Afdeling 1 Algemene Bepalingen
Artikel 1 Doelstelling
Het doel van subsidieverlening op basis van deze regels is het stimuleren van
activiteiten en talenten en het ondersteunen van instellingen op het gebied van
sport.
De Sportraad verstrekt, daartoe aangewezen door het college en op basis van
deze nadere regels, subsidies ten behoeve van de sport in Dordrecht.
Artikel 2 Begripsbepalingen
- 1.
ASV: Algemene subsidieverordening Dordrecht 2010.
- 2.
Instelling: een vereniging of stichting die statutair gevestigd is in
Dordrecht en die krachtens haar doelstellingen werkzaam is in het belang
van de sportbeoefening van inwoners van Dordrecht. De instelling is
aangesloten bij een bij NOC*NSF aangesloten sportbond.
- 3.
Sport: het geheel van activiteiten dat is gericht op het leveren van
lichamelijke of geestelijke krachtmetingen waarvoor nodig zijn
uithoudingsvermogen, inzicht, vaardigheid, kracht of snelheid.
- 4.
Sportraad: de commissie die op grond van de artikelen 83 en 84 van de
Gemeentewet door het college is ingesteld om onder andere sportsubsidies
te verstrekken.
Artikel 3 Subsidiesoorten
De Sportraad verstrekt op aanvraag in het kader van deze nadere regels
subsidie voor:
- a.
- b.
- c.
- d.
sportstimuleringsprojecten;
- e.
Artikel 4 Aanvraag sportsubsidie
In afwijking van artikel 6 lid 1 ASV worden subsidieaanvragen voor subsidies
als bedoeld in artikel 3 van deze regeling ingediend bij de Sportraad.
Artikel 5 Subsidieplafond
Het college stelt voor 15 juli van het jaar voorafgaand aan het subsidiejaar
een subsidieplafond vast voor sportsubsidies en verdeelt dat in
deelsubsidieplafonds voor de in artikel 3 genoemde subsidies.
Afdeling 2 Specifieke Subsidiebepalingen
Artikel 6 Subsidie voor jeugdsport
- 1.
De subsidie voor de jeugdsport per instelling wordt berekend op basis
van het aantal jeugdleden van de instelling.
- 2.
Onder jeugdleden worden verstaan leden van de instelling die op 1
oktober voorafgaand van het subsidiejaar ten minste 4 en ten hoogste 17
jaar oud zijn.
- 3.
De subsidie per jeugdlid is gelijk aan het deelsubsidieplafond gedeeld
door het totaal aantal leden van de ontvangen aanvragen.
- 4.
Indien de Sportraad daarom verzoekt, is de aanvrager van subsidie voor
jeugdsport verplicht om een ledenlijst te overleggen waarin het aantal
leden en geboortedata worden vermeld.
Artikel 7 Subsidie voor Dordtse sporttalenten
- 1.
Onder talentvolle Dordtse sporters worden verstaan inwoners van
Dordrecht:
- a.
met een door het NOC*NSF vastgestelde en door de desbetreffende
sportbonden toegekende talentstatus in de categorieen High
Potential, Internationaal Talent, Nationaal Talent of Belofte;
of
- b.
die op de eerste dag van het subsidiejaar nog geen 18 jaar oud
zijn en die individueel of in teamverband deel uitmaken van een
nationale Nederlandse selectie van een door het NOC*NSF erkende
nationale sportbond.
- 2.
De subsidie bedraagt maximaal € 200 per jaar per sporter.
- 3.
Met inachtneming van het bepaalde in lid 2, is de subsidie per Dordts
sporttalent gelijk aan het deelsubsidieplafond gedeeld door het op 1
oktober totaal aantal volledige aanvragen.
Artikel 8 Subsidie voor zwembadhuur
- 1.
Instellingen die krachtens hun doelstellingen de zwemsport beoefenen
kunnen in aanmerking komen voor een jaarlijkse subsidie voor hun
activiteiten in het zwembad in de Sportboulevard.
- 2.
De subsidie wordt berekend op basis van het aantal uren dat jaarlijks
volgens het activiteitenplan van het zwembad gebruik wordt gemaakt en
bedraagt maximaal 37 procent van het uurtarief inclusief BTW dat door de
exploitant van het zwembad in rekening wordt gebracht.
- 3.
Indien het totaal van de subsidieaanvragen het deelsubsidieplafond
overschrijdt, wordt het bedrag van het deelsubsidieplafond verdeeld over
de instellingen naar rato van de hoogte van hun aanvragen.
- 4.
De aanvraag bevat een urenoverzicht en een begroting voor het
subsidiejaar. Daarin worden tenminste aangegeven de soort
sportactiviteiten, de gehanteerde tariefstelling en het aantal uren dat
voor die activiteiten is gepland. Daarnaast wordt het roosterschema
zwembadhuur dat is vastgesteld in overleg met de exploitant van het
zwembad bij de aanvraag gevoegd.
- 5.
Het subsidiejaar vangt aan op 1 september en eindigt op 1 september van
het daaropvolgende jaar.
- 6.
Subsidieaanvragen worden voor 1 juni van het jaar waarin het
subsidiejaar aanvangt ingediend. De aanvraag tot vaststelling van de
subsidie wordt voor 1 december van het jaar waarin het subsidiejaar
afloopt ingediend.
Artikel 9 Subsidies voor sportstimuleringsprojecten
- 1.
Onder sportstimuleringsprojecten worden verstaan:
- a.
eenmalige activiteiten, gericht op doelgroepen die in verhouding
weinig sporten;
- b.
eenmalige activiteiten, gericht op aandachtswijken die worden
genoemd in het gemeentelijke sportbeleid;
- c.
eenmalige experimentele activiteiten met een innoverend karakter.
- 2.
De subsidie bedraagt maximaal € 1.000 per project. Subsidieaanvragen
kunnen gedurende het hele jaar worden ingediend tot 8 weken voor de
aanvang van het project.
- 3.
Indien de Sportraad daarom binnen 13 weken na afloop van de activiteiten
verzoekt, is het bestuur verplicht informatie te verstrekken over de
deelname, het verloop en de resultaten van de activiteiten.
- 4.
Een instelling mag niet meer dan één aanvraag per jaar indienen.
- 5.
De volledige aanvragen worden behandeld op volgorde van
binnenkomst.
Artikel 10 Subsidie voor kleedruimten
- 1.
Instellingen kunnen in aanmerking komen voor een subsidie in de
investeringskosten bij nieuwbouw of een ingrijpende verbouwing van de
kleedruimten.
- 2.
Onder kleedruimten wordt verstaan: ruimte voor het verwisselen van
kleding door sporters, scheidrechters, trainers en docenten, inclusief
douche-, was- en toiletgelegenheden.
- 3.
Onder een ingrijpende verbouwing wordt verstaan: een verbouwing waardoor
ten minste de kleedruimten en/of de daarin aanwezige voorzieningen in
aantal en/of kwaliteit worden uitgebreid.
- 4.
De hoogte van de subsidie voor investeringskosten voor kleedruimten
worden vastgesteld met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a.
de subsidie bedraagt maximaal 50% van de fictieve bouwkostenprijs
per vierkante meter vloeroppervlak, vermenigvuldigd met het totale
aantal vierkante meters van de gerealiseerde of verbouwde
kleedruimtes. Aan de aanvraag wordt een bouwtekening met vermelding
van het aantal vierkante meters vloeroppervlak van de
gerealiseerde/verbouwde kleedruimten toegevoegd;
- b.
de fictieve bouwkostenprijs bedraagt per 1 januari 2010 € 1.070,55
per vierkante meter vloeroppervlak en wordt jaarlijks per 1 januari
aangepast aan de hand van het indexcijfer voor de nieuwbouw van
woningen van het Bureau Documentatie Bouwwezen.
- 5.
Het beschikbare budget per jaar bedraagt het deelsubsidieplafond
verminderd met de lopende verplichtingen
- 6.
De betaling van de subsidie vindt plaats in maximaal 30 jaarlijkse
termijnen. Ieder subsidiejaar begint in het kalenderjaar volgend op het
jaar waarin de subsidie is aangevraagd. Indien het deelsubsidieplafond
verminderd met de lopende verplichtingen het toelaat kan de Sportraad
besluiten het aantal jaarlijkse termijnen te verminderen.
- 7.
De instelling die subsidie voor kleedruimte krijgt, is verplicht om deze
kleedruimten aan onderwijsinstellingen ter beschikking te stellen.
- 8.
De betaling van de subsidie wordt tussentijds beëindigd indien:
- a.
de kleedruimten niet langer als kleedruimte in gebruik zijn;
- b.
de instelling niet langer eigenaar is van de kleedruimten.
- 9.
De volledige aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst.