Organisatie | Werkendam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen en heffingen 2013 |
Citeertitel | Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen en heffingen 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | archief |
Geen
geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
23-11-2012 | 01-01-2013 | nieuwe regeling | 06-11-2012 Altena Nieuws, 22-11-2012 | Onbekend |
De raad van de gemeente Werkendam
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders;
gelet op artikel 255 van de Gemeentewet, de Nadere regels kwijtschelding gemeentelijke en waterschapsbelastingen, alsmede artikel 28, eerste lid, onder b, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990;
overwegende dat het gewenst is om regels te stellen voor het verlenen van kwijtschelding van gemeentelijke belastingen en heffingen;
‘Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen en heffingen 2013’
Artikel 1. Voor de kwijtschelding in aanmerking komende gemeentelijke belastingen en heffingen
Bij de invordering van de volgende belastingen en heffingen kan kwijtschelding verleend worden voor:
Artikel 2. Maximum bedrag kwijtschelding afvalstoffenheffing
Van de belasting verschuldigd naar de in artikel 3 onderdelen b, c en d van de Verordening afvalstoffenheffing 2013 bedoelde grondslagen wordt kwijtschelding verleend tot een maximaal bedrag van € 119,40 per jaar;
Artikel 2. Percentage kosten van bestaan
Bij de invordering van de belastingen en heffingen, zoals bedoeld in artikel 1, wordt in afwijking van artikel 16, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 het percentage voor de berekening van de kosten van bestaan vastgesteld op 100 percent.
Artikel 3. Kwijtschelding in geval van een natuurlijk persoon die een bedrijf of zelfstandig een beroep uitoefent
Met betrekking tot een natuurlijke persoon die een bedrijf of zelfstandig een beroep uitoefent die een verzoek om kwijtschelding indient, is in plaats van de afdelingen 3 en 4 van hoofdstuk II van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 van overeenkomstige toepassing de afdeling 2 van hoofdstuk II van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990, ten aanzien van de in artikel 2 genoemde belastingen en heffingen die geen (geheel of gedeeltelijk) verband houden met de uitoefening van dat bedrijf of beroep.