Organisatie | Peel en Maas |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Uitvoeringsregeling subsidieverstrekking instrumentale en vocale muziekopleidingen Peel en Maas |
Citeertitel | Uitvoeringsregeling subsidieverstrekking muziekopleidingen Peel en Maas, traject 3 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | subsidieverstrekking muziekopleidingen, traject 3 |
deze regeling heeft terugwerkende kracht
geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-08-2017 | 01-08-2017 | gewijzigd:wettelijke grondslag,Art 2 lid 2 leeftijd, lid 4 aanvulling. Art 3 lid 3 laatste alinea verwijderd. Art 4 andere opsomming, punt f toegevoegd. Art 5 gewijzigd. Art 6 lid 2 gewijzigd, lid 3 toegevoegd. Art 8 lid 2 gewijzigd, lid verwijderd. Art 9 harheidsclausule toegevoegd. Art 9 slotbepaling lid 1 gewijzigd, lid 2 toegevoegd. toelichting leeftijd gewijzigd. Belangrijke momenten toegevoegd | 26-06-2017 GVOP, www.peelenmaas.nl | 1894/2017/1104481 | |
29-11-2012 | 13-08-2012 | 01-08-2017 | nieuwe regeling | 20-11-2012 digitaal gemeenteblad Peel en Maas | 1894/2012/25945 |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
Muziekopleidingen: opleidingen die voldoen aan de door Kunstfactor (het landelijk Sectorinstituut voor amateurkunst) gegeven richtlijnen en kwaliteitseisen voor instrumentale muziekopleidingen zoals onder meer vastgelegd in het ‘Raamleerplan voor de HaFaBra-sector’ (afgegeven door de Stichting NIB), alsmede daarmee naar inhoud en kwaliteit vergelijkbare opleidingen voor niet-HaFaBra-muziekinstrumenten en voor solozang.
Muziekdiploma A resp. B, C en D: diploma dat wordt afgegeven na het succesvol afronden van een muziekopleiding c.q. deelopleiding op A-, B-, C- of D-niveau zoals gedefinieerd in het Raamleerplan voor de HaFaBra-sector, resp. van een daarmee naar inhoud en kwaliteit vergelijkbare (deel)opleiding voor niet-HaFaBra-muziekinstrumenten of voor solozang.
Artikel 2 Doelgroep en activiteiten
Subsidie op grond van deze regeling kan worden verstrekt aan verenigingen en instellingen zonder winstoogmerk waarvan het doel en de activiteiten zijn gelegen op het vlak van de muziekbeoefening dan wel op het vlak van de muzikale vorming. De door hen verzorgde muziekopleidingen dienen open te staan voor een ieder die behoort tot de doelgroep zoals die in lid 2 en lid 3 van dit artikel is gedefinieerd.
Een muziekopleiding komt voor subsidie in aanmerking op voorwaarde dat het voor een deelnemer gedurende het cursusjaar te verzorgen lessenpakket een totale omvang heeft van tenminste 10 uur netto lestijd (minimumpakket). Uitgegaan wordt van 40 lessen van elk 15 minuten, maar een andere invulling (minder lessen van langere duur) is toegestaan mits sprake is van een redelijke spreiding over het jaar. De lessen vinden plaats in groepsverband dan wel individueel. De keuze of een leerling individueel dan wel groepsgewijs les krijgt is aan de aanbieder. Leerlingen kunnen op elk gewenst moment van het jaar instromen, waarbij de subsidie naar rato wordt berekend. Cursussen voor leerlingen die niet afkomstig zijn uit de gemeente Peel en Maas, maar aantoonbaar in de gemeente Peel en Maas hun maatschappelijk leven leiden door hun school/vereniging komen ook in aanmerking voor subsidie.
Het in lid 4 omschreven minimumpakket dient te worden aangeboden tegen een lesgeld dat niet uitgaat boven een door het college vastgesteld maximumbedrag. Onder deze bepaling valt niet de eventueel door de leerling verschuldigde vergoeding voor het gebruik van een muziekinstrument en/of voor het gebruik van leermiddelen. Het college maakt vóór 1 juni voorafgaand aan het cursusjaar bekend aan welk maximumbedrag het lesgeld voor dat jaar gebonden is
Subsidie wordt verstrekt indien en zolang sprake is van voldoende voortgang in het opleidingstraject, dat wil zeggen zolang de leerling elk van de deelopleidingen op successievelijk A-, B-, C- of D-niveau in maximaal twee cursusjaren afrondt door het behalen van het betreffende muziekdiploma. In de loop van het totale opleidingstraject is een uitloop met één extra cursusjaar toegestaan, hetgeen betekent dat de subsidieverstrekking pas eindigt zodra een leerling meer dan een jaar achterloopt ten opzichte van het reguliere opleidingstempo van één opleidingsniveau per twee cursusjaren.
Artikel 3 Te verlenen subsidie
Van het voor het cursusjaar geldend bedrag per leerling wordt 40% aangemerkt als bijdrage voor het eerste deel van het cursusjaar (de periode tot en met 31 december) en 60% als bijdrage voor het tweede deel van het cursusjaar (de periode van 1 januari tot aan de zomervakantie). Deze verdeling geldt ook als de feitelijke spreiding van de lessen over het jaar daar niet mee overeenkomt.
De aan de aanbieder van muziekopleidingen te verlenen subsidie bestaat uit twee deelsubsidies.
Voor het eerste deel van het cursusjaar wordt een subsidie verleend waarvan de hoogte wordt bepaald door het aantal leerlingen dat in die periode een subsidiabele muziekopleiding volgt te vermenigvuldigen met de voor die periode geldende deelbijdrage van 40% van het jaarbedrag. Het aantal leerlingen wordt gesteld op het aantal dat is vermeld in het bij de subsidieaanvraag overgelegde leerlingenoverzicht als bedoeld in artikel 4 onder d.
Voor het tweede deel van het cursusjaar wordt een subsidie verleend waarvan de hoogte wordt bepaald door het aantal leerlingen dat in die periode een subsidiabele muziekopleiding volgt te vermenigvuldigen met de voor die periode geldende deelbijdrage van 60% van het jaarbedrag. Het aantal leerlingen wordt gesteld op het aantal dat is vermeld in een door de aanvrager over te leggen leerlingenoverzicht naar de situatie per 1 februari van het cursusjaar. Dit overzicht dient dezelfde gegevens te verstrekken als het bij de subsidieaanvraag overgelegde leerlingenoverzicht als bedoeld in artikel 4 onder d.
Behalve met het verschil in leerlingaantallen in de beide over te leggen leerlingenoverzichten wordt in het te verlenen subsidie rekening gehouden met tussentijdse aan- en afmeldingen.
Artikel 4 Het indienen van een subsidieaanvraag
Een subsidieaanvraag voor de in een cursusjaar te verzorgen muziekopleidingen kan worden ingediend tot uiterlijk 1 november van het cursusjaar waarop de aanvraag betrekking heeft. Bij de subsidieaanvraag dienen tenminste de volgende stukken te worden overgelegd:
Artikel 5 De uitbetaling van de verleende subsidie
De verleende subsidie wordt betaalbaar gesteld in twee termijne,waarbij 40% wordt overgemaakt voor de periode augustus – december en 60 % voor de periode januari – juli. Na beoordeling van de aanvraag voor de vaststelling van de subsidieverlening wordt het definitieve subsidiebedrag vastgesteld en eventuele restbedragen overgemaakt c.q. teruggevorderd.
Artikel 6 De vaststelling en afrekening van de subsidie
Om te kunnen komen tot vaststelling en afrekening van de subsidie dient de subsidieontvanger na afloop van het cursusjaar en vóór de daarop volgende datum van 1 november een verantwoording over te leggen over het verloop van de opleidingen en de behaalde resultaten (behaalde diploma’s, aantal leerlingen dat stopt aan het eind van het jaar resp. dat doorgaat in het volgende cursusjaar). De bij te voegen financiële verantwoording dient te vermelden op welke manier dekking is gegeven aan een eventueel gerealiseerd tekort resp. welke bestemming wordt gegeven aan een eventueel overschot. De financiële verantwoording dient te zijn voorzien van een verklaring van getrouwheid (bijvoorbeeld van een kascontrolecommissie).
Artikel 7 Verplichtingen van de subsidieaanvrager
De aanvrager van subsidie is gehouden tot het nakomen van de aan de subsidieverstrekking verbonden voorwaarden en stelt zich garant voor de vereiste omvang en kwaliteit alsmede voor de continuïteit van de muziekopleidingen.
Het college kan, in bijzondere gevallen, een artikel of artikelen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken. Het van toepassing verklaren van dit artikel wordt gemotiveerd in het besluit.
Panningen, 26 juni 2017,
Burgemeester en wethouders van de gemeente Peel en Maas,
de gemeentesecretaris/directeur, de burgemeester,
L.P.H. Breukers, W.J.G. Delissen-van Tongerlo
De gemeente Peel en Maas wil bevorderen dat kinderen al op jonge leeftijd worden gestimuleerd om actief bezig te zijn met muziek. In dat kader worden de basisscholen gefaciliteerd om extra muzikale vormingsactiviteiten te integreren in hun lesprogramma’s (traject 1). Daarnaast worden gelden beschikbaar gesteld voor het opzetten en uitvoeren van buitenschoolse activiteiten die kunnen bijdragen aan een verdere verbreding en verdieping van de muzikale ontwikkeling (traject 2). Dit mede ter voorbereiding op de eventuele instap in de muziekopleidingen zoals die worden aangeboden door muziekverenigingen en –instellingen (traject 3).
Met de hier voorliggende regeling biedt de gemeente de mogelijkheid om subsidie te verkrijgen voor opleidingen in traject 3, d.w.z. voor muziekopleidingen instrumentaal en vocaal (solozang) aan kinderen/jeugdigen jonger dan 21 jaar. De opleidingen dienen laagdrempelig te worden aangeboden zodat elk kind dat interesse heeft daaraan kan deelnemen.
Belangrijke momenten in het subisideverstrekkingtraject
* Vóór 1 juni voorafgaand aan het cursusjaar:
Bekendmaking door het college van het voor het komend cursusjaar per leerling beschikbare subsidie en van het (voor het minimum lespakket) maximaal te hanteren lesgeld.
* Vóór 1 november van het cursusjaar:
a. Indienen subsidieaanvraag voor het net begonnen nieuwe cursusjaar (cf. artikel 4).
b. Indienen verantwoording over het vorige cursusjaar (conform artikel 6).
Nb1. Hoe eerder een aanvraag wordt ingediend, hoe eerder het subsidiebesluit bekend is.
Nb2. Het combineren van (a) de aanvraag en (b) de verantwoording kan werk besparen