Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen | | |
2.1.1 | Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: | | |
2.1.1.1 | aanlegkosten: | | |
| de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft; | | |
2.1.1.2 | bouwkosten: | | |
| het door of namens het college van burgemeester en wethouders berekende bedrag, gebaseerd op de door hen jaarlijks vast te stellen en te publiceren lijst van strekkende, vierkante of kubieke meterprijzen, waarbij aanvullend nog het volgende geldt: | | |
| - in het geval voor een bouwwerk of bouwwerkzaamheid geen meterprijs is bepaald, worden de bouwkosten door of namens het college geraamd; | | |
| - de meterprijzen zijn inclusief BTW | | |
| - in het geval van zelfwerkzaamheid of het toepassen van gebruikte materialen wordt geen korting of verrekening toegepast bij de bepaling van de bouwkosten | | |
2.1.1.3 | Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. | | |
2.1.2 | In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. | | |
2.1.3 | In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. | | |
| | | |
Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag | | |
2.2 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: | | |
2.2.1 | om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is. Met uitzondering van vooroverleg tot herziening, wijziging, uitwerking van een bestemmingsplan danwel vooroverleg tot toepassing van artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo | € | 216,00 |
| | | |
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning | | |
2.3 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. | | |
| | | |
2.3.1 | Bouwactiviteiten | | |
2.3.1.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
2.3.1.1.1 | tot € 15.000 - minimum bedrag | € | 304,00 |
2.3.1.1.2 | van € 15.000 tot € 50.000 - € 304,- + 2,00% van de bouwkosten boven de € 15.000 met een minimum van | € | 304,00 |
2.3.1.1.3 | van € 50.000 tot € 200.000 - € 1.016,00 + 1,95% van de bouwkosten boven de € 50.000 met een minimum van | € | 1.016,00 |
2.3.1.1.4 | van € 200.000 tot € 2.000.000 - € 3.992,00 + 1,90% van de bouwkosten boven de € 200.000 met een minimum van | € | 3.992,00 |
2.3.1.1.5 | boven de € 2.000.000 - € 38.790,00 + 1,85% van de bouwkosten boven de € 2.000.000 met een minimum van | € | 38.790,00 |
en een maximum van | € | 116.911,00 |
| | | |
| Welstandstoets | | |
2.3.1.2 | Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 of 2.3.15 bedraagt het tarief, indien voor de beoordeling een welstandstoets noodzakelijk is: Indien de aanvraag betrekking heeft op een schetsplan of een bouwplan, waarvoor een reguliere bouwvergunning, dan wel een reguliere bouwvergunning eerste fase, is aangevraagd en hiervoor een welstandsadvies moet worden ingewonnen, wordt het te berekenen bedrag verhoogd met: | | |
2.3.1.2.1 | reguliere welstandsadvisering: | | |
a | 1,9 ‰ met een minimum van € 46,- in geval van geraamde bouwkosten van | | |
| € 1,- tot en met € 500.000,- | | |
| plus over een gedeelte van de bouwsom: | | |
| van € 500.001,- tot en met € 1.000.000,- | | 1,20 ‰ |
| plus over een gedeelte van de bouwsom: | | |
| van € 1.000.001,- tot en met € 2.500.000,- | | 0,80 ‰ |
| plus over een gedeelte van de bouwsom: | | |
| van € 2.500.000 tot € 5.000.000 | | 0,50 ‰ |
| plus over een gedeelte van de bouwsom: | | |
| Van € 5.000.001 en meer | | 0,25 ‰ |
b | Voor woningbouw van één en hetzelfde type welke in één complex worden uitgevoerd: | | |
| - complex van 1 tot en met 5 gelijke woningen, tarief over de totale bouwsom | | |
| - complex van 6 tot en met 10 gelijke woningen, tarief over de bouwsom van 5 woningen | | |
| - complex van 11 tot en met 20 gelijke woningen, tarief over de bouwsom van 6 woningen | | |
| - complex van 21 tot en met 30 gelijke woningen, tarief over de bouwsom van 8 woningen | | |
| - complex van 31 tot en met 40 gelijke woningen, tarief over de bouwsom van 10 woningen | | |
| - complex van 41 tot en met 50 gelijke woningen, tarief over de bouwsom van 12 woningen | | |
| - complex van 51 tot en met 60 gelijke woningen, tarief over de bouwsom van 14 woningen | | |
| en zo vervolgens. | | |
| Etage-galerijwoningen worden als één bouwblok beschouwd, zodat het tarief wordt berekend naar de totale bouwsom van het bouwblok. | | |
2.3.1.2.2 | integrale welstandsadvisering: | | |
| - reguliere welstandsadvisering + 1 extra discipline: | | |
| 1,8 x regulier tarief | | |
| - reguliere welstandsadvisering + meerdere extra disciplines: | | |
| 2,2 x regulier tarief | | |
2.3.1.2.3 | welstandsadvisering illegale bouwwerken: | | |
| 1,5 x regulier tarief | | |
2.3.1.2.4 | welstandsadvisering reclameobjecten: | € | 46,00 |
2.3.1.2.5 | formele behandeling en verslaglegging adviezen vooroverleg (bedrag wordt verrekend bij de definitieve aanvraag): | € | 102,00 |
2.3.1.2.6 | Overige adviezen afhankelijk van het soort advisering per adviesuur | € | 138,00 |
| Of (deze advieskosten worden vooraf aan de aanvrager schriftelijk medegedeeld) | | |
| | | |
2.3.1.3 | Verplicht advies agrarische commissie | | |
| Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 is het tarief, indien krachtenswettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld, gelijk aan de advieskosten welke bij de gemeente door deze instanties in rekening worden gebracht. De advieskosten worden de aanvrager vooraf schriftelijk medegedeeld. Niet eerder dan 5 werkdagen na verzending van de mededeling wordt het verzoek of aanvraag ter advisering aangeboden. | | |
| | | |
2.3.1.4 | Achteraf ingediende aanvraag | | |
| Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit: | | 50% |
| van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges. | | |
| Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag betrekking heeft op een vergunde bouwactiviteit die afwijkt van de vergunning, voor dat gedeelte dat afwijkt van de vergunning: | | 100% |
| Van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges. | | |
| | | |
2.3.1.5 | Beoordeling aanvullende gegevens | | |
| Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen: | € | 216,00 |
| | | |
2.3.1.6 | Digitale ingediende aanvraag | | |
| In geval bij een digitale ingediende aanvraag omgevingsvergunning ter behandeling door of namens de gemeente reprokosten gemaakt moeten worden, worden de kosten als in artikel 1.20.2.2 in rekening gebracht. | | |
| | | |
2.3.2 | Aanlegactiviteiten | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
| 1,15% van de aanlegkosten, met een minimum van: | € | 509,00 |
| en een maximum van: | € | 5.883,00 |
| | | |
2.3.3 | Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1: | | |
2.3.3.1.a | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): | € | 228,00 |
2.3.3.1.b | Indien artikel 2.12, eerste lid, onder 1, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking) voor de bouw van 1 woning bedragen de leges | € | 5.888,00 |
| Indien artikel 2.12, eerste lid, onder 1, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking) voor de bouw van 2 woningen bedragen de leges | € | 9.155,00 |
2.3.3.2 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): | € | 414,00 |
2.3.3.3 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): | € | 2.467,00 |
2.3.3.4 | indien artikel 2.1, eerste lid, onder c of artikel 2.1, eerste lid, onder a en c, van de Wabo wordt toegepast | | |
| bij de bouw van 1 woning of enig ander werk | € | 8.047,00 |
| bij 2 tot en met 5 woningen | € | 11.325,00 |
| bij 6 tot en met 15 woningen | € | 21.500,00 |
| bij 16 tot en met 29 woningen | € | 22.515,00 |
| bij 30 tot en met 49 woningen | € | 25.569,00 |
| bij 50 tot en met 74 woningen | € | 27.273,00 |
| bij 75 tot en met 99 woningen | € | 37.278,00 |
| bij 100 of meer woningen | € | 52.356,00 |
2.3.3.5 | indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking): | € | 1.233,00 |
2.3.3.6 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): | € | 617,00 |
| | | |
2.3.4 | Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
2.3.4.1 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): | € | 228,00 |
2.3.4.2 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): | € | 414,00 |
2.3.4.3 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): | € | 2.467,00 |
2.3.4.4 | indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking) | € | 1.233,00 |
2.3.4.5 | indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): | € | 617,00 |
| | | |
2.3.5 | In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid | | |
2.3.5.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € | 403,00 |
| Met dien verstande dat dit bedrag wordt verhoogd voor een bouwwerk met een oppervlakte tussen: | | |
| Categorie | Aantal m2 | Toeslag | Toeslag per m2 | | |
| 1) | 0 – 100 | € 281,02 | | | |
| 2) | 101 – 500 | € 112,58 | € 1,68 | | |
| 3) | 501 - 2.000 | € 632,47 | € 0,64 | | |
| 4) | 2.001 - 5.000 | € 1627,04 | € 0,14 | | |
| 5) | 5.001 - 50.000 | € 2147,56 | € 0,03 | | |
| 6) | >50.001 | € 3304,03 | € 0,01 | | |
| Indien de aanvraag als bedoeld in 2.3.5.1 betrekking heeft op een vergunning tot wijziging dan wel uitbreiding van een vergunning bedraagt het legestarief indien het betreft: | | |
| a. uitbreiding van de inrichting, met dien verstande dat de uitbreiding ten minste 10% van de oorspronkelijke gebruiksoppervlakte beslaat, het tarief als bedoeld in 2.3.5.1 met dien verstande dat de toeslag uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van de uitbreiding. | | |
| b. herindeling, interne verbouwingen of gewijzigd gebruik van de gehele inrichting, danwel een deel van de inrichting, met dien verstande dat deze herindeling ten minste 10% van de gebruiksoppervlakte beslaat: 50% van het tarief als bedoeld in 2.3.5.1 met dien verstande dat de toeslag uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van de uitbreiding | | |
| | | |
2.3.6 | Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten | | |
2.3.6.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens de monumentenverordening van de gemeente Maasdriel aangewezen monument, een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: | | |
2.3.6.1.1 | voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument: | € | 100,00 |
2.3.6.1.2 | voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: | € | 100,00 |
2.3.6.2 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens de monumentenverordening van de gemeente Maasdriel aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: | € | 180,00 |
| | | |
2.3.7 | Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief: | | |
2.3.7.1.1 | in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo: | | |
2.3.7.1.2 | in gevallen waarvoor op grond van artikel 8.1.1 van de Bouwverordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo, | € | 333,00 |
2.3.7.1.3 | Indien bij de aanvraag tot het verkrijgen van een sloopvergunning een sloopveiligheidsplan ingediend moet worden, wordt het in 2.3.7.1.2 genoemde bedrag verhoogd met | € | 250,00 |
| | | |
2.3.7.2 | Asbesthoudende materialen | | |
| Indien een sloopvergunning is afgegeven en tijdens de sloopwerkzaamheden alsnog asbesthoudend materiaal wordt aangetroffen, dient hiervoor een aanvullende vergunning te worden aangevraagd. Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvulling op de reeds bestaande sloopvergunning bedraagt 50% van het tarief genoemd in artikel 2.3.7.1.2, indien een sloopmelding als bedoeld in artikel 8.2.1 van de Bouwverordening, niet toereikend is voor het toestaan van slopen/ verwijderen van het aangetroffen asbesthoudende materiaal. | | |
| | | |
2.3.8 | Aanleggen of veranderen weg | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:11 van de Algemene Plaatselijke Verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
| a. voor een particulier | € | 121,00 |
| b. voor een bedrijf | € | 243,00 |
| | | |
2.3.9 | Uitweg | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen of veranderen van een uitweg, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene Plaatselijke Verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraag het tarief: | | |
| a. voor een particulier | € | 121,00 |
| b. voor een bedrijf | € | 243,00 |
| | | |
2.3.10 | Kappen | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4:19 van de Algemene Plaatselijke Verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € | 159,00 |
| | | |
2.3.11 | Andere activiteiten | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: | | |
2.3.11.1 | behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief: | € | 216,00 |
2.3.11.2 | behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
2.3.11.2.1 | als het een gemeentelijke verordening betreft | | nihil |
2.3.11.2.2 | als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: de kosten welke bij de gemeente door deze instanties in rekening worden gebracht. De kosten worden de aanvrager vooraf schriftelijk medegedeeld. Niet eerder dan 5 werkdagen na verzending van de mededeling wordt het verzoek of aanvraag ter advisering aangeboden. | | |
| | | |
2.3.12 | Omgevingsvergunning in twee fasen | | |
| Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: | | |
2.3.12.1 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; | | |
2.3.12.2 | voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. | | |
| | | |
2.3.13 | Beoordeling bodemrapport | | |
| Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: | | |
2.3.13.1 | voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport | | |
| de werkelijke kosten welke de gemeente maakt voor het extern laten toetsen van dit rapport (zie artikel 2.3.15) | | |
2.3.13.2 | voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport | | |
| de werkelijke kosten welke de gemeente maakt voor het extern laten toetsen van dit rapport (zie artikel 2.3.15) | | |
| | | |
2.3.14 | Verzoek hogere grenswaarde Wet geluidhinder | | |
| Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor een aanvraag om een hogere grenswaarde als bedoeld in de Wet Geluidhinder noodzakelijk is, wordt het berekende bedrag verhoogd met | € | 379,00 |
| | | |
2.3.15 | Advies | | |
2.3.15.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. | | |
2.3.15.2 | Indien een begroting als bedoeld in 2.3.15.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. | | |
| | | |
2.3.16 | Verklaring van geen bedenkingen | | |
2.3.16.1 | Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: | | |
2.3.16.1.1 | indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: | € | 216,00 |
2.3.16.1.2 | indien Gedeputeerde Staten een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: | € | 601,00 |
| | | |
Hoofdstuk 4 Vermindering | | |
2.4.1 | Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3. | | |
| Indien een aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.15 en 2.3.16. De vermindering bedraagt: | | |
| bij 5 tot 10 activiteiten: | | 2% |
| van de voor die activiteiten verschuldigde leges | | |
| bij 10 tot 15 activiteiten: | | 3% |
| van de voor die activiteiten verschuldigde leges | | |
| bij 15 of meer actviteiten: | | 5% |
| van de voor die activiteiten verschuldigde leges | | |
| | | |
Hoofdstuk 5 Teruggaaf | | |
2.5.1 | Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten | | |
| Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: | | |
2.5.1.1 | indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan | | 60% |
| van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; | | |
| | | |
2.5.2 | Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten | | |
2.5.2.1 | Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 6 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: | | 40% |
| van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. | | |
| | | |
2.5.3 | Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen | | |
| Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.15 en 2.3.16 en 2.3.1.3 wordt geen teruggaaf verleend. | | |
| | | |
2.5.4 | Geweigerde omgevingsvergunning voor bouwactiviteiten | | |
| Als de gemeente een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen weigert, wordt 50% van de volgens artikel 2.3.1.1 verschuldigde leges in rekening gebracht, eventueel vermeerderd met de kosten bepaald overeenkomstig de artikelen 2.3.1.2 en 2.3.1.4. | | |
2.5.5 | Teruggaaf wegens onvolledigheid | | |
| Indien de ingediende aanvraag wegens onvolledigheid niet verder in behandeling wordt genomen wordt 25% van de volgens artikel 2.3.1.1 berekende leges in rekening gebracht met een minimum van 95,-. Indien binnen 1 jaar na het besluit tot het niet in behandeling nemen van de aanvraag een nieuwe aanvraag wordt ingediend voor hetzelfde bouwplan, worden deze leges met de behandeling van de nieuwe aanvraag verschuldigde leges verrekend. | | |
5.5.6 | Een bedrag van minder dan € 212,00 wordt niet teruggegeven | | |
| | | |
Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning | | |
2.6 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is: | € | 216,00 |
| | | |
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project | | |
2.7 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: | € | 109,00 |
| | | |
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten | | |
2.8.1 | Het tarief voor het in behandeling nemen van een vooroverleg tot herziening, wijziging, uitwerking van een bestemmingsplan dan wel vooroverleg tot toepassing van artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo: Onder een vooroverleg wordt verstaan: een toetsing op een verzoek of dat medewerking kan worden verleend aan een bepaalde activiteit, bouwplan, of iets anders dat niet passend is binnen het kader als opgenomen in het ter plaatse geldende bestemmingsplan c.q. de beheersverordening. (vooroverleg) | € | 986,00 |
2.8.2 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening (vaststellen bestemmingsplan op aanvraag) | | |
| bij de bouw van 1 woning of enig ander werk | € | 8.047,00 |
| bij 2 tot en met 5 woningen | € | 11.325,00 |
| bij 6 tot en met 15 woningen | € | 21.500,00 |
| bij 16 tot en met 29 woningen | € | 22.515,00 |
| bij 30 tot en met 49 woningen | € | 25.569,00 |
| bij 50 tot en met 74 woningen | € | 27.273,00 |
| bij 75 tot en met 99 woningen | € | 37.278,00 |
| bij 100 of meer woningen | € | 52.356,00 |
2.8.3 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot uitwerking van het bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening of tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder c, 3.22, 3.23 of 3.38, vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening, waarbij geen sprake is van een bouwplan waarvoor een bouwvergunning is vereist en geen sprake is van werken of werkzaamheden waarvoor een aanlegvergunning is vereist (wijzigen bestemmingsplan op aanvraag) | € | 5.665,00 |
2.8.4 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening (wijzigen bestemmingsplan op aanvraag) | | |
| bij de bouw van 1 woning of enig ander werk | € | 5.888,00 |
| bij 2 tot en met 5 woningen | € | 9.155,00 |
| bij 6 tot en met 15 woningen | € | 19.330,00 |
| bij 16 tot en met 29 woningen | € | 20.346,00 |
| bij 30 tot en met 49 woningen | € | 23.399,00 |
| bij 50 tot en met 74 woningen | € | 25.104,00 |
| bij 75 tot en met 99 woningen | € | 35.109,00 |
| bij 100 of meer woningen | € | 50.187,00 |
2.8.5 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een besluit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c of artikel 2.1, eerste lid, onder a en c van de Wabo, waarbij geen sprake is van een bouwplan waarvoor een bouwvergunning is vereist en geen sprake is van werken of werkzaamheden waarvoor een aanlegvergunning is vereist | € | 5.665,00 |
2.8.6 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een ontheffing van het verbod tot wijziging van het gebruik van gronden of bouwwerken als bedoeld in artikel 3.7, vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening | | |
| (Ontheffing verbodsbepaling in voorbereidingsbesluit op aanvraag) | € | 617,00 |
2.8.7 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een ontheffing van het verbod om bepaalde werken of werkzaamheden uit te voeren als bedoeld in artikel 6.12, zesde lid, van de Wet ruimtelijke ordening. | | |
| (Ontheffing verbodsbepaling in exploitatieplan op aanvraag) | € | 617,00 |
2.8.8 | Opstelling beeldkwaliteitplan | | |
| Voor deze inspanning van de gemeente is de aanvrager aan de gemeente verschuldigd de werkelijke door de gemeente te maken kosten tengevolge van de inschakeling van externe deskundigen, zoals de Commissie voor Ruimtelijke Kwaliteit, mits zowel de inschakeling van die externe deskundige(n) als de kosten daarvan redelijk zijn en aanvrager met de inschakeling daarvan vooraf heeft ingestemd. | | |
| | | |
Hoofdstuk 9 Sloopmelding | | |
2.9 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een sloopmelding als bedoeld in artikel 8.2.1 van de Bouwverordening | € | 24,95 |
| | | |
Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking | | |
2.10.1 | Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking: | € | 216,00 |
2.10.2 | Voor het plaatsen van voorzieningen bij de uitvoering van bouwwerkzaamheden bedraagt het tarief voor schriftelijke toestemming bij | | |
a) tijdelijk wonen (caravan/woonkeet) | € | 119,00 |
b) overig (bouwkeet/container of bouwaanduidingsbord) | € | 40,05 |
2.10.3 | Het tarief voor de melding als bedoeld in artikel 2.25, 2e lid van de Wabo (verantwoordelijk uitvoerder vergunning anders dan vergunninghouder/aanvrager) bedraagt | € | 62,15 |