Organisatie | Best |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieverordening voor verkeerseducatieprojecten in hetkader van het Brabants Verkeersveiligheids Label |
Citeertitel | Subsidieverordening BVL 2006 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | openbare ruimte |
Geen
Gemeentewet, artikel 149 en Algemene wet bestuursrecht, artikel 4:2
geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-03-2006 | 09-02-2016 | nieuwe regeling | 20-02-2006 Onbekend | Onbekend |
Hoofdstuk 1 - Algemeen gedeelte
Artikel 1 -Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
activiteitenplan verkeerseducatie: een activiteitenplan conform de door BVL opgezetterichtlijnen, dat in ieder geval vermeldt: een overzicht van de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd, de met de activiteiten nagestreefde doelstellingen en per activiteit de daarvoor benodigde (personele en materiële) middelen.
Deze verordening is van toepassing op aan onderwijsinstellingen te verstrekken subsidies voor activiteiten die het belang van de verkeersveiligheid van gemeente en haar inwoners dienen en welke vallen onder het kader BVL.
Een subsidie in het kader van BVL is een incidentele subsidie. Aan het verlenen van subsidie
voor een bepaald jaar kunnen geen rechten ontleend worden voor subsidie voor toekomstige jaren en geschiedt derhalve altijd onder voorbehoud dat er budget van het SRE en gemeente Best aanwezig is.
Hoofdstuk 2 - Subsidieverlening
Artikel 4 - Vaststelling subsidieplafond
De raad kan jaarlijks een bedrag vaststellen dat maximaal beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies op de bij of krachtens deze verordening vast te stellen beleidsgebieden.
Artikel 5 – Hoogte van de subsidie
Artikel 6 – Soorten subsidiebijdrage
Er worden in het kader van BVL twee soorten subsidie verstrekt:
• éénmalige subsidie (zie artikel 7);
• jaarlijkse subsidie (zie artikel 8).
Artikel 7 – Eénmalige subsidie
1.Eénmalige subsidie kan ingezet worden voor:
• methodes en werkboekjes verkeerseducatie;
• aanvullende middelen en materialen behorend bij theoretische verkeersprojecten in de klas;
• middelen en materialen ten behoeve van praktische verkeersactiviteiten; 2. Er mag geen overlap zijn met zaken die via de jaarlijkse subsidie zijn te declareren;
3. De maximale hoogte van éénmalige subsidie is een bedrag van € 200,- per school + € 18,- per leerling;
4. Indien éénmalige subsidie in een bepaald jaar verstrekt is, wordt er daarna gedurende vijf subsidiejaren geen éénmalige subsidie aan de betreffende onderwijsinstelling verstrekt.
Artikel 8 – Jaarlijkse subsidie
1.Jaarlijkse subsidie kan ingezet worden voor:
• Het jaarlijks lidmaatschap van de verkeersouder aan 3VO;
• De verkeerswerkgroep onder leiding van de verkeersouder. Hiervan kunnen overheadkosten worden betaald, zoals copieerkosten, telefoonkosten, portokosten, reiskosten, kleine materialen en presentjes. Het budget mag breder ingezet worden dan de verkeerswerkgroep. Dit budget wordt het jaarlijks werkbudget genaamd;
2.De maximale hoogte van jaarlijkse subsidie is:
• voor het jaarlijks lidmaatschap van de verkeersouder aan 3VO is € 350,- beschikbaar voor het eerste jaar en € 150,- voor de volgende jaren;
• voor het jaarlijks werkbudget is een maximale subsidie van € 100,- per onderwijsinstelling + € 1,- per leerling.
Aanvraag tot subsidieverlening
Artikel 10 - Te verstrekken gegevens
Artikel 11 - Nadere voorschriften
Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de indiening en inrichting van een aanvraag als bedoeld in artikel 9.
Beschikking tot subsidieverlening
Artikel 13 - Aanvullende weigeringsgronden
De subsidieverstrekking kan naast de in artikel 4:25 en artikel 4:35 van de Awb genoemde gevallen
worden geweigerd indien gegronde redenen bestaan om aan te nemen dat:
Artikel 15 - Verlening voorschotten
Aanvraag tot subsidievaststelling
Uiterlijk 1 april na het jaar waarvoor subsidie is verleend, dient de subsidieontvanger bij het college een aanvraag tot vaststelling van de subsidie in.
Artikel 17 - De te verstrekken gegevens voor éénmalige subsidie
een financieel verslag, bevattende een totaaloverzicht van de gemaakte kosten (inclusief verkeerswerkgroep) vergezeld van de (originele) facturen. Uitzonderingen kunnen gemaakt worden voor schoolmethodes en werkboekjes, mits een kopiefactuur bijgevoegd is waarin staat vermeld dat het aangeschaft materiaal bestemd is voor scholen in Best;
een BVL verklaring, er zijn twee mogelijkheden:
• de onderwijsinstellingen die op het moment dat zij de subsidie aanvragen al in het bezit zijn van het BVL dienen dit op het moment van declareren nog steeds in het bezit te hebben. Zij moeten aangeven of er een nacontrole door het BVL-team heeft plaatsgevonden; indien dit zo is, dienen zij het betreffende document (of een kopie hiervan) bij te voegen;
• de onderwijsinstellingen die op het moment dat zij de subsidie aanvragen nog niet in het bezit zijn van het BVL-label dienen een beschrijving van de stand van zaken aan het einde van het betreffende subsidiejaar met betrekking tot het BVL bij te voegen.
2.Het college kan verlangen, dat een accountantsverklaring wordt overlegd.
Artikel 18 - De te verstrekken gegevens voor jaarlijkse subsidie
De aanvraag voor jaarlijkse subsidie bevat in ieder geval:
a.de in artikel 4:2 van de Awb genoemde gegevens, te weten:
• de naam en het adres van de aanvrager en de dagtekening (kan via ingevuld BVL-declaratieformulier);
• een aanduiding van de beschikking die wordt gevraagd.
• de onderwijsinstellingen die op het moment dat zij de subsidie aanvragen al in het bezit zijn van het BVL dienen dit op het moment van declareren nog steeds in het bezit te hebben. Zij moeten aangeven of er een nacontrole door het BVL-team heeft plaatsgevonden; indien dit zo is, dienen zij het betreffende document of een kopie hiervan) bij te voegen;
• de onderwijsinstellingen die op het moment dat zij de subsidie aanvragen nog niet in het bezit zijn van het BVL-label dienen een beschrijving van de stand van zaken aan het einde van het betreffende subsidiejaar met betrekking tot het BVL bij te voegen.
Beschikking tot subsidievaststelling
Artikel 20 - Ambtshalve vaststelling
Indien de subsidieontvanger niet binnen de in artikel 16 bedoelde indieningstermijn een aanvraag tot subsidievaststelling heeft ingediend, kan het college binnen 16 weken - gerekend vanaf het verstrijken van deze indieningstermijn -de subsidie geheel of gedeeltelijk ambtshalve
Het subsidiebedrag wordt binnen acht weken na de beschikking tot subsidievaststelling betaald met verrekening van de reeds betaalde voorschotten.
Artikel 22 - Uitgaven en inkomsten
Indien gedurende het boekjaar aanmerkelijke verschillen ontstaan of dreigen te ontstaan tussen de werkelijke uitgaven en inkomsten en de begrote uitgaven en inkomsten, dan doet de subsidie-ontvanger daarvan onverwijld mededeling aan het college onder vermelding van de oorzaak van de verschillen.