Organisatie | Sint Anthonis |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel Damoclesbeleid Sint Anthonis |
Citeertitel | Beleidsregel Damoclesbeleid Sint Anthonis |
Vastgesteld door | burgemeester |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp | openbare orde en veiligheid |
geen
Opiumwet, de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-11-2013 | 02-12-2017 | Aanpassing | 30-10-2013 | Z-12-05009 | |
20-12-2012 | Nieuwe verordening | 10-12-2012 Peelrandwijzer | Z-12-05009INT/002896 |
De Burgemeester van de gemeente Sint Anthonis;
• dat artikel 13b, eerste lid, van de Opiumwet de bevoegdheid geeft om bestuursdwang toe te passen indien in lokalen of woningen dan wel in of op bij woningen of zodanige lokalen behorende erven een middel als bedoeld in lijst l of ll wordt verkocht, afgeleverd of verstrekt dan wel daartoe aanwezig is;
• dat artikel 174a van de Gemeentewet de bevoegdheid geeft om een woning, een niet voor het publiek toegankelijk lokaal of een bij die woning of dat lokaal behorend erf te sluiten, indien door gedragingen in de woning of het lokaal of op het erf de openbare orde rond de woning, het lokaal of het erf wordt verstoord;
• dat woningen, waarin de handel in drugs plaatsvindt, meestal niet overeenkomstig de bestemming worden gebruikt, er sprake is van bedrijfsmatigheid en dat het verplaatsingseffect moet worden voorkomen;
• dat bedrijfswoningen meestal niet als woning worden gebruikt, maar dienst doen of mede dienst doen als verblijfplaats voor personen die direct of indirect betrokken zijn bij de drugshandel, alsmede voor bewakingsdoeleinden;
• dat specifiek ten aanzien van hennepteelt kan worden gesteld dat deze teelt een negatieve invloed heeft op het openbare leven en het woon- en leefklimaat; overlast en verloedering met zich meebrengt; levert een verhoogd risico tot brand door overbelasting van het energienetwerk; levert in geval van een brand of ander incident een bijzondere gevaarzetting op voor degenen die bij de brandbestrijding betrokken zijn en andere hulpverleners; leidt tot het dumpen van afval; veelal gepaard gaat met energiediefstal en andere onrechtmatige activiteiten, zoals uitkeringsfraude en belastingontduiking;
• dat ten aanzien van alle overtredingen wordt gekozen voor het 'one strike, you are out'-principe (geen waarschuwing), hierbij gebruik makend van de bevoegdheid om een lokaal, al dan niet toegankelijk voor publiek, of woning, te sluiten, indien sprake is van een handelshoeveelheid verdovende middelen, danwel (bij hennepplanten) van beroeps- of bedrijfsmatige hennepteelt, voor de uitleg waarvan aansluiting wordt gezocht bij het daartoe gestelde in de Aanwijzing Opiumwet;
• dat de op 10 december 2012 door de burgemeester vastgestelde “Beleidsregel Damoclesbeleid Sint Anthonis” om vorenstaande overwegingen aangepast dient te worden;
• dat het gewenst is beleidsregels te hebben, zodat alle betrokken partijen (gemeente, politie, bewoners, ondernemers en pandeigenaren) inzicht hebben in het gemeentelijk beleid en de diverse juridische instrumenten op het gebied van bestuursrechtelijk optreden, waarbij de nieuwe inzichten zijn meegenomen;
Gelet op de Opiumwet, de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht;
Handel: het verkopen, afleveren of verstrekken van harddrugs of softdrugs, dan wel het aanwezig zijn van harddrugs of softdrugs; onder verkoop wordt tevens verstaan het sluiten van een mondelinge overeenkomst tot koop en verkoop van drugs, waarbij de aflevering van de drugs elders plaatsvindt. Onder handel wordt tevens verstaan het houden/hebben van een hennepplantage, welke niet enkel gericht is op eigen gebruik (5 of meer planten).
woning: elk voor woning bestemd gebouw of bouwwerk (een voor mensen toegankelijke overdekte geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte); een woonkeet (een loods, keet of ander soortgelijk bouwwerk, bestemd om te voorzien in een tijdelijke behoefte aan woongelegenheid); een woonwagen (voor bewoning bestemd gebouw dat is geplaatst op een standplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst); het bij een woning behorende erf. Een (bedrijfs)woning, die niet als woning wordt gebruikt, wordt aangemerkt als lokaal.
Als uitgangspunt wordt als regel gekozen voor het toepassen van bestuursdwang en niet voor het opleggen van een dwangsom. Van een dwangsom mag in de meeste gevallen weinig effect worden verwacht, gelet op het feit dat het financiële gewin in het verdovende middelen circuit dusdanig groot is dat met een dwangsom naar verwachting niet zal worden bereikt dat een overtreding ophoudt of niet meer wordt herhaald. Bestuursdwang is een directer middel dat in tegenstelling tot de dwangsom op termijn tot feitelijke beëindiging van de overtreding zal leiden.
Bij het toepassen van bestuursdwang wordt vervolgens in principe gekozen voor sluiting van de woning/het lokaal. Dit moet als de meest effectieve maatregel worden beschouwd om de met de Opiumwet strijdige situatie te doen beëindigen en herhaling ervan te voorkomen. Bij wijze van uitzondering kan in concrete gevallen, waar het middel van sluiting niet adequaat of niet evenredig is, bekeken worden welke andere vorm van bestuursdwang dient te worden toegepast dan wel een last onder dwangsom wordt opgelegd.
De sluiting van voor het publiek opengestelde lokalen en niet voor het publiek opengestelde lokalen waarin drugshandel ten aanzien van harddrugs is geconstateerd, vindt plaats met toepassing van spoedeisende bestuursdwang (artikel 5:24, vijfde lid Algemene wet bestuursrecht) ex artikel 13b Opiumwet. In het geval van drugshandel ten aanzien van harddrugs wordt de openbare orde in zeer ernstige mate verstoord en is spoedeisende sluiting gerechtvaardigd.
Een last tot sluiting houdt in dat de woning/het lokaal ontoegankelijk wordt gemaakt, door bijvoorbeeld verzegelen en/of dicht timmeren. Dit betekent dat niemand meer in de woning/het lokaal aanwezig mag zijn en/of wordt toegelaten en dat eventuele bewoners al dan niet tijdelijk elders moeten verblijven. Ook de eigenaar kan gedurende de sluiting niet over zijn eigendom beschikken. De kosten van toepassing bestuursdwang worden op de overtreder(s) verhaald.
Gelet op de vrees voor herhaling van de overtreding wordt het niet opportuun geacht om – bij softdrugs in woningen van een hoeveelheid meer dan voor eigen gebruik (handel) – te volstaan met een waarschuwing. Bij een eerste overtreding wordt dan ook direct een last onder bestuursdwang opgelegd. Hetzelfde geldt ten aanzien van hennepteelt, waarin sprake is van meer dan vijf planten voor eigen gebruik (indicatie beroeps- of bedrijfsmatige teelt). Dit is echter te rechtvaardigen. Naast het feit dat men indirect respectievelijk direct financieel voordeel heeft behaald, wordt de maatregel ook gerechtvaardigd door:
a De aard van de overtreding, namelijk een criminele handeling met een bedrijfsmatig karakter, strafbaar gesteld bij wet;
b Het geschonden algemeen belang, namelijk verstoring van de openbare orde, verloedering, aantasting van het woon- en leefklimaat, onveiligheidsgevoelens, gevaren voor de volksgezondheid, vergaren van illegale inkomsten en belastingontduiking, het dumpen van afval, risico’s op brand en de gevaren voor het brandweerpersoneel en andere hulpverleners bij een brand, energiediefstal, aantasting van de geloofwaardigheid van de overheid, aanzuigende werking voor soortgelijke illegale handel.
Specifiek ten aanzien van de sluiting van woningen wordt naast hetgeen hiervoor reeds is gesteld, gelet op de zwaardere motoveringsplicht ten gevolge van artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens nog een aantal zwaarwegende argumenten genoemd om ook voor woningen het principe van “one strike you’re out” toe te passen:
a De betreffende woning wordt veelal niet als zodanig c.q. overeenkomstig de bestemming gebruikt, maar dient veelal als verblijfplaats voor de bij de handel in drugs betrokken personen , alsmede voor bewakingsdoeleinden;
b Er is sprake van bedrijfsmatigheid (beroeps- of bedrijfsmatige teelt van planten);
c Er is sprake van het telen van hennep om geldelijk gewin te verkrijgen;
d Voorkoming van het verplaatsingseffect. Bij een niet gelijke toepassing van de sluitingssystematiek tussen woningen en lokalen zal een sterkere verplaatsing naar woningen plaatsvinden, met alle negatieve gevolgen van dien (verloedering van de woonomgeving en aantasting van de veiligheid);
De burgemeester reageert op de hierna volgende wijze op handel in drugs in woningen:
a. Bij een eerste overtreding van de Opiumwet wordt de woning voor een periode van twaalf maanden gesloten.
b. Bij een tweede overtreding van de Opiumwet binnen drie jaar na de vorige overtreding wordt de woning voor een periode van vierentwintig maanden gesloten.
c. Bij een derde en volgende overtreding van de Opiumwet binnen drie jaar na de vorige overtreding wordt de woning voor zesendertig maanden gesloten.
a. Bij een eerste overtreding van de Opiumwet wordt de woning voor een periode van zes maanden gesloten.
b. Bij een tweede overtreding van de Opiumwet binnen drie jaar na de vorige overtreding wordt de woning voor een periode van twaalf maanden gesloten.
c. Bij een derde en volgende overtreding van de Opiumwet binnen drie jaar na de vorige overtreding wordt de woning voor een periode van vierentwintig maanden gesloten.
Handel in softdrugs na eerdere handel in harddrugs
a. Bij een eerste overtreding van de Opiumwet binnen drie jaar na de eerste overtreding als bedoeld in lid 1 onder a is lid 2 onder b van overeenkomstige toepassing.
b. Bij een tweede overtreding van de Opiumwet binnen drie jaar na de vorige overtreding is lid 2 onder c van overeenkomstige toepassing.
De burgemeester reageert op de hierna vermelde wijze op handel in drugs in lokalen:
a. Bij een eerste overtreding van de Opiumwet wordt het lokaal voor twaalf maanden gesloten.
b. Bij een tweede overtreding van de Opiumwet binnen drie jaar na de vorige overtreding wordt het lokaal voor vierentwintig maanden gesloten.
c. Bij een derde overtreding van de Opiumwet binnen drie jaar na de vorige overtreding wordt het lokaal voor zesenderig maanden gesloten.
a. Bij een eerste overtreding van de Opiumwet wordt het lokaal gesloten voor een periode van twaalf maanden.
b. Bij een tweede overtreding van de Opiumwet binnen drie jaar na de vorige overtreding wordt het lokaal voor vierentwintig maanden gesloten.
c. Bij een derde en volgende overtreding van de Opiumwet binnen drie jaar na de vorige overtreding wordt het lokaal voor zesendertig maanden gesloten.
Handel in softdrugs na eerdere handel in harddrugs
a. Bij een eerste overtreding van de Opiumwet binnen drie jaar na afloop van het verstrijken van de sluitingstermijn is lid 2 onder b van overeenkomstige toepassing.
b. Bij een tweede en volgende overtreding van de Opiumwet binnen drie jaar na de vorige overtreding is lid 2 onder c van overeenkomstige toepassing.
In bijzondere omstandigheden kan gemotiveerd worden afgeweken van het bepaalde in deze beleidsregels.