Organisatie | Zwijndrecht |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van rioolheffing 2013 |
Citeertitel | Verordening rioolheffing Zwijndrecht 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
04-01-2013 | 01-01-2014 | Onbekend | 18-12-2012 Stadsnieuws, 2012-12-27 | 2012-11209 |
Artikel 2 Aard van de belasting
Onder de naam rioolheffing wordt een directe belasting geheven ter bestrijding van de kosten die voor de gemeente verbonden zijn aan:
Artikel 4 Zelfstandige gedeelten
Indien gedeelten van een in artikel 3 bedoeld perceel blijkens hun indeling bestemd zijn om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, wordt de belasting geheven ter zake van elk als zodanig bestemd gedeelte, met dien verstande dat indien twee of meer van die gedeelten tezamen als één geheel worden gebruikt, deze als één perceel worden aangemerkt.
Artikel 5 Maatstaf van de heffing
Het aantal kubieke meters water als bedoel in het tweede lid wordt gesteld op het aantal kubieke meters leidingwater en grondwater dat in de laatste aan het begin van het belastingjaar voorafgaande verbruiksperiode naar het eigendom is toegevoerd of is opgepompt. Ingeval de verbruiksperiode niet gelijk is aan een periode van twaalf maanden, wordt de hoeveelheid water door herleiding naar tijdsgelang bepaald. Bij die herleiding wordt een gedeelte van een kalendermaand voor een volle maand gerekend.
De belasting wordt niet geheven van percelen met een aansluiting op de gemeentelijke riolering uitsluitend voor de afvoer van hemel- en grondwater met een vloeroppervlakte kleiner dan 50 vierkante meter.
Artikel 10 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht met betrekking tot het perceel in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd over zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht met betrekking tot het perceel in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 11 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid geldt, in geval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan, minder is dan € 3.500,00 en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in gelijke termijnen van minimaal € 5,00, waarbij de laatste termijn vervalt op de laatste dag van de tiende maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de eerdere termijnen telkens een maand eerder.
Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de rioolheffing.
Bijlage 1 Raming kosten en opbrengsten Riolering 2013
Bovenstaand overzicht is gebaseerd op de primaire begroting 2013. Er is dus nog geen rekening gehouden met de effecten uit de tweede bestuursrapportage 2012.
Dit betreft vooral lagere kapitaallasten 2013 als gevolg van het doorschuiven van een aantal investeringen uit 2012 naar 2013 en verder. De lagere kapitaallasten komen ten gunste van de reserve riolering.
Toelichting (raadsvoorstel en- besluit)
De rioolheffing wordt geheven als dekking van de kosten voor collectieve maatregelen die nodig zijn voor een doelmatig werkende riolering en overige maatregelen ten aanzien van hemelwater en grondwater.
Om de rioolheffing op lange termijn kostendekkend te houden is, op basis van het huidige Gemeentelijk rioleringsplan (GRP) en na het verlagen van de rekenrente van 6% naar 5% sinds 2012 de eerste jaren een tariefsverhoging van 6% (exclusief inflatie) nodig. Er komt echter een herijking van het gemeentelijk rioleringsplan. Daaruit zal blijken hoeveel geld er in de komende jaren nodig zal zijn om de kwaliteit van de riolering op peil te houden. Zoals wij tijdens de 2e oriëntatieavond van 18 september met uw raad hebben besproken, zullen wij bij het opstellen van het nieuwe GRP tevens een aantal financiële aspecten betrekken, die thans nog buiten de rioolheffing blijven, namelijk:
a. toerekenen deel renteresultaat op de rioleringsinvesteringen (komt nu ten gunste van de algemene middelen)
b. rentebijschrijven op de reserve riolering (vindt nu niet plaats, rente komt eveneens ten gunste van de algemene middelen)
c. effecten BTW-compensatiefonds (BTW op riolering is compensabel, maar korting op de algemene uitkering komt ten laste van de algemene middelen)
Met betrekking tot het BTW-compensatiefonds merken wij overigens op dat het nieuwe Kabinet in het Regeerakkoord heeft aangekondigd dit fonds met ingang van 2014/2015 weer te willen afschaffen.
In afwachting van het vaststellen van het nieuwe GRP en de daaraan gekoppelde tariefsontwikkeling, wordt in de programmabegroting 2013-2016 uitgegaan van een verhoging van de rioolheffing met uitsluitend de 1,75% inflatie.
Met deze verhoging van het tarief is de rioolheffing echter niet kostendekkend, maar op dit moment is de reserve nog voldoende om het exploitatietekort op te vangen.
Conform de programmabegroting doen wij u dan ook een voorstel om voor 2013 de tarieven te verhogen met uitsluitend de 1,75% inflatie.
We kennen drie tarieven. Voor woningen zijn dit het basistarief, ook wel het tarief voor meerpersoonshuishoudens genoemd en het tarief voor eenpersoonshuishoudens. Voor het tarief voor eenpersoonshuishoudens komt men uitsluitend in aanmerking als de woning door één persoon wordt bewoond en dit door middel van inschrijving in het GBA kenbaar is. Het
tarief voor eenpersoonshuishoudens is de helft van het tarief van de
meerpersoonshuishoudens. Voor niet-woningen geldt, afhankelijk van het waterverbruik, een gedifferentieerd tarief. Voor de diverse tarieven verwijzen wij u naar artikel 6 in de verordening.
Dit leidt tot de volgende tarieven:
Wij maken u er nog op attent dat u aan het einde van deze toelichting een tweetal bijlagen aantreft, namelijk:
- bijlage I: Raming kosten en opbrengsten Riolering over 2013;
- bijlage II: Voortgangsrapportage GRP
Tarieven voor 2013 vast te stellen.
De verordening is getoetst door Gemeentebelastingen Drechtsteden en is in
overeenstemming met de modelverordening van de VNG.
Deze verordening zal na vaststelling op de wettelijk voorgeschreven wijze bekend worden
Met het vaststellen van de tarieven 2013 zal de in de begroting geraamde opbrengst gerealiseerd kunnen worden. Het exploitatietekort voor 2013 van bijna € 1 miljoen, wat veroorzaakt wordt door de investeringen (kapitaallasten) en door het niet doorvoeren van een tariefsverhoging bovenop de inflatie, verrekenen we met de reserve riolering en is niet
van invloed op de begrotingssaldi. Wel loopt het saldo van de reserve in hoog tempo terug.
Het college van burgemeester en wethouders van Zwijndrecht,