Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Assen

Liggeldverordening gemeente Assen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAssen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingLiggeldverordening gemeente Assen
CiteertitelLiggeldverordening gemeente Assen 2013
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpcultuur en recreatie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, artikel 229, lid 1, onderdeel a

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

NVT

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201830-04-2020Wijziging artikel 3

21-12-2017

gmb-2017-227466

08-11-201715-07-201701-01-2018Wijzing ivm staangeld

29-06-2017

gmb-2017-194783

01-01-201308-11-2017Nieuwe regeling

08-11-2012

Berichten van de Brink, 15 november 2012

BB-R00920

Tekst van de regeling

Intitulé

Liggeldverordening gemeente Assen

 

Hoofdstuk 1 Liggeld

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    pleziervaartuig:een vaartuig dat uitsluitend of hoofdzakelijk wordt gebruikt voor niet-bedrijfsmatige, dat wil zeggen sportieve of recreatieve doeleinden;

  • b.

    dag: de periode tussen het vroegste tijdstip waarop de bruggen worden geopend op enige dag tot het laatste openingstijdstip van de bruggen op dezelfde dag

  • c.

    week:een periode van 7 achtereenvolgende dagen;

  • d.

    zomerseizoen:de periode van 1 april tot en met 30 september;e. winterseizoen:de periode van 1 oktober tot en met 31 maart.

Artikel 2 Belastbaar feit

Liggeld is het recht dat wordt geheven voor het innemen van een ligplaats in het openbaar water Vaart op het traject Witterbrug-Kolk, Havenkanaal, passantenhaven Marsdijk en passantenhaven Kloosterveen in Assen.

Artikel 3 Belastingplicht
  • 1.

    Belastingplichtig is de gebruiker van een pleziervaartuig dat een ligplaats inneemt in de Vaart op het traject Witterbrug-Kolk, Havenkanaal, passantenhavens Marsdijk en Kloosterveen in Assen. Wie gebruiker is, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid wordt geen liggeld geheven indien de lasten ter zake worden verhaald door middel van een privaatrechtelijke overeenkomst.

 

Artikel 4 Maatstaf van heffing
  • 1.

    Als maatstaf van heffing geldt:

    • a.

      in het zomerseizoen de lengte in meters van het vaartuig waarmee de ligplaats wordt ingenomen;

    • b.

      de tijd gedurende welke de ligplaats wordt ingenomen.

  • 2.

    Een gedeelte van een dag wordt voor een geheel gerekend.

  • 3.

    Bij tussentijdse intrekking van de vergunning voor winterstalling vindt geen restitutie plaats.

Artikel 5 Tarieven

Tarieven behorend bij deze verordening zijn opgenomen in de bijbehorende Tarieventabel gemeente Assen voor belastingen, heffingen en rechten.

Artikel 6 Wijze van heffing

Het recht wordt geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waarin het verschuldigde bedrag wordt vermeld.

Artikel 7 Tijdstip van betaling

Het recht moet worden betaald op het moment van uitreiking van de schriftelijke kennisgeving.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van liggeld wordt geen kwijtschelding verleend.

Hoofdstuk 2 Staangeld

Artikel 9 Begripsbepalingen

a. camperplaats: de volgende hiervoor aangewezen locatie: Havenkade te Assen

b. camper: een (bestel)auto, ingericht voor het vervoeren van twee of meer personen en geschikt voor kamperen c.q. buitenhuis verblijven met de mogelijkheid tot overnachten;

c. gebruiker: degene die de camperplaats inneemt. Als gebruiker wordt aangemerkt:

1. de eigenaar van de camper;

2. in geval van verhuur van de camper, degene op wiens naam de huurovereenkomst is

gesteld (de huurder);

3. als er geen eigenaar of huurder aanwezig is, wordt de gebruiker aangewezen door de

 dienstdoende en bevoegd ambtenaar van de gemeente;

d. etmaal: een periode van 24 uren, gemeten vanaf 12.00 uur.

Artikel 10 Belastbaar feit

Onder de naam “campergeld” wordt een recht geheven voor het innemen van een camperplaats, daaronder begrepen de diensten die met het innemen van de camperplaats verband houden, inclusief toeristenbelasting en exclusief afname van water en elektriciteit.

Artikel 11 Belastingplicht

Belastingplichtig is de gebruiker die een camperplaats inneemt.

Artikel 12 Tarief

Het recht als bedoeld in artikel 10 bedraagt € 10,- per camperplaats per etmaal.

Artikel 13 Heffingstijdvak

Het heffingstijdvak bedraagt tenminste één etmaal en begint met ingang van de dag waarop de camperplaats wordt ingenomen.

Artikel 14 Wijze van heffing

Het recht wordt geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Onder schriftelijke kennisgeving wordt mede begrepen een bon, nota of ander geschrift.

Artikel 15 Tijdstip van betaling

Het recht moet worden betaald door middel van voldoening van het onder artikel 12 genoemde tarief via de ter plekke aanwezige parkeerautomaten.

Artikel 16 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

1. Het recht als bedoeld in artikel 10 is verschuldigd bij het begin van het heffingstijdvak of, als dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.

2. Als de belastingplicht in de loop van een etmaal aanvangt, is het recht verschuldigd van een volledig etmaal.

3. Als de belastingplicht in de loop van een etmaal eindigt, bestaat geen aanspraak op gedeeltelijke ontheffing van het verschuldigde recht

Artikel 17 Kwijtschelding

Bij de invordering van campergeld wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 18 Inwerkingtreding

1. De datum van ingang van heffing van het bepaalde in dit hoofdstuk is 15 juli 2017.

2,. Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die van de bekendmaking.

 

aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 26 juni 2017

M.L.J. Out, voorzitter

Mevrouw I. Rozema, griffier