Organisatie | Assen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening subsidieverlening amateurkunst |
Citeertitel | Verordening subsidieverlening amateurkunst |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | cultuur en recreatie |
Geen.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-07-2009 | 17-01-2012 | nieuwe regeling | 02-07-2009 Berichten van de Brink, 06-07-2009 | 02-07-2009, BB 2009-00737 en 2009-01010 |
ARTIKEL 1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
In deze verordening wordt verstaan onder:
ARTIKEL 2 BEVOEGDHEDEN COLLEGE
Het college stelt vóór 1 december van het kalenderjaar voorafgaand aan de subsidieperiode het subsidieplafond voor basissubsidies en startsubsidies voor amateurkunst vast, onder de voorwaarde dat de raad de bedragen daarvoor op de gemeentebegroting voor de desbetreffende subsidieperiode ter beschikking stelt.
ARTIKEL 10 SUBSIDIEVASTSTELLING
Overeenkomstig artikel 8 en 9 van de Subsidieverordening Assen:
ARTIKEL 11 INTREKKING OUDE REGELING
De Deelverordening Amateuristische Kunstbeoefening gemeente Assen wordt ingetrokken.
Voor instellingen die in 2009 subsidie hebben verkregen via de Deelverordening Amateuristische Kunstbeoefening en voor wie geldt dat bij toepassing van de Verordening subsidieverlening amateurkunst de subsidie lager uitvalt geldt voor 2010 nog de Deelverordening Amateuristische Kunst gemeente Assen. Voor 2011 geldt voor alle instellingen de Verordening subsidieverlening amateurkunst gemeente Assen.
Toelichting Subsidieverlening amateurkunst Gemeente Assen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
De startsubsidie is bedoeld voor nieuwe initiatieven, die hiermee de kans krijgen om mee te gaan delen in de subsidies en hun waarde voor de amateurkunst aan te tonen. Ze behoeven bij de startsubsidie nog niet aan alle voorwaarden te voldoen. Slagen hun activiteiten en voldoen ze ook in andere opzichten aan de bepalingen in deze verordening, dan kunnen ze in het volgende subsidiejaar een reguliere aanvraag indienen. Overigens geldt de mogelijkheid van startsubsidie ook voor langer bestaande instellingen die na verloop van tijd toch gemeentesub-sidie nodig blijken te hebben: zij moeten immers niet afgestraft worden omdat ze gedurende enige tijd op eigen benen hebben kunnen staan.
Artikel 3 Algemene voorwaarden basissubsidies
Een essentiële voorwaarde om voor gemeentelijke amateurkunstsubsidie in aanmerking te komen is dat de vereniging of stichting naar buiten treedt met een artistiek product en dat er contact moet zijn met een publiek. Voor de podiumkunsten ligt de manier waarop dit gebeurt voor de hand. Voor deze disciplines is het podium letterlijk een podium. Voor de niet-podiumkunsten ziet het podium er anders uit. In hun geval kan men bijvoorbeeld denken aan een expositie, de organisatie van literaire bijeenkomsten of de deelname aan een kunstmarkt.
Om meer en grotere bekendheid te geven aan de presentaties/voorstellingen kan minimaal 4 weken van te voren de presentatie/voorstelling worden aangemeld bij www.ditisassen.nl.
De datum van 1 oktober voor het indienen van de aanvraag is gekozen in verband met de voorbereiding van de gemeentebegroting.
De soorten gegevens die verstrekt moeten worden staan op het aanvraagformulier vermeld. Dit zijn (onder andere) het activiteitenplan met begroting voor het subsidiejaar waarop de aanvraag betrekking heeft. De posten voor professionele begeleiding en huur professionele podia dienen apart vermeldt te worden opgenomen.
Er worden meer formele eisen gesteld aan instellingen die voor het eerst subsidie aanvragen.
Overschrijding van het subsidieplafond levert krachtens artikel 4:25 van de Awb automatisch een weigeringsgrond op. In artikel 5 lid 4 wordt dit voor de subsidies amateurkunst nader verfijnd: Indien het benodigde bedrag voor het verlenen van de subsidies hoger is dan het subsidieplafond, worden de te verlenen subsidies naar rato verlaagd zodat budgetoverschrijding achterwege blijft. Er is dus geen sprake van "wie het eerst komt wie het eerst maalt" principe.
Het college kan aan de subsidieontvanger toestemming verlenen om een eventueel overschot niet terug te hoeven betalen, maar (gedeeltelijk) te mogen reserveren voor het volgende jaar. Hierdoor worden extra inspanningen van de instelling om eigen inkomsten te verwerven niet direct afgestraft met een korting op de subsidie.
Het college heeft met deze bepaling de bevoegdheid gekregen om instellingen, zoals bijvoorbeeld beginnende instellingen, instellingen in oprichting of instellingen die voor het eerst subsidie aanvragen die niet voldoen aan alle voorwaarden in artikel 3, tweede lid toch een subsidiebijdrage te verlenen. Hierdoor wordt voorkomen dat de drempel voor instellingen die zich inzetten voor amateurkunst zo hoog wordt dat vernieuwing niet meer plaatsvindt. Om onderscheid te maken tussen de reguliere basissubsidie en deze speciale bijdrage voor maximaal 1 jaar is dit een startsubsidie genoemd. De startsubsidie is lager dan de basissubsidie (80%). Het is bedoeld als een impuls voor deze instellingen om de "start" te vergemakkelijken en ze de kans te geven om binnen dat jaar wel te gaan voldoen aan de voorwaarden. Zodat ze het jaar daarop gebruik kunnen maken van de basissubsidie. Het college zal in haar afweging dus meenemen hoe kansrijk de instelling is die de startsubsidie aanvraagt om het jaar daarop wel te voldoen aan de voorwaarden. Indien er te veel voorwaarden nog niet vervuld zijn neemt de kans af dat het college de startsubsidie zal toewijzen.
Indien een instelling aan bepaalde algemene voorwaarden voldoet ontvangt ze een basissubsidie.
De basissubsidie bestaat voor alle kunstcategorieën uit elementen.
Onder de kosten voor de huur voor professionele podia wordt de zaalhuur van De Schalm en het Cultureel Kwartier gerekend. Door verenigingen te ondersteunen in de kosten voor deze professionele podia willen we de mogelijkheden voor amateurverenigingen om op professionele podia op te treden vergroten.
Artikel 10 Subsidievaststelling
De Awb gaat er in artikel 4:46 in principe van uit dat de subsidie wordt vastgesteld gelijk aan of lager dan de verleende subsidie. De subsidie bedraagt nooit meer dan het (werkelijke) exploitatietekort. In de jaarrekening moetende posten voor professionele begeleiding en huur professionele podia apart vermeld worden.
De Verordening subsidieverlening treedt op zijn vroegst in het najaar van 2009 in werking. Omdat aanvragen voor subsidie voor 2010 al in mei en juni 2009 binnenkomen zou de Verordening subsidieverlening pas in 2011 daadwerkelijk toegepast kunnen worden. In beginsel worden aanvragen namelijk behandeld naar het geldend recht ten tijde van de aanvraag. Omdat deze Verordening subsidieverlening echter in de meeste gevallen (veel) gunstiger is dan de oude regeling hebben wij er voor gekozen om de aanvragen te behandelen onder het nieuwe recht. Als de nieuwe verordening van kracht is worden de aanvragen behandeld. Omdat het mogelijk in enkele gevallen toch leidt tot een vermindering van de subsidiebijdrage is voor die instellingen die in 2009 al een subsidiebedrag ontvingen op basis van de Deelverordening Amateuristische Kunst de oude (voor hen gunstiger) regeling van toepassing. Dit geldt alleen voor het overgangsjaar 2010. In 2011 is de Verordening subsidieverlening amateurkunst gemeente Assen onverkort op iedereen van toepassing.
De Verordening subsidieverlening amateurkunst gemeente Assen is een deelverordening. De Subsidieverordening Assen is de kaderverordening. In de situaties waarin de deelverordening niet voorziet, is de Subsidieverordening Assen van toepassing.