Organisatie | Waalwijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van haven- en kadegeld 2013 |
Citeertitel | Verordening havengelden 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De ingangsdatum van de heffing is 01-01-2013.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-01-2013 | 01-01-2013 | 01-01-2014 | nieuwe regeling | 13-12-2012 Gemeenteblad, 10-01-2013 | 2013/003 |
De raad van de gemeente Waalwijk;
gelezen het voorstel over de belastingverordeningen 2013 van het college van burgemeester en wethouders van 6 november 2012;
gelet op de artikelen 216 en 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;
besluit vast te stellen de volgende verordening:
“Verordening op de heffing en invordering van haven- en kadegeld 2013”
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
haven: de voor de openbare dienst bestemde wateren en voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen die bij de gemeente in eigendom of in beheer en onderhoud zijn, te weten:
het ten zuiden van de Bergsche Maas gelegen vaarwater dienende tot haven.
het vaarwater, genaamd Capelse haven, zich uitstrekkende vanaf het Oude Maasje tot de Hoofdstraat in Capelle, dienende tot haven met uitzondering van het gedeelte dat uitsluitend is bestemd voor gebruik door en ten behoeve van pleziervaartuigen.
de Kerkvaartsehaven, zijnde het ten zuiden van het Oude Maasje gelegen vaarwateren de voormalige laad- en loswal aan de zuidzijde van het Oude Maasje.
havengelden, worden rechten geheven ter zake van het gebruik overeenkomstig de bestemming van de voor de openbare dienst bestemde gemeentewateren, bezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn en ter zake van het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten in verband met dat gebruik;
kadegelden, worden rechten geheven terzake van het gebruik van de gemeentelijke kaden en loswallen voor de overslag van goederen zoals het gebruik van de kaden voor het opslaan, laden of lossen van goederen en andere voorwerpen op kaden, steigers en oevers, bij de gemeente in eigendom of in beheer en onderhoud, behorende bij de haven, alsmede voor het opslaan, laden of lossen van goederen en andere voorwerpen op of in vrachtwagens en voertuigen, aanwezig op de kaden, steigers en oevers.
1.De rechten moeten worden betaald in geval de kennisgeving als bedoeld in artikel 4 mondeling wordt gedaan; op het moment van het doen van de kennisgeving;
in geval de kennisgeving schriftelijk wordt gedaan: op het moment van uitreiken van de kennisgeving.
2.Indien de rechten niet op het in het eerste lid genoemde tijdstip kunnen worden vastgesteld moeten deze, in afwijking van het bepaalde in het eerste lid worden betaald in één termijn binnen dertig dagen na dagtekening van de schriftelijke kennisgeving, nota of andere schriftuur.
voor vaartuigen die in het kader van de uitoefening van beroep of bedrijf in onderhoud of aanbouw zijn dan wel verbouwd worden, naar het aantal steigereenheden dat door de vaartuigen in gebruik wordt genomen. Indien meerdere schepen in onderhoud of aanbouw zijn dan wel verbouwd worden, wordt per beschikbare steigereenheid steeds uitgegaan van een bezettingstermijn van acht
maanden per jaar. Indien aantoonbaar is dat de beschikbare steigereenheden minder of meer dan acht maanden per jaar in gebruik zijn genomen, kan achteraf verrekening plaatsvinden.
Artikel 7 Onderdelen van tijdvakken en eenheden
Bij de berekening van het verschuldigde recht worden onderdelen van tijdvakken en eenheden, waarover tarieven worden berekend, voor een geheel gerekend.
1.Het havengeld bedraagt voor elke keer dat een beroepsvaartuig in de haven vanWaalwijk komt per ton laadvermogen € 0,08 met een minimum van € 4,30.
2.Het havengeld bedraagt voor elke keer dat een beroepsvaartuig in de haven vanWaspik of Sprang-Capelle komt per ton laadvermogen € 0,07met een minimum van € 4,30.
3.In afwijking van het bepaalde in het eerste en tweede lid, bedraagt het havengeldvoor beroepsvaartuigen die de haven aandoen om slechts een gedeelte van de zakente lossen of te laden, indien het gewicht van de te lossen of te laden zaken minder bedraagt dan de helft van het laadvermogen van het vaartuig, 50% van het havengeld dat bij het volledig laadvermogen van het binnenschip zou zijn verschuldigd, met een
4.Voor een beroepsvaartuig dat is gemaakt, ingericht of wordt gebruikt voor het vervoeren van containers, wordt havengeld bepaald op basis van het aantal te lossen en/of te laden containers per keer dat het binnenschip de haven aandoet. Het havengeld bedraagt € 0,92 per container (ongeacht de afmeting), met een minimum van € 4,30.
5.Het havengeld bedraagt voor elke keer dat een pleziervaartuig in de haven vanWaalwijk komt per vierkante meter € 0,07 met een minimum van € 4,30.
6.Het havengeld bedraagt voor elke keer dat een pleziervaartuig in de haven van Waspik komt per vierkante meter € 0,07 met een minimum van € 4,30.
7.Voor elke keer, dat voor het invaren van een vaartuig in de haven gebruik wordt gemaakt van de schutsluis, wordt boven het in artikel 3 bedoelde recht, per vaartuig eenrecht geheven van € 0,03 per ton respectievelijk per container of vierkante meter met een minimum van
8.Onverminderd het in het zevende lid bedoelde recht is het voor op aanvraag gebruikmaken van de schutsluis buiten de vastgestelde openingstijden een recht verschuldigdvan € 31,50 per keer dat van de schutsluis gebruik wordt gemaakt.
9.Het recht bedraagt voor het gebruik van de haven voor het innemen van een ligplaatsmet een vaartuig als bedoeld in artikel 6 lid 1 sub c en sub d van deze verordening per in gebruik genomen steigereenheid:
1 steigereenheid € 3,65 € 20,00 € 36,40
2 steigereenheden € 7,30 € 40,00 € 72,75
3 steigereenheden € 11,00 € 60,05 € 109,10
4 steigereenheden € 14,60 € 80,05 € 145,45
10.Voor overige vaartuigen (vlotten, pontons, drijvende kranen) bedraagt het havengeld voor elke keer dat het vaartuig de haven bezoekt € 68,90.
Artikel 10 Grondslag van de heffing
Grondslag van de heffing van het recht als bedoeld in artikel 2, onderdeel b, is het aantal in te nemen steigereenheden.
Artikel 15 Nadere regels door het college
Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.