Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Papendrecht

Verordening op de heffing en invordering van binnenhavengeld 2010

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Papendrecht
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van binnenhavengeld 2010
CiteertitelVerordening binnenhavengeld 2010
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerptarieven en heffing gebruik van haven of door/vanwege gemeente verstrekte diensten

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2010

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 216, 229

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

1.Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-04-2012Wijziging tarieventabel

29-03-2012

PN

2012/020
25-02-201011-02-201001-04-2012Wijziging tarieventabel

11-02-2010

PN 24-02-2010

2010/018

Tekst van de regeling

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    binnenschip: een schip dat uitsluitend is bestemd of wordt gebruikt voor de vaart op de binnenwateren waaronder mede wordt verstaan een:

    • -

      vrachtschip: een binnenschip dat hoofdzakelijk is bestemd of wordt gebruikt voor het vervoer van lading;

    • -

      passagiersschip: een schip dat uitsluitend is bestemd of wordt gebruikt voor het bedrijfsmatig vervoer van passagiers;

    • -

      hospitaalschip: een passagiersschip dat is bestemd of wordt gebruikt om zieke en gehandicapte personen te vervoeren;

    • -

      pleziervaartuig: een schip dat is bestemd of hoofdzakelijk wordt gebruikt voor de recreatie;

    • -

      opleidingsschip: een schip dat is bestemd of wordt gebruikt voor het vervoer van leerlingen die een nautische opleiding volgen;

    • -

      sleepboot/duwboot: een schip dat blijkens bouw en inrichting uitsluitend is bestemd of wordt gebruikt voor het slepen of duwen van andere schepen;

    • -

      woonschip: een schip dat uitsluitend is bestemd en op grond van de havenverordening mag worden gebruikt als woning.

  • b.

    zeeschip: een schip dat is bestemd of geschikt voor de vaart op zee.

  • c.

    haven: de voor de openbare dienst bestemde wateren en de voor de openbare dienst bestemde werken en inrichtingen in de gemeente, zoals deze zijn aangegeven op een bij de verordening behorende kaart.

  • d.

    laadvermogen: het in tonnen uitgedrukte verschil tussen de zoetwaterverplaatsing van het schip bij de grootste toegelaten diepgang en die van het lege schip, zoals dat in de meetbrief is vermeld.

  • e.

    lading: alle door een schip geloste en ingenomen goederen en verpakkingsmateriaal, containers en trailers. Voor de toepassing van de verordening worden niet tot de lading gerekend ballast, brandstof, proviand en andere voor eigen gebruik bestemde scheepsbenodigdheden, handbagage van opvarenden, alsmede slobs.

  • f.

    meetbrief: het geldige document waarin de gegevens zijn vermeld over de afmetingen van binnenschepen.

  • g.

    termijn: een in de tarieventabel genoemd tijdvak waarin het gebruik van de haven plaatsvindt, waarbij wordt verstaan onder:

    • -

      dag: een termijn van 24 uur;

    • -

      weekeinde: van vrijdag 16.00 uur tot en met maandag 12.00 uur;

    • -

      7 dagen: een periode van zeven opeenvolgende kalenderdagen;

    • -

      30 dagen: een periode van dertig opeenvolgende kalenderdagen;

    • -

      kwartaal: een periode van drie aaneengesloten volle kalendermaanden;

    • -

      jaar: het kalenderjaar lopend van 1 januari tot en met 31 december.

  • h.

    ton: een massa van 1.000 kilogram.

  • i.

    historisch bedrijfsvaartuig: schepen die oorspronkelijk zijn gebouwd als vrachtschip, sleepboot of vissersschip, die een leeftijd hebben van minimaal 50 jaar en die in oorspronkelijke staat van bouw en uitrusting worden gehouden.

  • j.

    overeenkomst Binnenhavengeld: overeenkomst Binnenhavengeld betreffende samenwerking en invordering binnenhavengeld zoals tussen de gemeenten Dordrecht, Zwijndrecht en Papendrecht is overeengekomen op 22 december 1994;

  • k.

    ponton: een drijvend voorwerp, wat wordt gebruikt om lading te vervoeren.

  • l.

    afmeerponton: een drijvend voorwerp, wat wordt gebruikt als afmeervoorziening.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam "binnenhavengeld" wordt een recht geheven terzake van het gebruik met een schip van de haven en het genot van door of vanwege de gemeente verstrekte diensten.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtige is de eigenaar van het schip of degene die het schip heeft gecharterd.

Artikel 4 Heffingsgrondslagen

  • 1. De grondslagen voor de berekening van het binnenhavengeld zijn:

  • a. het laadvermogen van het schip uitgedrukt in tonnen;

  • b. de oppervlakte van het schip uitgedrukt in vierkante meters;

  • c. de lengte van het schip uitgedrukt in meters, zoals deze gegevens blijken uit de meetbrief.

  • 2. In de bij deze verordening behorende tarieventabel is per soort binnenschip aangegeven welke maatstaf van heffing van toepassing is.

  • 3. Bij de berekening van het verschuldigde bedrag:

  • a. wordt een gedeelte van eenheid van laadvermogen, oppervlakte of lengte niet in aanmerking genomen;

  • b. wordt het laadvermogen, de oppervlakte en de lengte van een schip gesteld op de gegevens zoals die blijken uit de meetbrief, of ambtshalve vastgesteld als geen meetbrief wordt overgelegd;

  • c. wordt het te betalen bedrag aan binnenhavengeld gesteld op een minimumbedrag zoals dat in de tarieventabel wordt vermeld en worden de bedragen daarboven, naar beneden afgerond op halve euro’s.

Artikel 5 Tarieven

  • 1. Het binnenhavengeld wordt geheven naar de tarieven, die zijn opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van de daarin opgenomen gegevens, zoals type binnenschip, termijn en heffingsmaatstaf.

  • 2. Om voor tarieven die gelden voor termijnen van een kwartaal en van een kalenderjaar in aanmerking te komen, dient vooraf een verzoek daartoe aan het college van burgemeester en wethouders te worden gedaan.

Artikel 6 Verschuldigdheid

  • 1. Het binnenhavengeld is verschuldigd zodra het gebruik van de haven aanvangt.

  • 2. Bij voortgezet verblijf, wordt bij aanvang van elke volgende termijn, opnieuw binnenhavengeld geheven volgens de bepalingen van deze verordening.

  • 3. Het in het tweede lid bepaalde vindt geen toepassing als het gebruik van de haven eindigt voor 12.00 uur op de dag volgend op een verstreken termijn van 7 dagen of langer.

  • 4. Bij het laden en/of lossen is minimaal het tarief van 7 dagen van toepassing.

Artikel 7 Vrijstellingen

Binnenhavengeld wordt niet geheven voor:

  • 1.

    hospitaalschepen, opleidingsschepen en vaartuigen van de Koninklijke Marine.

  • 2.

    het innemen van brandstof en proviand langszij bunkerschepen, voor een periode van maximaal drie uur.

  • 3.

    het doen van zaken en inkopen op maandag tot en met vrijdag van 08.00 tot 21.00 uur en op zaterdag van 08.00 uur tot 17.00 uur, voor een periode van maximaal drie uur aan de kaden Molenpolder en Kooihaven.

  • 4.

    Vooraf dient te worden gemeld of gebruik gemaakt wordt van de vrijstellingenregeling.

Artikel 8 Wijze van heffing

Het binnenhavengeld wordt geheven door middel van een gedagtekende nota of andere schriftuur en moet worden voldaan binnen twee weken na dagtekening.

Artikel 9 Restitutie

  • 1. Van het binnenhavengeld dat wordt geheven naar de termijn van verblijf in de haven is onder voorwaarden restitutie mogelijk bij ziekte en/of ziekenhuisopname.

  • 2. Van het binnenhavengeld dat wordt geheven naar de termijn van een jaar kan aan de heffingsambtenaar schriftelijk restitutie worden gevraagd voor elk vol kwartaal dat nog niet is verstreken in het jaar dat de aanslag is opgelegd.

Artikel 10 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De "Verordening binnenhavengeld 2009" en de “1e wijziging van de Verordening binnenhavengeld 2009” worden ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang, met dien verstande, dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking ervan en werkt terug tot en met 1 januari 2010.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2010.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening binnenhavengeld 2010". TARIEVENBLAD BINNENHAVENGELD 2010

   
 De tarieven in deze tabel zijn inclusief 5% toeslag in verband met de inzameling van oliehoudende afvalstoffen
   
1.Tarieven als bedoeld in artikel 5
   
 soort schipheffings- maatstafpertarief perexcl. BTW  
 vrachtschepenlaadvermogenton1 dag *)€ 0,024  
       weekeinde *)€ 0,055  
       7 dagen€ 0,088  
       kwartaal ‘)€ 0,916  
       jaar ‘)€ 3,060  
             
 passagiersschepen, sleepboten, pontons, bergings-, bagger- en materiaalbokken en andere schepenoppervlaktem27 dagen€ 0,088  
       30 dagen€ 0,916  
       jaar ‘)€ 3,060  
             
 pleziervaartuigenoppervlaktem27 dagen€ 0,215  
       30 dagen€ 0,793  
       jaar€ 4,984  
             
 woonschepenlengte15 mjaar€ 297,76  
   eerstvolgende metermeterjaar€ 29,80  
   
 *) Deze tarieven vinden geen toepassing indien wordt geladen of gelost. Daarvoor is minimaal het tarief van 7 dagen van toepassing.
   
 ‘) Om voor de tarieven die gelden voor termijnen van een kwartaal en een kalenderjaar in aanmerking te komen, dient vooraf een verzoek daartoe aan het college van burgemeester en wethouders te worden gedaan. In dit jaartarief is een korting van 2,5% verwerkt, n.a.v. afvalstoffenverdrag 2009 en de vermoedelijke inwerkingtreding per 01/07/2010.
   
2.Tarieven als bedoeld in artikel 4, lid 3 onder c
   
 Het verschuldigde bedrag aan binnenhavengeld wordt per aanslag gesteld op een minimum van € 7,187

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 11 februari 2010,

de griffier, A.P.M.A.F. Bergmansde voorzitter, C.J.M. de Bruin