Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Tilburg

Verordening op de heffing en invordering van reinigingsheffingen 2013

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieTilburg
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van reinigingsheffingen 2013
CiteertitelVerordening reinigingsheffingen 2013
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Verordening reinigingsheffingen 2012.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 216
  2. Gemeentewet, art. 217
  3. Gemeentewet, art. 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b
  4. Wet Milieubeheer, art. 15.33
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201401-01-2014intrekking

11-11-2013

Gemeenteblad, 2013, 60

2013/116
01-01-201301-01-2014Nieuwe regeling

08-11-2012

Gemeenteblad, 2012, 37

2012/090

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van reinigingsheffingen 2013

De raad van de gemeente Tilburg;

  • -

    gezien het voorstel van het college;

  • -

    gelet op de artikelen 216, 217, en 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet Milieubeheer;

Besluit:

vast te stellen de “Verordening op de heffing en invordering van reinigingsheffingen 2013”

Tekst van de regeling

Hoofdstuk I Inleidende bepalingen

Artikel 1 Reinigingsheffingen

Krachtens deze verordening worden geheven:

  • a.

    een afvalstoffenheffing;

  • b.

    reinigingsrechten.

Artikel 2 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    perceel: een gebouwde onroerende zaak - of een gedeelte ervan - dat blijkens indeling en inrichting bestemd is om als afzonderlijk geheel door een particuliere huishouding te worden gebruikt en ook als zodanig wordt gebruikt. Met perceel worden gelijkgesteld: een stacaravan, een woonboot, een woonwagen, een demontabel zomer- of vakantiehuisje en een wisselwoning, indien gebruikt door een particuliere huishouding;

  • b.

    bedrijfspand: een gebouwde onroerende zaak - of een zelfstandig gebruikt gedeelte ervan - geen perceel zijnde;

  • c.

    gebruik maken: in de zin van artikel 15.33 Wet milieubeheer;

  • d.

    aanbieding: de hoeveelheid en samenstelling van grof huisvuil zoals omschreven bij de aanmelding vooraf aan de inzameldienst.

Hoofdstuk II Afvalstoffenheffing

Artikel 3 Belastbaar feit

Onder de naam "afvalstoffenheffing" wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer.

Artikel 4 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 5 Belastingplicht

  • 1.

    De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.

  • 2.

    Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:

    • a.

      degene die naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van het perceel;

    • b.

      ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan: degene die dat gedeelte ten gebruike heeft afgestaan.

Artikel 6 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    De belastingschuld ontstaat bij de aanvang van het belastingjaar of, indien het gebruik van een perceel in de loop van het belastingjaar aanvangt, bij de aanvang van dat gebruik.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, wordt de belasting geheven over zoveel twaalfde gedeelten als na de aanvang van de belastingplicht nog volle kalendermaanden in het belastingjaar overblijven.

Artikel 7 Ontheffing

  • 1.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, wordt ontheffing verleend over zoveel twaalfde gedeelten van de ingevolge artikel 6 berekende bedragen als na het tijdstip van de beëindiging van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 2.

    Het bepaalde in artikel 6, het tweede lid, en artikel 7, het eerste lid, is niet van toepassing indien er sprake is van verhuizing binnen de gemeente Tilburg, waarbij de belastingplichtige zowel op het nieuwe als op het oude adres als belastingplichtige, conform het bepaalde in artikel 5 van deze verordening, kan worden aangemerkt (doorlopende plicht).

Artikel 8 Maatstaf van heffing en tarief

  • 1.

    De belasting bedraagt per belastingjaar € 242,14 per perceel.

  • 2.

    Belastingbedragen van minder dan € 10,- worden niet opgelegd. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt het totaal van op een aanslagbiljet verenigde verschuldigde bedragen afvalstoffenheffing of andere heffingen aangemerkt als één belastingbedrag.

Artikel 9 Wijze van heffing en termijnen van betaling

  • 1.

    De belasting wordt geheven bij wege van aanslag.

  • 2.

    De aanslagen moeten worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de tweede maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.

  • 3.

    In afwijking van het bepaalde in het eerste lid geldt, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso van de betaalrekening van de belastingschuldige kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in 12 gelijke termijnen, waarvan de eerste termijn vervalt tussen de 24e en het einde van de maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later (eveneens tussen de 24e en het einde van de maand).

  • 4.

    Indien de verschuldigde bedragen als genoemd in het derde lid tweemaal achtereen niet kunnen worden geïncasseerd, vervalt voor het betreffende aanslagbiljet de mogelijkheid tot automatische betalingsincasso en gelden de betaaltermijnen zoals genoemd in het tweede lid.

Hoofdstuk III Reinigingsrechten

Artikel 10 Belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam "Reinigingsrechten" worden rechten geheven voor het genot van door of vanwege de gemeente verstrekte diensten en voor het gebruik van bezittingen, werken en inrichtingen als omschreven in het tweede lid.

  • 2.

    Het in het eerste lid bedoelde genot van diensten en het gebruik van bezittingen, werken en inrichtingen bestaat uit het gebruik maken van de gemeentelijke milieustraten en van het ophalen van grof huisvuil.

Artikel 11 Belastingplicht

Belastingplichtig voor de reinigingsrechten is degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen, bedoeld in artikel 10, gebruik maakt.

Artikel 12 Maatstaf van heffing en tarief

  • 1.

    Het recht voor het aanbieden op de gemeentelijke milieustraten van te storten of te verbranden restafval of afval dat een fractie te storten of te verbranden restafval bevat, bedraagt € 5,- per m3 met dien verstande dat het recht voor afgifte van 0 tot 1m3 tenminste € 5,- bedraagt. Hierbij wordt onder restafval verstaan huishoudelijke afvalstoffen die niet of alleen tegen onevenredige kosten geschikt zijn voor hergebruik en die moeten worden gestort of verbrand. Nadere regels met betrekking tot het storten van restafval zijn in het Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening gemeente Tilburg 2011 opgenomen.

  • 2.

    Het recht voor het laten ophalen van grof huisvuil door de inzameldienst bedraagt € 25,- per aanbieding. Nadere regels omtrent het aanbieden van grof huisvuil zijn in het Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening gemeente Tilburg 2011 opgenomen.

Artikel 13 Wijze van heffing

De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende kennisgeving, (digitale) nota of andere schriftuur, waarop het verschuldigde bedrag vermeld staat.

Artikel 14 Tijdstip van betaling

De rechten moeten worden betaald:

  • 1.

    indien de kennisgeving, (digitale) nota of andere schriftuur wordt uitgereikt: op het moment van de kennisgeving of uitreiking;

  • 2.

    indien de kennisgeving, (digitale) nota of andere schriftuur wordt toegezonden: binnen dertig dagen na de dagtekening van de kennisgeving, (digitale) nota of andere schriftuur.

Artikel 15 Kwijtschelding

Bij de invordering van de reinigingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Hoofdstuk IV Algemene bepalingen

Artikel 16 Omzetbelasting

De hiervoor onder hoofdstuk III vermelde tarieven zijn inclusief de eventueel verschuldigde omzetbelasting.

Artikel 17 Nadere regels door het college

Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reinigingsheffingen.

Artikel 18

Inwerkingtreding, overgangsrecht en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking, doch niet eerder dan 1 januari 2013.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2013.

  • 3.

    De "Verordening reinigingsheffingen 2012" van 10 november 2011 wordt ingetrokken met ingang van de in het tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening reinigingsheffingen 2013".

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 8 november 2012

de griffier,

de voorzitter,

Memorie van toelichting behorende bij de “Verordening reinigingsheffingen 2013”

Tarieven

-Afvalstoffenheffing

  • §

    Voor de bepaling van de afvalstoffenheffing wordt uitgegaan van 100 % kostendekkendheid. Voor het belastingjaar 2013 is één uniform tarief bepaald van € 242,14 per perceel per jaar. Ten opzichte van 2012 is het tarief van de afvalstoffenheffing gedaald met 2,90 %.

  • §

    De toerekening aan de afvalstoffenheffing laat een stijging zien van € 13.000. Voor wat betreft de opbrengsten vinden wijzigingen plaats als gevolg van de autonome ontwikkeling en een bijdrage uit de egalisatiereserve ter grootte van € 664.000.

    • -

      Reinigingsrechten

  • §

    Voor het belastingjaar 2013 blijft het tarief voor het aanbieden van restafval op de gemeentelijke milieustraat ongewijzigd, namelijk € 5,00.

  • §

    Het tarief voor het ophalen van grof huisvuil blijft ook ongewijzigd, namelijk € 25,00.

    • -

      Tariefontwikkeling afvalstoffenheffing en reinigingsrechten

Tarief

2011

2012

2013

Afvalstoffenheffing

 

 

 

-per perceel

€ 262,22

€ 249,38

€ 242,14

Reinigingsrechten

 

 

 

-afgifte Milieustraat

€ 5,00

€ 5,00

€ 5,00

-ophalen grof huisvuil

-

€ 25,00

€ 25,00

Kosten en opbrengsten reinigingsheffingen (x € 1.000)

 

Rekening

Begroting

Begroting

 

2011

2012

2013

2.3.4.10 Kosten afvalbeleid

0

22

22

3.1.6.30 Handhaving openbaar gebied

1.245

1.357

1.357

3.3.4.10 Schoonhouden openbaar gebied

2.628

2.483

2.411

3.4.2.10 Centraal meldpunt

194

189

189

3.4.2.30 Gebiedsmanagement

63

63

63

4.4.3.20 Perceptiekosten

387

443

443

5.3.4.40 Inzameling huishoudelijk afval

18.419

18.401

18.261

Correctie rente op basis van werkelijk

 

 

 

omslagpercentage (< 3,5%)

-/- 69

-/- 83

-/- 18

Aanpassing omslagrente

0

0

-/- 58

Stelpost NOMINAAL

193

224

472

Totaal kosten

23.060

23.099

23.142

4.4.3.20 Opbrengst heffing

23.084

21.884

21.263

4.4.3.20 Onttrekking egalisatiereserve

0

0

664

4.4.4.10 Bijzonder baten en lasten

26

0

0

5.3.4.40 Inzameling huishoudelijk afval

1.967

1.215

1.215

Totaal opbrengsten

25.077

23.099

23.142

Saldo

2.017

0

0