Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Uden

Verordening op de heffing en invordering van marktgelden 2013

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieUden
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van marktgelden 2013
CiteertitelVerordening marktgelden 2013
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze verordening vervangt de verordening van 2012

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Nvt

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

04-01-201301-01-2014Nieuwe regeling

20-12-2012

IUdens Weekblad 27-12-2012

2012/6601

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van marktgelden 2013

Verordening op de heffing en de invordering van marktgelden

 

De Raad van de gemeente Uden;

gelezen het voorstel van het College van burgemeester en wethouders van 6 november 2012;

gelet op het artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet;

b e s l u i t

vast te stellen de

Artikel 1. Belastbaar feit

Onder de naam ‘marktgelden’ worden rechten geheven terzake voor het tijdens marktdagen innemen van standplaatsen of het plaatsen van kramen op voor de openbare dienst bestemde, door het College van burgemeester en wethouders als marktterrein aan te wijzen, plaatsen.

Artikel 2. Belastingplicht

Belastingplichtig voor de omschreven rechten in:

  • 1.

    artikel 4 is hij, die hetzij voor zichzelf, hetzij voor anderen van terreinen, bedoeld in artikel 1, overeenkomstig de in dat artikel omschreven doeleinden gebruik maakt;

  • 2.

    artikel 5 is hij, te wiens name het abonnement is gesteld;

  • 3.

    artikel 6 is hij, te wiens name de toestemming is gesteld.

Artikel 3. Belastingtijdvak

Indien de belastingplicht, bedoeld in artikel 2, onder 3, in de loop van het belastingjaar ontstaat, wordt voor dat jaar het recht berekend over zoveel twaalfde gedeelten van een jaar als er nog maanden overblijven.

Artikel 4. Bedrag van de belasting

Het recht voor het innemen van standplaatsen bedraagt per dag of gedeelte daarvan voor kramen, tenten, tafels, voertuigen of dergelijke inrichtingen, bestemd tot het uitstallen, aanbieden of verkopen van onverschillig welke goederen, alsmede voor het los op de grond uitstallen, aanbieden of verkopen van onverschillig welke goederen, per strekkende meter of gedeelte daarvan in gebruik genomen grond, gemeten langs de zijde, waaraan normaal wordt verkocht op marktterrein aangewezen plaatsen € 1,63.

Artikel 5.
  • 1.

    Hij, die daartoe het verlangen te kennen geeft, kan in het bezit worden gesteld van een door of vanwege het College van burgemeester en wethouders af te geven abonnement, hetwelk voor de duur van een kalenderkwartaal recht geeft op het innemen van een door of vanwege het College van burgemeester en wethouders aangewezen vaste standplaats op als marktterrein aangewezen plaatsen met inrichtingen en/of goederen als bedoeld in artikel 4.

  • 2.

    In plaats van in het artikel 4 genoemde recht is de houder van een abonnement, bedoeld in het eerste lid, per kalenderkwartaal een recht verschuldigd, bedragende het achtvoud van het in artikel 4 genoemde recht.

Artikel 6.
  • 1.

    Op schriftelijke aanvraag van exploitanten van marktkramen kan het College van burgemeester en wethouders voor een vast te stellen termijn of tot wederopzeggens toestemming verlenen tot het plaatsen van kramen op als marktterrein aangewezen plaatsen.

  • 2.

    Het recht voor het plaatsen van kramen, als bedoeld in het eerste lid, bedraagt per kalenderjaar voor elke 50 strekkende meter kramen of gedeelte daarvan € 56,40.

Artikel 7. Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 8. Ontheffing

Indien de belastingplicht, bedoeld in artikel 2, onder 3, in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 9. Wijze van heffing

De marktgelden worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving, nota of ander schriftuur.

Artikel 10. Tijdstip van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid van de Invorderingswet 1990 moeten:

    • a.

      de rechten, bedoeld in artikel 4, bij het innemen van een standplaats worden voldaan;

    • b.

      de rechten, bedoeld in de artikelen 5 en 6, worden voldaan binnen een maand nadat het verschuldigde bedrag ter kennis is gebracht van de belanghebbende.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 11. Verlenen kwijtschelding

Bij de invordering van deze rechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 12. Nadere regels door het College van burgemeester en wethouders

Het College van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van marktgelden.

Artikel 13. Inwerkingtreding en citeerartikel

  • 1.

    De Marktgeldenverordening van 10 november 2011 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2013.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Marktgeldenverordening 2013’.

Vastgesteld in de openbare vergadering van 20 december 2012

De Raad voornoemd

de griffier de burgemeester

drs. M.A.H. Heffels drs. H.A.G. Hellegers