2.3 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een
aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som
van de verschuldigde leges voor de verschillende
activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of
gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft
en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in
verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend
naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit
hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de
vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere
grondslag een legesbedrag worden gevorderd. | |
| | |
2.3.1 | Bouwactiviteiten | |
2.3.1.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1,
eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: | |
2.3.1.1.1 | indien de bouwkosten minder dan € 25.000 bedragen: | 3,0 % |
| van de bouwkosten met een minimumtarief van | 132,00 |
| |
2.3.1.1.2 | indien de bouwkosten € 25.000 tot € 250.000 bedragen: | 3,0 % |
| van de bouwkosten met een minimumtarief van | 790,00 |
| |
2.3.1.1.3 | indien de bouwkosten € 250.000 tot € 500.000 bedragen: | 2,9% |
| van de bouwkosten met een minimumtarief van | 7.639,00 |
| |
2.3.1.1.4 | indien de bouwkosten € 500.000 of meer bedragen: | 2,3 % |
| van de bouwkosten met een minimumtarief van | 14.805,00 |
| |
| | |
| Extra welstandstoets | |
2.3.1.2 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het
tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat
onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het
bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk
is: | 25,00 |
| | |
| Verplicht advies agrarische
commissie | |
2.3.1.3 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 worden de
advieskosten voor het inwinnen van een advies bij de
agrarische adviescommissie in zijn geheel doorberekend aan
de aanvrager. | |
| | |
| Achteraf ingediende aanvraag | |
2.3.1.4 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het
tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt
ingediend na aanvang of gereedkomen van de
bouwactiviteit: | 25 % |
| van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges. | |
| | |
| Beoordeling aanvullende gegevens | |
2.3.1.5 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het
tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende
gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel
bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen: | nihil |
| | |
2.3.2 | Aanlegactiviteiten | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1,
eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief: | 396,00 |
| | |
2.3.3 | Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens
sprake is van een
bouwactiviteit | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste
lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een
bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder
a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het
bepaalde in onderdeel 2.3.1: | |
2.3.3.1 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de
Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): | 316,50 |
2.3.3.2 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de
Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): | 316,50 |
2.3.3.3 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de
Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): | 4.213,50 |
2.3.3.4 | indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast
(tijdelijke afwijking): | 946,50 |
2.3.3.5 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt
toegepast (afwijking van exploitatieplan): | 316,50 |
2.3.3.6 | indien de aanvraag een project van provinciaal belang
betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn
gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet
ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c,
van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale
regelgeving): | 316,50 |
| van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde
bedrag; |
2.3.3.7 | indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft,
de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld
krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke
ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo
wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): | 316,50 |
| van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde
bedrag; |
2.3.3.8 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt
toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): | 316,50 |
| | |
2.3.4 | Planologisch strijdig gebruik waarbij geen
sprake is van een
bouwactiviteit | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste
lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een
bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder
a, van de Wabo, bedraagt het tarief: | |
2.3.4.1 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de
Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): | 316,50 |
2.3.4.2 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de
Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): | 316,50 |
2.3.4.3 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de
Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): | 4.213,50 |
2.3.4.4 | indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast
(tijdelijke afwijking) | 946,50 |
2.3.4.5 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt
toegepast (afwijking van exploitatieplan): | 316,50 |
2.3.4.6 | indien de aanvraag een project van provinciaal belang
betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn
gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet
ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c,
van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale
regelgeving): | 316,50 |
2.3.4.7 | indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft,
de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld
krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke
ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo
wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): | 316,50 |
2.3.4.8 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt
toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): | 316,50 |
2.3.4.9 | In geval toepassing van onder 2.3.3 tot en met 2.3.4.8
genoemde artikelen eerst mogelijk is nadat extern onderzoek,
advies of plan is uitgevoerd of opgesteld, worden voor het
in gang zetten van deze procedure deze kosten in zijn geheel
doorberekend aan de aanvrager. | |
| | |
2.3.5 | In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in
relatie tot brandveiligheid | |
2.3.5.1 | Indien de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking
heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste
lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief voor een
bouwwerk met een gebruiksoppervlakte: | |
2.3.5.1.1 | 0 tot en met 100 m2 | 281,00 |
2.3.5.1.2 | 101 tot en met 500 m2 | 115,00 |
| per m2 vermeerderd met | 1,35 |
2.3.5.1.3 | 501 tot en met 2000 m2 | 642,00 |
| per m2 vermeerderd met | 0,50 |
2.3.5.1.4 | 2001 tot en met 5000 m2 | 1.580,50 |
| per m2 vermeerderd met | 0,11 |
2.3.5.1.5 | 5001 tot en met 50.000 m2 | 2.172,50 |
| per m2 vermeerderd met | 0,35 |
2.3.5.1.6 | meer dan 50.000 m2 | 3.459,50 |
| per m2 vermeerderd met | 0,01 |
2.3.5.2 | Indien de aanvraag als bedoeld in 2.3.5.1 betrekking heeft
op een wijziging of uitbreiding van een vergunning, bedraagt
het tarief: | |
2.3.5.2.1 | indien het betreft een uitbreiding van de inrichting ter
grootte van ten minste 10 % van de oorspronkelijke
gebruiksoppervlakte: het tarief als bedoeld onder 2.3.5.1.1 tot en met 2.3.5.1.6,
met dien verstande dat de toeslag uitsluitend wordt berekend
over de oppervlakte van de uitbreiding; | |
2.3.5.2.2 | indien het betreft een herindeling, interne verbouwing of
gewijzigd gebruik van de gehele inrichting of een deel
daarvan ter grootte van ten minste 10% van de oorpronkelijke
gebruiksoppervlakte: 50% van het tarief als bedoeld onder 2.3.5.1.1 tot en met
2.3.5.1.2, met dien verstande dat de toeslag uitsluitend
wordt berekend over de oppervlakte van de uitbreiding | |
| | |
2.3.6 | Gereserveerd | |
| | |
2.3.7 | Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of
in beschermd stads- of
dorpsgezicht | |
| Indien de aanvraag tot het verlenen van een
omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een
bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan,
beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald,
bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo,
bedraagt het tarief: Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het
tarief: | 105,50 |
| | |
2.3.8 | Handelsreclame | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op het op of aan een onroerende zaak handelsreclame te
maken of te voeren met behulp van een opschrift,
aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die
zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke
plaats, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid,
onder h, van de Wabo, bedraagt het tarief | 180,00 |
| | |
2.3.9 | Aanleggen of veranderen
weg | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in
de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van
artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening een
vergunning is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en
eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: | 203,50 |
| | |
2.3.10 | Uitweg/inrit | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het
gebruik van een uitweg waarvoor op grond van artikel 2.12
van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning is
vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en
onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief: | 300,00 |
| | |
2.3.11 | Kappen | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor
op grond van een bepaling in de Bomenverordening een
vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel
2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt
het tarief: | 200,00 |
| | |
2.3.12 | Opslag van roerende zaken | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald
gedeelte van de gemeente, waarvoor op grond van artikel
2:10A van de Algemene Plaatselijke Verordening een
vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het
tarief: | |
2.3.11.1 | indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van
roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j,
van de Wabo | 237,00 |
2.3.11.2 | indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt
gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of
gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld
in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo | 237,00 |
| in afwijking van artikel 2.3.11.1 en 2.3.11.2 bedraagt het
tarief indien de maximaal benodigde oppervlakte minder is
dan 30 m2 en de maximale duur korter dan 10
dagen | 40,00 |
| | |
2.3.13 | Projecten of handelingen in het kader van de
Natuurbeschermingswet 1998 | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op een handeling waarvoor op grond van de
Natuurbeschermingswet ontheffing nodig is, in het kader
waarvan een andere instantie advies moet uitbrengen, worden
deze kosten in zijn geheel doorberekend aan de
aanvrager. | |
| | |
| | |
2.3.14 | Handelingen in het kader van de Flora- en
Faunawet | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75,
derde lid, van de Flora- en faunawet ontheffing nodig is, in
het kader waarvan een andere instantie advies moet
uitbrengen, worden deze kosten in zijn geheel doorberekend
aan de aanvrager. | |
| | |
2.3.15 | Andere activiteiten | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking
heeft op het verrichten van een andere activiteit of
handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk
bedoeld en die activiteit of handeling: | |
2.3.15.1 | behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur
aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen
zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1,
eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief: | 79,00 |
2.3.15.2 | behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke
verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie
activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke
leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de
Wabo, bedraagt het tarief: | |
2.3.15.2.1 | als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag
dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende
vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit
zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de
activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder
omgevingsvergunning bedraagt het tarief: | 79,00 |
2.3.15.2.2 | als het een provinciale of waterschapsverordening betreft:
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen
van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager
meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het
college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien
een begroting als bedoeld in de eerste volzin is
uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de
vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de
aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor
deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. | |
| | |
2.3.16 | Omgevingsvergunning in twee
fasen | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in
twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste
lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: | |
2.3.16.1 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een
beschikking met betrekking tot de eerste fase: | |
2.3.16.1.1 | indien de bouwkosten minder dan € 25.000,00 bedragen | 1,8 % |
| van de bouwkosten met een minimumtarief van | 53,00 |
| | |
2.3.166.1.2 | indien de bouwkosten € 25.000,00 tot € 250.000,00
bedragen | 1,6 % |
| van de bouwkosten met een minimumtarief van | 474,00 |
| | |
2.3.16.1.3 | indien de bouwkosten € 250.000,00 tot € 500.000,00
bedragen | 1,5 % |
| van de bouwkosten met een minimumtarief van | 4.213,50 |
| | |
2.3.16.1.4 | indien de bouwkosten € 500.000,00 of meer bedragen | 1,4 % |
| van de bouwkosten met een minimumtarief van | 7.900,00 |
| | |
2.3.16.2 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een
beschikking met betrekking tot de tweede fase: | |
2.3.16.2.1 | indien de bouwkosten minder dan € 25.000,00 bedragen | 1,6 % |
| van de bouwkosten met een minimumtarief van | 106,00 |
| | |
2.3.16.2.2 | indien de bouwkosten € 25.000,00 tot € 250.000,00
bedragen | 1,5 % |
| van de bouwkosten met een minimumtarief van | 422,50 |
| | |
2.3.16.2.3 | indien de bouwkosten € 250.000,00 tot € 500.000,00
bedragen | 1,4 % |
| van de bouwkosten met een minimumtarief van | 3.950,00 |
| | |
2.3.16.2.4 | indien de bouwkosten meer dan € 500.000,00 bedragen | 1,3 % |
| van de bouwkosten met een minimumtarief van | 7.374,00 |
| | |
| | |
2.3.17 | Beoordeling bodemrapport | |
| Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van
dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens
wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde
aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: | |
2.3.17.1 | voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport | |
2.3.17.1.1 | indien de aanvraag afkomstig is van een particulier | 341,00 |
2.3.17.1.2 | Indien de aanvraag afkomstig is van een bedrijf | 728,00 |
2.3.17.2 | voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport: het
door de extern deskundige aan de gemeente in rekening
gebracht bedrag. | |
| | |
2.3.18 | Advies | |
2.3.18.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van
dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij
wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere
instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het
ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een
omgevingsvergunning, het gehele bedrag dat aan de gemeente
in rekening wordt gebracht. | |
2.3.18.2 | Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht,
wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde
werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter
kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde
werkdag schriftelijk is ingetrokken. | |
| | |
| | |
2.3.119 | Verklaring van geen
bedenkingen | |
2.3.19.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van
dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij
wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen
bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet
afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend,
als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: | |
2.3.19.1.1 | indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen
moet afgeven: | 421,00 |
2.3.19.1.2 | indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen
bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan
het in behandeling nemen van de aanvraag om een
omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten,
blijkend uit een begroting die door het college van
burgemeester en wethouders is opgesteld. | |
2.3.18.2 | Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.2 is
uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de
vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de
aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor
deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. | |
| | |