Organisatie | Oud-Beijerland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Rioolheffing, verordening op de heffing en invordering 2013 |
Citeertitel | Verordening rioolheffing 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | nieuwe regeling |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2013 | 31-12-2013 | nieuwe regeling | 04-12-2012 Het Kompas, 21-12-2012 | z-12.09888 |
a.van degene die bij het begin van het belastingjaar het genot heeft krachtens
eigendom, bezit of beperkt recht van een perceel verder te noemen: eigenarendeel, en
Met betrekking tot het eigenarendeel wordt, ingeval het perceel een onroerende zaak is, als genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht aangemerkt degene die bij het begin van het belastingjaar als zodanig in de basisregistratie kadaster is vermeld, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstip geen genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is.
Indien gedeelten van een in artikel 1 bedoeld perceel blijkens hun indeling bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, wordt de belasting geheven ter zake van elk als zodanig bestemd gedeelte, met dien verstande dat indien twee of meer van die gedeelten tezamen als een geheel worden gebruikt, deze als één perceel worden aangemerkt.
Ingeval voor het perceel geen waarde op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld, wordt de heffingsmaatstaf van dat perceel bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht met betrekking tot het gebruikersdeel in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd over zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde recht als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht met betrekking tot het gebruikersdeel in de loop van het jaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde recht als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 9,--.
Artikel 10 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan meer is dan € 90,-- en minder dan € 2.500,--, en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rioolheffing.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Oud-Beijerland op 4 december 2012.
De griffier, De voorzitter,
E.G. Bunt K.Tigelaar
Toelichting op de Verordening rioolheffing 2013
Toelichting op de 'Verordening rioolheffing 2013’
Overeenkomstig het vastgestelde beleid zijn de tarieven ten opzichte van 2012 verhoogd met 2 % (2 % inflatie).
Omwille van de duidelijkheid en ter voorkoming van misverstanden kiezen we ervoor, evenals vorig jaar, om voor 2013 een volledig nieuwe verordening rioolheffing vast te stellen.
Inhoudelijk is de verordening op het punt van de belastingplicht gewijzigd. Gebleken is, dat de formulering van de belastingplicht bij de brede rioolheffing tot vragen heeft geleid.
In de Verordening rioolheffing 2012 is in artikel 3 bepaald dat belastingplichtig is de eigenaar van een perceel dat direct of indirect is aangesloten op de riolering, dan wel dat belang heeft bij de uitoefening van de gemeentelijke watertaken. Daar had evenwel ook kunnen staan: belastingplichtig is de eigenaar (of de gebruiker) van een perceel.
Iedere burger heeft immers belang bij de uitoefening van de collectieve watertaken door de gemeente. De achterliggende gedachte bij de formulering in 2012 was, dat iedere eigenaar en gebruiker, of dat nu een pand is dat is aangesloten op de riolering of niet, moet meebetalen aan de kosten van de gemeentelijke watertaken. Om dit te verduidelijken is in 2013 voor de nieuwe formulering gekozen.
Het college van burgemeester en wethouders.
Artikel 3 Belastbaar feit en belastingplicht
van degene die bij het begin van het belastingjaar het genot heeft krachtens
eigendom, bezit of beperkt recht van een perceel dat direct of indirect is aangesloten op de gemeentelijke riolering, dan wel dat belang heeft bij de nakoming van de gemeentelijke zorgplichten, verder te noemen: eigenarendeel,
Artikel 3 Belastbaar feit en belastingplicht