Organisatie | Venlo |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van hondenbelasting 2013 |
Citeertitel | Verordening hondenbelasting 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2013 | 01-01-2014 | nieuwe regeling | 19-12-2012 E3-journaal/de Trompetter 27-12-2012 | Gemeenteblad 2012 nummer 37 |
De belasting wordt niet geheven ter zake van honden:
a. die uitsluitend dienen om blinde personen te leiden;
b. die door de 'Stichting hulphond Nederland' als gehandicaptenhond aan een gehandicapte ter beschikking zijn gesteld;
c. die verblijven in een hondenasiel als bedoeld in artikel 1, onder c, van het Honden- en kattenbesluit 1999, welk asiel is opgenomen in het centraal register bedoeld in artikel 5, tweede lid, van genoemd besluit, uitgezonderd de honden bedoeld in het derde lid van artikel 2;
d. waarvan de houder geen ingezetene van de gemeente is en de hond niet langer dan 30 dagen in het belastingjaar in de gemeente verblijft;
e. die jonger zijn dan drie maanden, voor zover zij tezamen met de moederhond worden gehouden.
De belasting bedraagt per kalenderjaar:
1 voor een eerste hond € 94,90;
2 voor iedere volgende hond € 142,44;
3 Voor honden gehouden in kennels die zijn geregistreerd bij de Raad van Beheer op Kynologisch gebied in Nederland, of waarvan een meldingsplicht bij de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Voedselkwaliliteit geldt en die geregistreerd is in het centraal register, is in afwijking van het voorgaande lid, het in het eerste lid vermelde tarief van toepassing, met dien verstande dat de belasting per kennel beperkt blijft tot € 522,25 per belastingjaar.
Artikel 8 Voortzetting belastingheffing
Ten aanzien van de belastingplichtige aan wie over het vorig belastingjaar een aanslag werd op¬gelegd, wordt de belasting geheven naar hetzelfde aantal honden als waarnaar hij voor het laatste aangifte heeft gedaan, tenzij blijkt dat het aantal honden, waarvoor hij belastingplichtig is, wijzigingen heeft ondergaan of, dat zijn belastingplicht voor de aanvang van het belastingjaar is geëindigd.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
1. De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
2. Indien de belastingplicht in de loop van het jaar aanvangt, dan wel het aantal honden in de loop van het belastingjaar toeneemt, is de belasting, respectievelijk de hogere belasting ter zake van het toegenomen aantal honden, verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, respectievelijk de toename van het aantal honden, nog volle kalendermaanden overblijven.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, dan wel het aantal honden in de loop van het belastingjaar vermindert, wordt ontheffing verleend voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, respectievelijk de vermindering van het aantal honden, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
1. Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de hondenbelasting.
2. Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot met een belastingaanslag gelijkgestelde beschikking inzake de heffing en invordering van een bestuurlijke boete. Deze bestuurlijke boete wordt opgelegd ingevolge de Invorderingswet 1990.
De "Verordening hondenbelasting 2012" vastgesteld bij raadsbesluit van 21 december 2011 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.