Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Leeuwarden

Levendigheid in de binnenstad: een passend gebruik van de openbare ruimte

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLeeuwarden
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingLevendigheid in de binnenstad: een passend gebruik van de openbare ruimte
CiteertitelLevendigheid in de binnenstad: een passend gebruik van de openbare ruimte
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

APV

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

1.Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-10-200323-04-2015nieuwe regeling

07-10-2003

Huis aan Huis; 15 oktober 2003

199936

Tekst van de regeling

Intitulé

Levendigheid in de binnenstad: een passend gebruik van de openbare ruimte

Levendigheid in de Binnenstad:

 

Een passend gebruik van de openbare ruimte

 

concept d.d. 15 september 2003

INLEIDING

De afronding van de herinrichting van de binnenstad is in zicht. Het is tijd om na te denken over het gebruik ervan. Uitgesproken is dat de levendigheid van de Binnenstad moet worden vergroot. Dat kan op verschillende manieren.

 

In deze notitie wordt ingegaan op de ruimtelijke plaats die tijdelijke activiteiten innemen. Voorbeelden hiervan zijn evenementen, terrassen en kramen. Deze notitie dient om deze activiteiten in de binnenstad een goede passende plaats te bieden in “de vernieuwde openbare ruimte”. Het is een “handleiding” voor het verlenen van vergunningen voor gebruik van de openbare ruimte. Het doel is de levendigheid van de binnenstad te vergroten, zonder afbreuk te doen aan de al gerealiseerde en gewenste kwaliteit van de binnenstad.

 

Deze notitie heeft direct raakvlakken met de notitie ‘Levendigheid in de hoofdstad: geluidbeleid bij evenementen’, met de het recent vastgestelde Horecabeleid (januari 2003), de Marktnota “Leeuwarden de marktstad van Friesland” (14 april 2003) en met het nog te ontwikkelen beleid voor standplaatsen in de openbare ruimte.

 

Over deze nota heeft overleg plaatsgevonden met: de regiegroep Binnenstad, het coordinatieteam handhaving, de begeleidingscommissie Evenementennota en het Management Team van de Dienst Stadsontwikkeling en Beheer. De volgende sectoren zijn meer of minder intensief bij de totstandkoming van deze nota betrokken geweest: Milieu, ROI, SACU, Bouwen en Wonen, Brandweer, het team JVZ, Projectenbureau en BOR.

 

 

DE REGELGEVING

 

Beleidsregels volgens de Algemene Wet Bestuursrecht

Een bestuursorgaan kan beleidsregels vaststellen met betrekking tot een hem toekomende of onder zijn verantwoordelijkheid uitgeoefende , dan wel door hem gedelegeerde bevoegdheid (art.4:81 AWB). Ter motivering van een besluit kan slechts worden volstaan met een verwijzing naar een vaste gedragslijn voor zover deze is neergelegd in een beleidsregel (art. 4:82). Een beslissing inzake de procdure ter voorbereiding van een besluit is niet vatbaar voor bezwaar en beroep, tenzij deze beslissing de belanghebbende los van het voor te bereiden besluit rechtstreeks in zijn belang treft (Awb 6.3).

 

Beschikking Beschrijving AWB artikel 1:3

“Onder beschikking wordt verstaan: een besluit dat niet van algemene strekking is, met inbegrip van de afwijzing van een aanvraag daarvan".

 

Een beschikking is een besluit van een overheidsorgaan op grond van een publiekrechtelijk voorschrift (wet of verordening) gericht op met name genoemde personen, gericht op enig rechtsgevolg. Een beschikking moet op schrift, het kent een juridische grondslag en een motivering. Voorbeelden van beschikkingen zijn het verlenen van een: vrijstelling, ontheffing of een vergunning. Het is een preventief instrument waarmee vooraf getoetst wordt of aan de (wettelijke) voorschriften wordt voldaan. Er kunnen nadere voorschriften aan de vergunning worden verbonden om schade aan de weg en/of groen , bomen, water en kadewallen e.d. te voorkomen of om het terrein op bepaalde dagen vrij te houden. Ook kunnen voorwaarden worden toegevoegd voor bv. het in nette staat achterlaten van het terrein.

 

Algemeen plaatselijke verordening Leeuwarden (Apv)

De Apv is de basis voor het afgeven van veel van de beschikkingen voor het gebruik van de openbare ruimte. Van belang voor deze notitie zijn:

* Hoofdstuk 2 Openbare Orde

Afdeling 1 Orde en veiligheid op de weg

Afdeling 2 Toezicht op evenementen

Afdeling 3 Toezicht op openbare inrichtingen paragraaf 1 horeca (inclusief terras)

Hoofdstuk 4 4.1.7. Overige geluid

* Hoofdstuk 5 Andere onderwerpen betreffende de huishouding der gemeente

Afdeling 2 Collecteren, venten, standplaatsen en snuffelmarkten

Afdeling 3 Gebruik van openbaar water

Afdeling 5 Verbod vuur te stoken

 

 

KORTDURENDE ACTIVITEITEN

 

Inleiding

  • 1.

    In het kader van deze notitie zijn een aantal uitgangspunten geformuleerd:

  • 2.

    Het gaat om het tijdelijk gebruik van de ruimte;

  • 3.

    Er wordt onderscheidt gemaakt in kortdurende activiteiten (7 dagen of korter) en langdurende activiteiten (8 dagen of langer);

  • 4.

    De activiteiten vallen niet onder het regiem van de woningwet ; In overeenstemming met de Zondagswet mogen evenementen op zondag, op Hemelsvaartdag en op Eerste Kerstdag niet voor 13.00 uur beginnen;

  • 5.

    Geen evenementen op het Wilhelminaplein op vrijdagen met uitzondering van de kermis en 1 evenement van bovenregionale betekenis (Marktnota).

 

Kortdurende activiteiten

Kortdurende activiteiten dienen zoveel mogelijk te worden gestimuleerd. Onderzoek leert dat juist deze activiteiten bezoekers van ver buiten de regio naar de binnenstad trekken en de levendigheid vergroten.

 

In de binnenstad belangrijke plaatsen voor evenementen zijn:

  • 1.

    Het Wilhelminaplein

  • 2.

    De Lange Pijp

  • 3.

    Het Waagplein

  • 4.

    De Prinsentuin

  • 5.

    Het Oldehoofsterkerkhof

  • 6.

    Daarnaast zijn er diverse kleinere pleinen en lokaties in de binnenstad die meer incidenteel worden gebruikt voor het houden van evenementen.

 

Evenementen hebben ruimte nodig: er dienen zo weinig mogelijk obstakels in de weg te staan. Verder is het qua veiligheid belangrijk dat er zo weinig mogelijk kabels over het gebruikte terrein lopen.

 

Voorbeelden van kortdurende activiteiten/evenementen zijn:

  • 1.

    Platen en CD beurs (Waagplein, Wilhelminaplein)

  • 2.

    Bevrijdingsfestival (Oldehoofsterkerkhof + delen binnenstad)

  • 3.

    Briekfestival (gehele binnenstad)

  • 4.

    Kunstmarkt (Lange Pijp)

  • 5.

    Vlooienmarkt (Wilhelminaplein)

  • 6.

    Hobbybeurs (Waagplein)

  • 7.

    Wielerronde van Nederland (hele binnenstad)

  • 8.

    Studenten introductiedagen (hele binnenstad)

Etc.

 

Procedure vergunningverlening kortdurende activiteiten

Voor kortdurende activiteiten wordt de procedure voor vergunningverlening gehanteerd. Vergunningen voor het gebruik van de openbare ruimte worden middels een standaard-formulier aangevraagd bij de sector Beheer Openbare Ruimte van de gemeente Leeuwarden. Afhankelijk van de grootte, de lokatie en de activiteiten wordt advies gevraagd bij externen: Politie Binnenstad, Politie Verkeer, Brandweer en internen: Milieu, Team Verkeer, Team Beleid en Beheer, Team Bedrijfsbureau, Team Productie. Ook wordt verwezen naar andere instanties en sectoren voor eventuele andere vergunningen. Geluidsontheffingen worden op advies van Milieu door de sector BOR verstrekt.

 

In de praktijk blijkt dat juist het gemeentelijke beleid t.a.v. het geluid bij evenementen een beperkende factor is voor het kunnen houden van activiteiten. Bij veel evenementen wordt versterkte muziek of gezang ten gehore gebracht. Het aantal keren dat een activiteit op een bepaalde lokatie mag plaatsvinden is daarbij gelimiteerd (max. 12 keer per lokatie). Als het maximale aantal geluidsontheffingen voor een bepaalde lokatie is afgegeven, is het geluid “op” en kan er geen vergunning voor het houden van het evenement op de betreffende lokatie meer worden gegeven.

 

In ‘Levendigheid in de hoofdstad geluid bij evenementen’ wordt voorgesteld om dit beleid te verruimen. Overdag (maandag t/m zaterdag) tussen 7.00 uur en 19.00 uur zal het aantal activiteiten niet meer geregeld worden. Voorwaarde is wel dat het geluidsniveau terplaatse van woningen niet meer bedraagt dan 85 dB(A). Het aantal lawaaimakende activiteiten dat in de avonduren en op zondagen plaats mag vinden zal nog wel aan een maximum worden gebonden. Daarbij zal een systematiek met hinderzones gehanteerd worden.

 

Uitgangspunt is dat bewoners in de ’s avonds en op zondagen niet vaker dan 12 keer per jaar geluidsoverlast van een activiteit ondervinden. Ontheffingsaanvragen dienen vergezeld te gaan van een eenvoudige situatietekening.

 

In het stroomdiagram op de volgende bladzijde staat samengevat aangegeven hoe er met de vergunningverlening omgegaan dient te worden. Totdat het nieuwe beleid definitief van kracht is geworden geldt het huidige beleid voor geluid.

 

 

LANGDURENDE ACTIVITEITEN + OBJECTEN

 

Inleiding

Voor deze activiteiten + objecten wordt ook standaard het vergunningen traject als bij de kortdurende activiteiten gevolgd. Daarnaast vindt in de kwetsbare gebieden een extra stedenbouwkundige toets plaats.

 

In het kader van deze notitie zijn een aantal uitgangspunten geformuleerd:

  • 1.

    Het gaat om het tijdelijk gebruik van de openbare ruimte: vergunningen worden voor maximaal een jaar afgegeven. Er worden geen vergunningen voor onbepaalde tijd meer afgegeven.

  • 2.

    Uitzondering is de vergunning die in het kader van de Drank en Horecawet (incl. terras), deze is 3 jaar geldig

  • 3.

    Er wordt onderscheid gemaakt in kortdurende activiteiten (7 dagen of korter) en langdurende activiteiten (8 dagen of langer)

  • 4.

    De activiteiten vallen niet onder het regiem van de woningwet.

  • 5.

    In overeenstemming met de Zondagswet mogen evenementen op zondag, op Hemelsvaartdag en op Eerste Kerstdag niet voor 13.00 uur beginnen.;1)

     

Langdurende activiteiten/objecten

Naast kortdurende staat de gemeente ook positief ten opzichte van langdurende activiteiten + objecten die de levendigheid van de binnenstad bevorderen. Wel dient hier een zorgvuldiger afweging plaats te vinden dan bij de kortdurende activiteiten het geval is. Juist omdat de bewoners en bevolking van Leeuwarden langer worden geconfronteerd met in gebruikname van ruimte is een goede en passende locatie in de vernieuwde openbare ruimte een voorwaarde.

 

Voorbeelden van langdurende activiteiten + objecten zijn:

  • 1.

    Terrassen bij horecagelegenheden

  • 2.

    Standplaatsen voor (oliebollen)kramen

  • 3.

    Langdurende evenementen als:

    • -

      een kerstmarkt

    • -

      een ijsbaan

  • 4.

    verkoop van kerstbomen een circus

  • 5.

    etc.

 

Een ruimtelijke toets is gewenst voor die gebieden die worden beschouwd als bijzonder kwetsbaar (rood) of kwetsbaar (blauw). Voor de overige gebieden is de normale procedure van vergunningverlening voor kortdurende activiteiten van toepassing. Verwezen wordt hierbij naar de bijbehorende tekening van de binnenstad waarop de gebieden staan aangegeven.

 

Bijzonder kwetsbaar gebied (rood)

In het masterplan van buro B+B, dat het vertrekpunt is voor de herinrichting van de binnenstad, worden een aantal specifieke ruimtelijke wensbeelden omschreven. Het team RO verleent hierbij vergelijkbaar met Welstand een zwaarwegend, richtinggevend advies, waar alleen door besluitvorming van het college van kan worden afgeweken. Voor enkele van de bijzonder kwetsbare lokaties zijn voor (toekomstige) standplaatsen criteria (zie blz 10) voor massa en verschijningsvorm opgesteld, teneinde de ruimtelijke kwaliteit overeenkomstig het Masterplan van B+B te kunnen waarborgen.

 

Kwetsbare gebieden (blauw)

In kwetsbare gebieden geldt een soepeler beleid dan voor de bijzondere (rode) lokaties. Deze gebieden behoren tot het winkelgebied van Leeuwarden. Gezien het hoge bezoekers aantal dient ook hier een zorgvuldige ruimtelijke toetsing voor activiteiten/objecten langer dan 7 dagen plaats te vinden. Het advies van het team Ruimtelijke Ordening wordt hierbij gelijkwaardig aan de andere adviezen meegewogen bij de vergunningverlening.

 

Bij de ruimtelijke toets wordt gekeken of het object qua massa en/of verschijningsvorm bepalend is voor de beleving, sfeer of functionaliteit van de ruimte. Dit is een kwestie van maat en schaal en de te verwachten sfeer die door plaatsing van de activiteit/het object ontstaat.

 

Bij zowel de rode als de blauwe gebieden dient bij de aanvraag een situatietekening schaal 1:200 of 1: 500 ingediend te worden met daarop aangegeven: waar de activiteit plaatsvindt, de afmetingen van het evenement/object of terras, de afmetingen van de te gebruiken object(en) ten behoeve van de activiteit. Indien mogelijk een foto van het object. Deze keuze is gemaakt zodat een afweging gemaakt kan worden of de aanvraag voldoet aan de ruimtelijke kwaliteitseisen. Bij een aanvraag voor een terras dient een situatietekening schaal 1:100 te worden ingeleverd.

 

 

Terrassen bij horecagelegenheden

In de Apv staat een terras als volgt gedefinieerd: “een buiten de besloten ruimte van de inrichting liggend deel van het horeca­bedrijf waar zitgelegenheid kan worden gebo­den en waar tegen vergoeding dranken kunnen worden geschonken en/of spijzen voor direc­te consumptie kunnen worden bereid en/of verstrekt”. (artikel 2.3.1.1)

 

Voor een terras waar alcohol wordt geschonken geldt de volgende beschrijving conform de Drank- en Horecawet: inrichting: de lokaliteiten waarin het slijtersbedrijf of het horecabedrijf wordt uitgeoefend, met de daarbij behorende terrassen voor zover die terrassen in ieder geval bestemd zijn voor het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse, welke lokaliteiten al dan niet onderdeel uitmaken van een andere besloten ruimte (artikel 1)

 

Voor terrassen worden in de recent (januari 2003) vastgestelde horecanota de volgende ruimtelijke voorwaarden genoemd:

  • a.

    geen terrassen bij coffeeshops;

  • b.

    het terras kan gedurende het gehele jaar gebruikt worden;

  • c.

    bij de vorming van terrassen dient rekening te worden gehouden met de bereikbaarheid van de panden;

  • d.

    voor voetgangers dient een ruimte over te blijven van minimaal 1,50 meter. In gebieden met winkels moet worden uitgegaan van een ruimte van minimaal 5 à 6 meter of meer al naar gelang het betreffende gebied;

  • e.

    er mag geen overlast zijn voor de directe omgeving en het overige verkeer;

  • f.

    buiten de exploitatie uren dient het terrasmeubilair inpandig te worden opgeslagen; Wanneer zulks niet mogelijk is dient de exploitant terzake nadere afspraken te maken met de gemeente.

 

Een nadere uitwerking van b is dat voor evenementen belangrijke lokaties gevrijwaard blijven van terrassen. Een nadere uitwerking van e is dat: het terras zich aansluitend op of in de directe omgeving van de horecagelegenheid moet bevinden. Een nadere uitwerking van d is dat: in ieder geval het trottoir van de Nieuwestad z.z. en de Wirdumerdijk gevrijwaard dienen te blijven van terrassen.

 

Er zijn in de binnenstad 173 horecagelegenheden met een exploitatievergunning conform de Apv. Van 49 is het terras opgenomen in de door Juridische Veiligheidszaken afgegeven vergunning. Er staan 12 gelegenheden als coffeeshop geregistreerd.

 

Binnen de aangegeven kwetsbare en bijzonder kwetsbare gebieden dient voor de horecagelegenheden die een aanvraag doen voor een terras een nadere stedenbouwkundige toets plaats te vinden. Voor die lokaties waar ook regelmatig evenementen plaatsvinden dient in de nieuwe vergunningverlening opgenomen te worden dat het houden van een evenement voor het plaatsen van een terras gaat. De vergunninghouder zal worden geinformeerd via de gemeentelijke Evenementenkalender (Huis aan Huis) en via een brief van het college waarin hij/zij 3 weken van te voren zal worden geattendeerd op het evenement en de ruimte die het evenement op de lokatie zal innemen. Voor het overige gebied geldt de normale vergunningverlening conform het vastgestelde horecabeleid.

 

De voormalige standplaats van de oliebollenkraam van Koopal op het Waagplein.

 

 

 

Standplaatsen voor (oliebollen)kramen

 

Vergunningen

Voor de kramen dient een standplaatsvergunning te worden afgegeven met een huurovereenkomst voor het gebruik van gemeentegrond. De hoogte van het te ontvangen bedrag is afhankelijk van de kwaliteit van de locatie.

 

Verder valt een kraam met eetwaren onder het Besluit horeca-, sport- en recreatie inrichtingen milieubeheer. Concreet voor een oliebollenkraam betekent dit dat er voorschriften zijn met betrekking tot de afgezogen dampen van het bakken en de afvoer van het afvalwater.

 

Het afvalwater moet direct op de gemeentelijke riolering worden geloosd en niet direct op het oppervlakte water van de gracht. Voordat het wordt geloosd moet het afhankelijk van de vetconcetratie in het water een vetafscheider of een controlevoorziening passeren. Bij een vetconcentratie van meer dan 300 mg/l is een vetafscheider verplicht, anders kan een controlevoorziening volstaan.

 

De ondernemer is voor de sector Milieu het aanspreekpunt en is verantwoordelijk voor de naleving van de voorschriften. De ondernemer dient in ieder geval 4 weken voor hij start een aanvraagformulier voor melding voor het genoemde besluit in te dienen bij de sector Milieu.

 

Locatie

De huidige locatie van de oliebollenkraam op de Lange Pijp wordt door de ondernemer als de meest gewenste locatie beschouwd. . Het Waaggebouw neemt een bijzondere plaats in in de stedenbouwkundige visie verwoord in het Masterplan Binnenstad van bureau B+B. Vanwege financiële redenen en vanwege de aankleding/levendigheid van het plein op winterdag (november t/m januari) kiest het college ervoor om de oliebollenkraam op de huidige lokatie te handhaven.

 

Ook met de andere zijde (de oostkant) van het eeuwenoude Waaggebouw dient zorgvuldig te worden omgegaan. Aan de oostzijde van de Waag is in de directe nabijheid (25 meter ) van het Waaggebouw geen vaste standplaats voor een kraam toegestaan.

 

In de binnenstad zijn een aantal locaties benoemd die geschikt worden geacht als standplaats voor (oliebollen)kramen. Aan deze locaties worden eisen gesteld qua tijdsduur, aan de massa (afmetingen van het te plaatsen object) en aan verschijningsvorm (referentiebeelden).

 

De volgende locaties blijven/ komen voor een standplaats voor een oliebollenkraam in aanmerking:

1. Locatie Prins Hendrikbrug (huidige locatie oliebollenkraam)

  • a.

    max. afmetingen 4 X 6 X 3 meter

  • b.

    1-3 gesloten zijden toegestaan (rugzijde is westzijde)

  • c.

    periode van 1 november t/m 31 december

  • d.

    voorzieningen aanwezig

  • e.

    toekomst wordt bepaald door de plannen voor eventuele aanpassing Prins Hendrikburg

2. Locatie Lange Pijp (huidige lokatie oliebollenkraam)

  • a.

    max. afmetingen 4 X 6 X 3 meter

  • b.

    1-3 gesloten zijden toegestaan (rugzijde is noordzijde)

  • c.

    maximale tijdsduur van november t/m januari

  • d.

    voorzieningen aanwezig

  • e.

    binnen kernwinkelgebied A-lokatie

3. Locatie de Westerpijp

  • a.

    geen oliebollenverkoop

  • b.

    max. afmetingen 3 X 4 X 3 meter

  • c.

    max. 3 gesloten zijden toegestaan (rugzijde stadskantoor)

  • d.

    maximale tijdsduur 12 maanden

  • e.

    kraam niet aanwezig tijdens de sluitingsuren van de aangrenzende winkels

  • f.

    nog geen voorzieningen aanwezig

 

Afhankelijk van toekomstige ontwikkelingen zijn de mogelijke nieuwe locaties:

 

4. Locatie Brol noordzijde (max. Afmetingen 4 X 6 X 3 meter)

5. het Wilhelminaplein mits dit niet ten koste gaat van de oppervlakte van de markt (7000 m2)

6. het Beursplein kruispunt Zaailand/Beursplein (als mogelijk alternatief voor de kraam op de Prins Hendrikbrug)

 

Het totaal aantal standplaatsen in de binnenstad bedraagt hiermee maximaal 6.

 

De eerste 3 standplaatsen worden conform het gestelde in de Apv 5.2.3 lid 4b vastgesteld.Het college heeft daarin de bevoegdheid gekregen om een lijst van vaste standplaatsen vast te stellen.

 

Voor de locatie van de standplaats tegenover de Hema/hoek Lange Pijp: de zogenaamde flaneerzône langs de gracht is gekozen voor een uitsterfbeleid. Momenteel is deze standplaats in gebruik voor de verkoop van bloemen: (Blomke van Romke). De afgegeven vergunning is niet overdraagbaar en de locatie wordt niet opgenomen als standplaats in deze notitie.

 

Langdurende evenementen

Dit zijn evenementen waarvoor vergunning wordt verleend voor het gebruik van de openbare ruimte door BOR en die langer duren dan 7 dagen. Voorbeelden hiervan zijn: een kunstijsbaan op de stadsgracht, een kerstmarkt, de verkoop van kerstbomen, etc.

 

De al eerder onder kortdurende activiteiten genoemde procedure voor vergunningverlening dient te worden gevolgd. Het is afhankelijk van de locatie in de binnenstad (al dan niet bijzonder kwetsbaar of kwetsbaar gebied) of een ruimtelijke toets plaatsvindt.

 

Voor de kermis op het Wilhelminaplein wordt geen ruimtelijke toets door stedenbouw uitgevoerd. Zo lang men zich kan heugen wordt de kermis al jaarlijks op het Wilhelminaplein gehouden. Het houden van een kermis draagt belangrijk bij aan de levendigheid in de binnenstad. De technische ruimtelijke voorwaarden (belasting van de parkeergarage) , de voorwaarden die de attracties stellen (steeds grotere afmetingen) maken het alleen met veel passen en meten nog mogelijk om deze bovenregionale activiteit in de binnenstad te houden.