgesteld uiterlijk tien dagen vóór aanvang van de vergadering.

  • 2.

    In spoedeisende gevallen kan de voorzitter van de commissie tot uiterlijk de dag voor de aanvang van de vergadering een gewijzigde agenda opstellen.

Artikel 7 – Bevoegdheid van de voorzitter tot het doen van voorstellen

1.De voorzitter van de commissie is bevoegd om aan de commissie over de in artikel 2 genoemde onderwerpen voorstellen uit te brengen voorzien van een ontwerp van de door de commissie en gemeenteraad te nemen besluiten.

Artikel 8 – Uitnodiging en stukken voor de vergadering

  • 1.

    De voorzitter van de commissie nodigt de leden van de commissie uiterlijk tien dagen vóór aanvang van de vergadering schriftelijk uit voor een vergadering van de commissie.

  • 2.

    De uitnodiging bevat de agenda als bedoeld in artikel 6 eerste lid.

  • 3.

    De bij de agenda behorende stukken worden, behoudens het bepaalde in het vierde lid van dit artikel, tegelijkertijd met de uitnodiging aan de commissieleden toegezonden. In bijzondere gevallen kan hiervan door de voorzitter van de commissie, met opgave van redenen, worden afgeweken.

  • 4.

    Indien omtrent stukken geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken onder berusting van de secretaris van de commissie. De secretaris van de commissie verleent inzage aan de leden van de commissie, aan alle overige raadsleden en fractievolgers en aan andere personen voor zover aan hen kennisneming onder geheimhouding is toegestaan.

  • 5.

    Indien een gewijzigde agenda als bedoeld in artikel 6 tweede lid wordt opgesteld worden deze agenda en de daarbij behorende stukken, met uitzondering van stukken waaromtrent geheimhouding is opgelegd, zo spoedig mogelijk voor de aanvang van de vergadering aan de commissieleden toegezonden.

  • 6.

    De vergadering wordt tegelijk met de in het eerste lid bedoeld uitnodiging en de daarbij behorende stukken ter openbare kennis gebracht.

Artikel 9 – Uitnodiging van derden

  • 1.

    De voorzitter van de commissie kan op eigen initiatief of op verzoek van de commissie bestuurders al dan niet op hun verzoek, alsmede ambtenaren en deskundigen uitnodigen voor overleg of het geven van informatie tijdens een commissievergadering.

  • 2.

    Van een uitnodiging van ambtenaren wordt het college op de hoogte gebracht.

Artikel 10 – Tijdstip van vergadering

  • 1.

    De commissie beraadslaagt in beginsel alleen op dezelfde dag en hetzelfde tijdstip als de vergaderingen van de raadskamers als bedoeld in de Verordening burgerronde en raadskamers plaats vinden.

  • 2.

    De vergaderingen van de commissie vinden daarbij in beginsel plaats in het stadhuis.

  • 3.

    De voorzitter van de commissie kan gemotiveerd beslissen dat de vergadering van de commissie in een bepaald geval op een andere plaats of op een andere dag of tijdstip plaats vindt.

Artikel 11 – Inspraak

  • 1.

    Burgers die zich met een brief tot de raad hebben gewend die door de raad ter behandeling naar de commissie is doorgestuurd, worden door de voorzitter van de commissie uitgenodigd tot het geven van een toelichting tijdens de commissievergadering.

  • 2.

    Burgers die wensen in te spreken op een voor de commissie geagendeerd onderwerp, worden door de voorzitter van de commissie uitgenodigd tot het geven van een toelichting tijdens de commissievergadering.

  • 3.

    De voorzitter van de commissie stelt de spreektijden vast voor de in het eerste en tweede lid bedoelde personen.

  • 4.

    De voorzitter van de commissie kan in het belang van een goede vergaderorde of vanwege het ontbreken van voldoende belang besluiten om van uitnodiging van de in de voorgaande leden bedoelde personen af te zien.

  • 5.

    De voorzitter van de commissie kan tevens besluiten om van uitnodiging van de in de voorgaande leden bedoelde personen af te zien indien een onderwerp geagendeerd is voor een commissievergadering maar het onderwerp reeds tijdens een eerdere commissievergadering is behandeld.

Artikel 12 – Presentaties

  • 1.

    Elk lid van de commissie dat tijdens de commissievergadering ten behoeve van de overige commissieleden een presentatie wil (laten) houden of anderszins informatie wenst over te (laten) dragen kan een verzoek daartoe richten aan de voorzitter van de commissie.

  • 2.

    De voorzitter van de commissie legt het verzoek als bedoeld in het eerste lid, al dan niet voorzien van een advies, voor aan alle commissieleden. Indien het verzoek de steun krijgt van meer dan de helft van het aantal in de gemeenteraad vertegenwoordigde fracties, zal de voorzitter van de commissie het verzoek honoreren en bepalen tijdens welke commissievergadering agendering zal plaats vinden.

  • 3.

    Het tweede lid is niet van toepassing indien het verzoek afkomstig is van het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 13 – Toezending van de uitnodiging en stukken aan het college van B&W

De voorzitter van de commissie stuurt de uitnodiging voor de commissievergadering met de agenda en de daarbij behorende stukken alsmede de eventuele aanvullende agenda, met uitzondering van de in artikel 8 vierde lid bedoelde stukken, ter kennisneming aan het college van burgemeester en wethouders.

Artikel 14 – Deelname aan de vergadering

  • 1.

    Aan de commissievergadering kan worden deelgenomen door leden van de commissie.

  • 2.

    De commissieleden die wensen deel te nemen aan de vergadering van de commissie geven daarvan kennis aan de secretaris die daarvan aantekening maakt.

  • 3.

    Wanneer zij niet langer aan de vergadering willen deelnemen, geven zij daarvan kennis aan de secretaris, die daarvan aantekening maakt.

Artikel 15 – Quorum

  • 1.

    De commissie kan niet vergaderen of besluiten over haar orde of over een uit te brengen advies als niet vijf van de fracties uit de gemeenteraad zijn vertegenwoordigd.

  • 2.

    Bij de bepaling van het in het vorige lid bedoelde aantal wordt de voorzitter niet meegeteld.

Artikel 16 – Orderechten van de voorzitter

  • 1.

    De voorzitter van de commissie zorgt voor de handhaving van de orde in de vergadering en is bevoegd, wanneer die orde op enigerlei wijze door toehoorders wordt verstoord, deze en zo nodig andere toehoorders te doen vertrekken.

  • 2.

    De voorzitter van de commissie is bevoegd toehoorders die bij herhaling de orde in de vergadering verstoren voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering te ontzeggen.

  • 3.

    De voorzitter van de commissie kan een spreker tot spoed en afronding manen en hem of haar indien hij of zij daar niet aan voldoet het woord ontnemen.

  • 4.

    De voorzitter van de commissie kan de commissie voorstellen aan een lid, dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, het verder verblijf in de vergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het lid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig doet de voorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het lid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.

Artikel 17 – Besluitvorming over de orde of een behandeladvies

  • 1.

    De voorzitter van de commissie alsmede ieder lid kan een ordevoorstel doen.

  • 2.

    Behalve in de gevallen bedoel in artikel 19, tweede lid, komt een ordebesluit of een advies aan een bestuursorgaan alleen tot stand als de leden die zich daarachter hebben geschaard in de raad een meerderheid opleveren.

  • 3.

    Bij de bepaling van de in het vorige lid bedoelde meerderheid wordt de voorzitter niet meegeteld.

  • 4.

    Als de stemmen staken over een advies wordt dit aan het betreffende bestuursorgaan meegedeeld onder vermelding van de wijze waarop de fracties hebben gestemd.

  • 5.

    Als de stemmen staken over een ordevoorstel komt geen besluit tot stand.

  • 6.

    In de gevallen waarin dit reglement niet voorziet of bij twijfel omtrent de strekking ervan, beslist de commissie op voorstel van de voorzitter van de commissie.

Artikel 18 – Inhoud van de behandeladviezen

  • 1.

    Een raadsvoorstel dat voor het eerst in de commissie wordt behandeld, wordt in de regel niet inhoudelijk als debatstuk behandeld op de op diezelfde datum te houden raadsvergadering.

  • 2.

    De commissie adviseert de raad over de wijze van behandeling van aanhangige voorstellen en andere aanhangige onderwerpen.

  • 3.

    Het in het tweede lid bedoelde advies houdt in de regel in ieder geval in om een voorstel of onderwerp te behandelen als;

    • a.

      hamerstuk, als daarover geen stemming nodig wordt geacht;

    • b.

      stemstuk, in het geval stemming wenselijk wordt geacht of schriftelijke stemming vereist is over voorstellen tot benoemingen van personen;

    • c.

      debatstuk, als daarover een raadsdebat of anderszins een discussie in de raad wenselijk wordt geacht.

Artikel 19 – Openbaarheid

  • 1.

    De vergaderingen van de commissie worden onverminderd het bepaalde in het volgende lid in het openbaar gehouden.

  • 2.

    De commissie kan op grond van artikel 23 juncto artikel 86 van de Gemeentewet besluiten tot het houden van een besloten vergadering en het opleggen van geheimhouding.

  • 3.

    Indien omtrent stukken die aan de commissie worden overlegd geheimhouding is opgelegd blijven deze stukken onder berusting van de secretaris. De secretaris verleent inzage aan de leden van de commissie, aan alle overige raadsleden en fractievolgers en aan andere personen voor zover aan hen kennisneming onder geheimhouding is toegestaan.

  • 4.

    Indien de commissie omtrent stukken geheimhouding oplegt maakt zij daarvan op die stukken melding en blijven de stukken onder berusting van de secretaris, die inzage verleent op de wijze als in het vorige lid bepaald.

Artikel 20 – Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening wordt aangehaald als “Verordening Raadscommissie Grondexploitatie Waalsprong”.

  • 2.

    Deze verordening is vastgesteld in de raadsvergadering van 14 november 2012 en treedt in werking op de dag na bekendmaking.

     

De voorzitter, De raadsgriffier,

 

Drs. H.M.F. Bruls drs. M.M.V. Mientjes