Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Rotterdam

Ambtsinstructie hoofden van dienst

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRotterdam
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingAmbtsinstructie hoofden van dienst
CiteertitelAmbtsinstructie hoofden van dienst
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpGemeenteblad 1998-39

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 4. vierde lid, van de Organisatieverordening

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

14-04-1998Onbekend

24-03-1998

Gemeenteblad 1998-39

PenO nr. 97/3625

Tekst van de regeling

Intitulé

Ambtsinstructie hoofden van dienst

 

 

Ambtsinstructie

Burgemeester en Wethouders van Rotterdam.

Gelezen het voorstel van de wethouder van Personeel en

Organisatie d.d. 18 maart 1998 (PenO nr. 97/3625):

Besluiten:

vast te stellen het hierna volgende BESLUIT tot nadere

regeling ten aanzien van het beheer van arbeidsvoorwaarden van

hoofden van dienst en van directie-uitgaven door hoofden van

dienst c.q. directies.

gelet op artikel 4. vierde lid, van de Organisatieverordening:

Artikel 1

Een afschrift van de arbeidsvoorwaardelijke afspraken die

gemaakt zijn tussen het hoofd van dienst en Burgemeester en

Wethouders, berust binnen de dienst bij het hoofd P&O, dan wel

bij het ontbreken van een hoofd P&O, de hoogste functionaris

(niet zijnde het hoofd van dienst) die binnen de dienst

verantwoordelijk is voor de portefeuille P&O, en het hoofd

FEZ, dan wel bij het ontbreken van een hoofd FEZ, de hoogste

functionaris (niet zijnde het hoofd van dienst) die binnen de

dienst verantwoordelijk is voor de portefeuille FEZ. Het hoofd

P&O draagt zorg voor het verstrekken van een afschrift aan het

hoofd FEZ.

Artikel 2

Het hoofd P&O draagt zorg voor de uitvoering van de

arbeidsvoorwaardelijke afspraken, voor zover deze lopen via

het Personeelsinformatiesysteem Rotterdam. Het hoofd FEZ

draagt zorg voor de uitvoering van de afspraken voor zover

deze lopen via de Financiële Administratie.

Artikel 3

Het hoofd van dienst kan slechts zijn eigen declaraties van

uitgaven gedaan ten behoeve van de dienst, in behandeling

laten nemen, wanneer deze voorzien zijn van een tweede

handtekening. Het meetekenen van deze declaraties dient

te geschieden door het hoofd FEZ. Het hoofd P&O is belast met

het toezien op de naleving hiervan.

Artikel 4

Een hoofd van dienst dient. indien de vigerende procedures

niet helder zijn, zelf te beoordelen of bepaalde besluiten

en/of uitgaven aan de portefeuillehouder worden voorgelegd.

Artikel 5

Hoofd P&O en hoofd FEZ zijn gehouden om, in geval van twijfel

over de rechtmatigheid van uitgaven t.b.v. de directeur c.q.

de directie, zoals in de voorgaande artikelen bedoeld, dit te

melden bij directeur P&O, respectievelijk directeur Financiën

van de Bestuursdienst.

Artikel 6

Directeur P&O, respectievelijk directeur Financiën nemen in

dat geval zonodig contact op met de portefeuillehouder en

wethouder P&O en informeren zo nodig Burgemeester en

Wethouders.

Artikel 7

 

Dit besluit treedt in werking met ingang van 14 april 1998.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 24 maart 1998.

 

De Secretaris, De Burgemeester,

N.van Eck A. Peper

 

 

Dit gemeenteblad is uitgegeven op 24 april 1998 en ligt op

werkdagen van 09.00 tot 16.00 uur ter inzage bij de

Bestuursdienst van de gemeente Rotterdam, afdeling Bibliotheek

en Documentatie, stadskantoor kamer 100, ingang Rodezand 18.