Verordening Handhaving Wet Werk en Bijstand gemeente Aalsmeer

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Overheidsorganisatie	Gemeente Aalsmeer
Officiële naam regeling	Verordening Handhaving Wet Werk en Bijstand gemeente Aalsmeer
Citeertitel	Verordening Handhaving Wet Werk en Bijstand gemeente Aalsmeer
Vastgesteld door	gemeenteraad
Onderwerp	maatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet werk en bijstand, art. 8a

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen
Datum inwerking- treding	Terugwerkende kracht tot en met	Datum uitwerking- treding	Betreft	Datum ondertekening Bron bekendmaking	Kenmerk voorstel
01-01-2005		26-02-2010	nieuwe regeling	27-01-2005 -	05-431/MV

Tekst van de regeling

De raad van de gemeente Aalsmeer;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 21 december 2004, nr. 007;

gelet op artikel 8a van de Wet Werk en Bijstand;

besIuit: vast te stellen de volgende verordening:

Verordening Handhaving Wet Werk en Bijstand gemeente Aalsmeer

Artikel 1: begripsomschrijving

1.
Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wet Werk en Bijstand en de Algemene wet bestuursrecht.
2.
In deze verordening wordt verstaan onder:
- a)
  De wet: De Wet Werk en Bijstand (WWB);
- b)
  Bijstandsnorm: De bijstandsnorm bedoeld in artikel 5, lid c van de wet;
- c)
  Belanghebbende: Degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken;
- d)
  Oneigenlijk gebruik: De bijstand wordt niet gebruikt voor het doel waarvoor het bestemd is;
- e)
  Fraude: Bedrog bestaande uit het niet of niet tijdig verstrekken van inlichtingen en / of het verstrekken van onjuiste inlichtingen die betrekking hebben op de bijstand en / of bestaande uit ontduiking van de verplichtingen die aan de bijstand zijn verbonden;
- f)
  Het college : Burgemeester en Wethouders van de gemeente Aalsmeer;
- g)
  De raad: De gemeenteraad van Aalsmeer.

Artikel 2: het handhavingsbeleid

1.
Ter nadere uitvoering van deze verordening stelt de raad jaarlijks een (handhavings) beleidsplan vast, met daarin het te voeren beleid op het gebied van handhaving, bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik van de WWB.
Dit plan omvat in elk geval:
- *
  De visie op handhaving en handhavingsdoelen;
- *
  De voorlichting en informatievoorziening aan belanghebbenden;
- De verschillende soorten onderzoeken;
- *
  De samenwerking op het gebied van handhaving met ketenpartners.
Tevens wordt aangegeven welke financiële middelen nodig zijn om deze doelen te bereiken.
2.
Het college biedt een maal per jaar aan de raad een beleidsverslag aan waarin wordt beschreven of de gestelde doelen voor dat jaar op het gebied van de handhaving zijn gehaald en de redenen waarom de doelen wel of niet zijn gehaald. Daarnaast wordt beschreven waaraan de beschikbaar gestelde financiële middelen zijn besteed.

Artikel 3: het opstellen van beleidsregels

1.
Het college stelt beleidsregels op waarin de visie en de beleidsdoelen uit het beleidsplan nader worden uitgewerkt. Deze beleidsregels worden zonodig jaarlijks aangepast.
2.
Het college stelt beleidsregels op voor de terug- en invordering van bijstand. In deze beleidsregels komen ten minste tot uitdrukking:
- In welke gevallen er wordt teruggevorderd;
- De frequentie van debiteurenonderzoeken;
- Debiteurenbeheer en incassobeleid.

Artikel 4: inwerkingtreding

1.
Deze verordening treedt in werking met terugwerkende kracht met ingang van 1 januari 2005.
2.
De Verordening Misbruik en oneigenlijk gebruik Bijstand 2004' (fraudeverordening) vastgesteld door de raad op 25 maart 2004, wordt ingetrokken met ingang van de dag van inwerkingtreding van deze verordening.

Artikel 5: citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: 'Verordening Handhaving Wet Werk en Bijstand gemeente Aalsmeer'

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van 27 januari 2005.

voorzitter, griffier.

Toelichting per artikel

Artikel 2: het handhavingsbeleid

Van belang is dat in het beleidsplan wordt weergegeven hoe en op welke wijze de bestrijding van misbruik, oneigenlijk gebruik en fraude wordt gerealiseerd met als uiteindelijke doel de spontane naleving van de bestaande wet- en regelgeving.

In het beleidsplan dient o.a. tot uitdrukking te komen:

De
voorlichting en informatievoorziening aan belanghebbenden;
De
handhavingsdoelen en visie op handhaving;
De
prioriteiten in de handhaving;
De
risicoprofielen;
De
frequence van de verschillende soorten onderzoeken;
De
toekomstige beleidsacties ter verbetering van de uitvoeringsorganisatie;
De
kosten en opbrengsten van het handhavingsbeleid.

Artikel 3: het opstellen van beieidsregels

Lid 1

In de beleidsregels wordt het handhavingsbeleid nader uitgewerkt. Hierin wordt o.a. informatie gegeven over de keuzes van controle-instrumenten en -activiteiten en de wijze van controleren. Het op- en vaststellen van beleidsregels is een bevoegdheid van het college.

Lid 2

Met het vaststellen van beleidsregels over terug- en invordering wordt gewaarborgd dat de bijstand op een efficiënte en resultaatgerichte manier wordt teruggevorderd.