Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Oude IJsselstreek

Verordening rekenkamercommissie gemeente Oude IJsselstreek

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Oude IJsselstreek
Officiële naam regelingVerordening rekenkamercommissie gemeente Oude IJsselstreek
CiteertitelVerordening rekenkamercommissie gemeente Oude IJsselstreek 2006
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De bekendmaking van de regeling is niet meer te achterhalen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 81a
  2. Gemeentewet, art. 81p
  3. Gemeentewet, art. 147
  4. Gemeentewet, art. 182
  5. Gemeentewet, art. 183
  6. Gemeentewet, art. 184
  7. Gemeentewet, art. 185

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-07-200915-02-2013nieuwe regeling

11-06-2009

Onbekend.

09RVS0065
01-05-200601-07-2009nieuwe regeling

27-04-2006

Onbekend.

Onbekend.

Tekst van de regeling

De raad van de gemeente Oude IJsselstreek;

overwegende dat de gemeenteraad, indien hij geen rekenkamer instelt, bij verordening regels dient vast te stellen voor de uitoefening van de rekenkamerfunctie, als bedoeld in artikel 81p van de Gemeentewet;

gelet op het bepaalde in de artikelen 81a, 81p,147, en 182 tot en met 185 van de Gemeentewet;

B E S L U I T :

vast te stellen de

VERORDENING REKENKAMERCOMMISSIE GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1.

    In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      Rekenkamercommissie: de commissie die is ingesteld bij besluit van de gemeenteraad en die ten doel heeft om door middel van beleidsevaluaties en doelmatigheidsonderzoeken een bijdrage te leveren aan de doeltreffendheid van het beoogde beleid, alsmede de doelmatige voorbereiding en uitvoering daarvan;

    • b.

      Doelmatigheid of efficiëntie: het streven om met een zo beperkt mogelijke inzet van de beschikbare middelen het gewenste resultaat te bereiken;

    • c.

      Doeltreffendheid of effectiviteit: de mate waarin een organisatie erin slaagt met de geleverde prestaties de gestelde doelen of de gewenste maatschappelijke effecten te bereiken;

    • d.

      Rechtmatigheid: de mate waarin het gemeentelijk beleid voldoet aan de wettelijke kaders en regelgeving;

Artikel 2 Taak van de rekenkamercommissie

  • 1.

    Er is een gemeentelijke rekenkamercommissie.

  • 2.

    De rekenkamercommissie voert onderzoek uit naar de (maatschappelijke) effecten van het gemeentelijk beleid en naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gemeentelijk beleid, van het gemeentelijk beheer en van de gemeentelijke organisatie, naar de rechtmatigheid van het gemeentelijk beheer, alsmede naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van instellingen waarvan de activiteiten geheel of in belangrijke mate door de gemeente worden bekostigd.

Artikel 3 Samenstelling rekenkamercommissie

  • 1.

    De rekenkamercommissie bestaat uit vier leden.

  • 2.

    De vier leden worden door de gemeenteraad van binnen de kring van zijn leden benoemd voor een periode gelijk aan hun zittingsduur in de gemeenteraad.

  • 3.

    De voorzitter wordt door de raad uit het midden van de leden van de rekenkamercommissie benoemd voor de volle zittingsperiode van de rekenkamercommissie.

Artikel 4 Eed

De voorzitter van de rekenkamercommissie legt, alvorens hij zijn functie uitoefent, in een vergadering van de gemeenteraad de eed (verklaring en belofte) af:

“Ik zweer (verklaar) dat ik, om tot voorzitter van de rekenkamercommissie benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gunst heb gegeven of beloofd.

Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of belofte heb aangenomen of zal aannemen.

Ik zweer (beloof) dat ik getrouw zal zijn aan de Grondwet, dat ik de wetten zal nakomen en dat ik mijn plichten als voorzitter van de rekenkamercommissie naar eer en geweten zal vervullen.

Zo waarlijk helpe mij God Almachtig! (Dat verklaar en beloof ik!)”

Artikel 5 Einde van het lidmaatschap

  • 1.

    De raad ontslaat de leden of stelt hen op non-actief.

  • 2.

    Het lidmaatschap van een lid van de rekenkamercommissie eindigt:

    • a.

      op eigen verzoek;

    • b.

      bij aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap van de rekenkamercommissie (in dit verband overlegt de voorzitter van de rekenkamercommissie aan de gemeenteraad jaarlijks een lijst met daarin opgenomen de nevenfuncties die hij op dat moment vervult);

    • c.

      wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zo’n uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    • d.

      indien het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld.

  • 3.

    Een lid van de rekenkamercommissie kan door de gemeenteraad worden ontslagen wanneer hij door ziekte, gebreken of ongeschiktheid niet in staat is zijn functie naar behoren te vervullen.

  • 4.

    Een lid van de rekenkamercommissie kan door de gemeenteraad worden ontslagen wanneer hij verboden handelingen, als bedoeld in artikel 15 van de Gemeentewet, heeft verricht.

Artikel 6 Vergoeding van de werkzaamheden

  • 1.

    De rekenkamercommissie stelt een secretaris/onderzoeker aan die de rekenkamer ondersteunt bij het doen van onderzoek.

  • 2.

    De vergoedingen als bedoeld in het eerste lid komen ten laste van het budget van de rekenkamercommissie als bedoeld in artikel 11.

Artikel 7 Ondersteuning van de rekenkamercommissie

  • 1.

    De rekenkamercommissie is bevoegd, ten laste van het budget als bedoeld in artikel 11, (tijdelijk) medewerkers aan te stellen.

  • 2.

    De medewerkers van de rekenkamercommissie verrichten werkzaamheden voor de rekenkamercommissie en zijn ter zake van de werkzaamheden uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de rekenkamercommissie.

  • 3.

    Medewerkers kunnen, indien de rekenkamercommissie hen daartoe de bevoegdheid toekent, alle informatie verzamelen die de rekenkamercommissie in het belang van het onderzoek nodig acht; zij hebben een geheimhoudingsplicht met betrekking tot die informatie en zijn alleen verantwoording verschuldigd aan de rekenkamercommissie.

  • 4.

    De rekenkamercommissie is tevens bevoegd ten laste van het budget als bedoeld in artikel 11 externe deskundigen in te schakelen. Het hiervoor in lid 3 gestelde is op de externe deskundigen dienovereenkomstig van toepassing.

Artikel 8 Vergadering en besluitvorming / Reglement van orde

  • 1.

    De voorzitter van de rekenkamercommissie draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de vergaderingen van de rekenkamercommissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de uitvoering van de onderzoeksopzet en de werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming. Hij voert hierover regelmatig overleg met onderzoeksmedewerkers en de griffier.

  • 2.

    In vergaderingen van de rekenkamercommissie wordt besloten bij meerderheid van stemmen, waarbij ieder lid één stem heeft. Bij stakende stemmen, telt de stem van de voorzitter dubbel. Besluiten kunnen alleen worden genomen als ten minste drie leden ter vergadering aanwezig zijn.

  • 3.

    De rekenkamercommissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na de vaststelling onverwijld ter kennisgeving naar de gemeenteraad.

Artikel 9 Onderwerpen voor onderzoek en beslissing tot uitvoeren van onderzoek

  • 1.

    De rekenkamercommissie kiest de onderwerpen voor haar onderzoek, formuleert de probleemstelling en de onderzoeksvragen en stelt de onderzoeksopzet vast. Hiertoe legt de rekenkamercommissie in een onderzoeksprotocol vast volgens welke methodiek de rekenkamercommissie onderzoeken uitvoert; het onderzoeksprotocol wordt ter kennisgeving aan de gemeenteraad voorgelegd.

  • 2.

    De gemeenteraad kan de rekenkamercommissie een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een rekenkameronderzoek. De rekenkamercommissie bericht de gemeenteraad binnen één maand in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de rekenkamercommissie niet aan het verzoek van de gemeenteraad voldoet, zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.

Artikel 10 Uitvoering van het onderzoek en rapportage

  • 1.

    De rekenkamercommissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2.

    De rekenkamercommissie beoordeelt of het wenselijk is de gemeenteraad tussentijds te informeren.

  • 3.

    De rekenkamercommissie is bevoegd van alle leden van het gemeentebestuur en van alle ambtenaren mondelinge en schriftelijke informatie in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van het onderzoek. De rekenkamercommissie kan de bevoegdheid tot het inwinnen van informatie mandateren aan de medewerkers die haar bij de uitvoering van haar taak terzijde staan. Alle leden van het gemeentebestuur en alle ambtenaren zijn verplicht de gevraagde informatie binnen de door de rekenkamercommissie gestelde termijn te verstrekken.

  • 4.

    De rekenkamercommissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur kan de rekenkamercommissie rapporten die aan de gemeenteraad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken. De leden van de rekenkamercommissie en medewerkers die voor de rekenkamercommissie werkzaam zijn, zijn verplicht tot geheimhouding van al wat hen in hun hoedanigheid als lid, respectievelijk medewerker ter kennis is gekomen.

  • 5.

    De rekenkamercommissie kan informatiebijeenkomsten beleggen.

  • 6.

    De rekenkamercommissie stelt betrokkenen ambtenaren in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn die ten minste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het onderzoek aan de rekenkamercommissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wiens taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De rekenkamercommissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 7.

    Na hoor en wederhoor van betrokken ambtenaren ten aanzien van het onderzoek zoals bedoeld in lid 6, formuleert de rekenkamercommissie haar conclusies en aanbevelingen in een nota.

  • 8.

    De rekenkamercommissie stelt het gemeentebestuur in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn die ten minste twee weken bedraagt, haar zienswijze op het onderzoek en de nota aan de rekenkamercommissie kenbaar te maken.

  • 9.

    Na vaststelling door de rekenkamercommissie wordt de nota met conclusies en aanbevelingen zo spoedig mogelijk aan de gemeenteraad aangeboden. Hierbij worden de reacties van de betrokken ambtenaren en leden van het gemeentebestuur gevoegd.

Artikel 11 Budget

  • 1.

    De rekenkamercommissie is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken.

  • 2.

    Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:

    • a.

      vervallen

    • b.

      onderzoeksmedewerkers;

    • c.

      secretariële ondersteuning;

    • d.

      externe deskundigen die mogelijk door de rekenkamercommissie zijn ingeschakeld en

    • e.

      de overige uitgaven die de rekenkamercommissie nodig acht voor de uitvoering van haar taak.

  • 3.

    De rekenkamercommissie is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de gemeenteraad.

  • 4.

    De raadsgriffier treedt op als budgethouder van het budget van de rekenkamercommissie.

Artikel 12 Citeertitel; inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening rekenkamercommissie gemeente Oude IJsselstreek 2006”;

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 juli 2009.

    Aldus besloten door de raad van de gemeente Oude IJsselstreek in de openbare vergadering van 11 juni 2009

    De raad voornoemd,

    de griffier, de voorzitter,

    de heer J. van Urk, J.P.M. Alberse