Vastgesteld door de
gemeenteraad op 6 december 2012 nr. 271371
De raad der gemeente Putten;
gelezen het voorstel van de fracties Wij Putten en VVD van 11 oktober 2012,
nr. 271370;
gelet op het bepaalde in artikel 147a van de Gemeentewet;
besluit:
vast te stellen de verordening burgerinitiatief
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder een burgerinitiatief: een
voorstel van een initiatiefgerechtigde om een onderwerp op de agenda van
de vergadering van de raad te plaatsen.
Artikel 2 Geldig initiatief op agenda raad
- 1.
De raad plaatst een burgerinitiatief op de agenda van zijn
vergadering als daartoe door een initiatiefgerechtigde een geldig
verzoek is ingediend.
- 2.
Ongeldig is het verzoek dat:
- a.
niet door ten minste het aantal initiatiefgerechtigden
genoemd in artikel 3.3 wordt ondersteund;
- b.
een onderwerp als bedoeld in artikel 4 bevat;
- c.
niet voldoet aan de eisen, gesteld in artikel 5.
Artikel 3 Gerechtigden tot burgerinitiatief
- 1.
Initiatiefgerechtigd zijn inwoners van de gemeente Putten zijnde
niet jonger dan zestien jaar en belanghebbenden die een activiteit
uitvoeren in Putten ook zijnde niet jonger dan zestien jaar.
- 2.
Voor de beoordeling of aan de vereisten voor initiatiefgerechtigheid
is voldaan, is de toestand op de dag van indiening van het verzoek
bepalend.
- 3.
Het initiatief moet ten minste ondersteund zijn door drieëntwintig
initiatiefgerechtigden.
Artikel 4 Van burgerinitiatief uitgesloten onderwerpen
- 1.
Een burgerinitiatief houdt niet in:
- a.
een onderwerp dat niet behoort tot de bevoegdheid van de
raad;
- b.
een vraag over gemeentelijk beleid;
- c.
een klacht in de zin van hoofdstuk 9 van de Algemene wet
bestuursrecht over een gedraging van het
gemeentebestuur;
- d.
een bezwaar in de zin van hoofdstuk 7 van de Algemene wet
bestuursrecht tegen een besluit van het gemeentebestuur,
of
- e.
een onderwerp waarover korter dan twee jaar voor indiening
van het burgerinitiatief door de raad een besluit is
genomen.
- 2.
Een burgerinitiatief over een onderwerp of voorstel dat niet behoort
tot de bevoegdheid van de raad, maar wel valt onder de bevoegdheid
van het gemeentebestuur, zal door de raad, eventueel vergezeld van
zijn advies, worden doorgezonden naar het college of de burgemeester
in de hoedanigheid van portefeuillehouder.
- 3.
Het college of de burgemeester zal een onderwerp of voorstel als
bedoeld in lid 2 behandelen als ware het een burgerinitiatief.
Artikel 5 Procedure van in behandeling nemen burgerinitiatief
- 1.
Het verzoek tot plaatsing van een burgerinitiatief op de agenda van
de vergadering van de raad wordt schriftelijk ingediend bij de
voorzitter van de raad.
- 2.
Het verzoek bevat ten minste:
- a.
een nauwkeurige omschrijving van het burgerinitiatief;
- b.
een toelichting op het initiatiefvoorstel;
- c.
de achternaam, de voornamen, het (contact)adres en de
handtekening van de verzoeker, en
- d.
een lijst met de voornamen, achternamen, adressen en
handtekeningen van de initiatiefgerechtigden die het
voorstel ondersteunen.
Artikel 6 Behandeling burgerinitiatief in raad
- 1.
De raad behandelt het voorstel in de eerstvolgende vergadering na de
datum van indiening van het verzoek, met dien verstande, dat ten
minste drie weken is gelegen tussen de dag van indiening van het
verzoek en de dag van de vergadering waarin op het verzoek wordt
beslist. De raad kan het burgerinitiatief al dan niet vaststellen of
het ter behandeling naar een raadscommissie doorsturen.
- 2.
Als de raad het verzoek afwijst, omdat het in strijd is met artikel
4, kan de raad het voorstel doorzenden aan het college.
- 3.
Als de raad het verzoek toewijst, dan agendeert hij het
burgerinitiatief voor de eerstvolgende vergadering van de raad en/of
een commissie.
- 4.
De voorzitter van de raad nodigt de verzoeker schriftelijk uit voor
de vergadering waarvoor het burgerinitiatief is geagendeerd. De
verzoeker of zijn plaatsvervanger is gehouden om het
burgerinitiatief tijdens deze vergadering nader toe te lichten.
- 5.
Zo spoedig mogelijk nadat de raad over het burgerinitiatief een
besluit heeft genomen, wordt dit besluit bekendgemaakt door
kennisgeving van het besluit of de zakelijke inhoud ervan op een
geschikte wijze, zoals plaatsing op de website en in de locale
weekkrant.
- 6.
Tegelijkertijd met de bekendmaking wordt van het besluit mededeling
gedaan aan verzoeker.
Artikel 7 Verslaglegging over werking burgerinitiatief
De burgemeester brengt elk jaar, in bijvoorbeeld het burgerjaarverslag,
verslag uit over de werking van het burgerinitiatief in de
praktijk.
Artikel 8 Inwerkingtreding en citeertitel
Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening burgerinitiatief
en treedt in werking op de 8e dag na die van de bekendmaking.