Artikel 1: Instelling en begripsbepalingen
- 1.
- 2.
In deze verordening wordt verstaan onder:
- a.
de commissie: de auditcommissie;
- b.
de raad: de gemeenteraad;
- c.
het college: het college van burgemeester en wethouders;
- d.
de accountant: de in de Controleverordening gemeente Rijswijk
bedoelde accountant die belast is met de controle op de in
artikel 197 van de Gemeentewet bedoelde jaarrekening;
- e.
de voorzitter: de voorzitter van de commissie.
Artikel 2: Doel
- 1.
De commissie heeft als doel:
- a.
afstemmingsoverleg te voeren met de accountant als bedoeld in
artikel 4, derde lid, van de Controleverordening gemeente
Rijswijk (hierna te noemen Controleverordening) en uitvoering te
geven aan de taken als omschreven in artikel 3;
- b.
overleg te voeren met betrekking tot het aanbestedingstraject
van de accountant.
- 2.
De commissie treedt niet in de onderscheiden bevoegdheden van raad en
college.
Artikel 3: Taken en bevoegdheid
- 1.
De commissie adviseert de raad over het Programma van Eisen voor de
aanbesteding van de accountantscontrole, zoals bepaald in artikel 2,
tweede lid van de Controleverordening.
- 2.
Jaarlijks voorafgaande aan de accountantscontrole vindt er een
afstemmingsoverleg plaats tussen de commissie en de accountant met de
mogelijkheid om specifieke aandacht te besteden aan bepaalde posten of
organisatieonderdelen, zoals ook bedoeld in artikel 4, derde lid,
Controleverordening gemeente Rijswijk.
- 3.
De commissie bespreekt met de accountant zijn rapport van bevindingen
over de controle van de jaarrekening zoals bepaald in artikel 7, vierde
lid, van de Controleverordening, en brengt hierover een advies uit aan
de raad.
- 4.
De commissie adviseert de raad over het evalueren van de werkzaamheden
van de accountant.
- 5.
De commissie bereidt het aanbestedingstraject voor van het contract met
de accountant.
- 6.
De commissie adviseert de raad over de door de accountant uitgebrachte
rapporten.
- 7.
De commissie draagt er zorg voor dat de raad inzicht krijgt in het
opvolgen van aanbevelingen van de in het in het vorige lid van dit
artikel benoemde rapporten.
Artikel 4: Samenstelling en benoeming
- 1.
De commissie bestaat uit raadsleden. De raad benoemt de leden en
plaatsvervangende leden van de commissie. Per fractie wordt een lid en
plaatsvervangend lid benoemd.
- 2.
De raad benoemt uit haar midden één voorzitter en een plaatsvervangende
voorzitter. De voorzitter neemt deel aan de vergadering en heeft
stemrecht.
- 3.
De griffier of zijn plaatsvervanger is secretaris van de commissie en
kan eveneens aan de beraadslagingen deelnemen.
- 4.
De commissie kan interne en externe adviseurs verzoeken de vergadering
bij te wonen en advies uit te brengen aan de commissie.
- 5.
Als interne c.q. externe adviseurs worden in ieder geval aangemerkt: de
portefeuillehouder Middelen, de concerncontroller en het hoofd planning
en control, c.q. de accountant.
Artikel 5: Zittingsduur
- 1.
De zittingsperiode van de leden eindigt in ieder geval aan het einde van
de zittingsperiode van de raad of bij ontslag als lid van de raad.
- 2.
De raad kan een lid tussentijds ontslaan.
- 3.
Een lid kan te allen tijde ontslag nemen.
Artikel 6: Voorzitter
De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de
commissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de
uitgangspunten en het bevorderen van een heldere besluitvorming over
commissieaangelegenheden. De voorzitter wordt daarbij ondersteund door de
secretaris van de commissie.
Artikel 7: Vergaderingen en verslaglegging
- 1.
De commissie vergadert minimaal twee maal per jaar of zoveel als zij
nodig acht, ter bespreking van de in artikel drie benoemde taken.
- 2.
De vergaderingen van de commissie zijn niet openbaar, tenzij de
commissie anders bepaalt.
- 3.
De besluiten en adviezen van de commissie zijn openbaar, tenzij de
commissie anders bepaalt.
- 4.
Van iedere vergadering wordt een verslag gemaakt onder
verantwoordelijkheid van de secretaris. Het verslag wordt vastgesteld
door de commissie.
- 5.
Het vastgestelde verslag van niet openbare vergaderingen wordt
vertrouwelijk ter kennis gebracht aan het college, de leden van het
presidium en ligt voor de overige raadsleden vertrouwelijk ter inzage op
de griffie.
Artikel 8: Informeren raad
- 1.
De commissie informeert de raad via het forum over gemaakte afspraken
met de accountant en/of andere adviserende leden en beoordeelt of het
wenselijk is de raad tussentijds te informeren over bevindingen
aangaande haar werkzaamheden.
- 2.
Op verzoek van de raad geeft de voorzitter van de commissie een
toelichting in het forum van de gemeenteraad. Vertrouwelijke
mededelingen worden in een besloten vergadering gedaan.
Artikel 9: Citeertitel
Deze verordening kan worden aangehaald als de “Verordening auditcommissie
Rijswijk”.
Artikel 10: inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking op 11 maart 2010.