Organisatie | Uithoorn |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Regeling outplacement gewezen wethouders |
Citeertitel | Regeling outplacement gewezen wethouders |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
15-02-1998 | nieuwe regeling | 29-01-1998 Nieuwe Meerbode | BI98.85/p&o |
gelet op artikel 147 van de Gemeentewet;
vast te stellen de navolgende VERORDENING REGELING OUTPLACEMENT GEWEZEN WETHOUDERS
In deze regeling wordt verstaan onder:
gewezen wethouder: degene die op grond van de bepalingen in de Uitkerings- en pensioenverordening wethouders een uitkering geniet;
outplacement: het geheel van adviezen en diensten dat in opdracht van de gemeente ten dienste van de gewezen wethouder wordt gesteld, teneinde deze in staat te stellen op zo kort mogelijke termijn een nieuwe en passende werkkring te vinden;
outplacementbureau: bureau of organisatie bij voorkeur aangesloten bij de Nederlandse organisatie voor outplacement en loopbaanbegeleiding.
Artikel 2. Outplacementfaciliteiten
Burgemeester en wethouders beslissen of het verzoek om gebruik te mogen maken van een outplacementtraject. Hierbij gelden de volgende voorwaarden:
het outplacementraject wordt niet later dan een halfjaar na beëindiging van het wethouderschap aangevangen. Indien de gewezen wethouder tijdelijk een andere betrekking vervult, wordt de termijn van een half jaar verlengd met de duur van het tijdelijke dienstverband, wanneer na de beëindiging van dit dienstverband nog aanspraak bestaat op een uitkering ingevolge de Uitkerings- en pensioenverordening wethouders.
De kosten van de outplacementfaciliteiten komen voor rekening van de gemeente. Burgemeester en wethouders sluiten daartoe een schriftelijke overeenkomst met het outplacementbureau.
Eventuele reis-, verblijf- en verwervingskosten komen voor rekening van belanghebbende.
Artikel 3. Outplacementtraject
Alvorens definitief tot het aangaan van een outplacementtraject wordt besloten, vindt een oriënterend gesprek plaats tussen de gewezen wethouder en het aangewezen outplacementbureau.
Op basis van zijn bevindingen adviseert het outplacementbureau burgemeester en wethouders over een eventuele voortzetting van het traject.
Indien wordt besloten tot voortzetting van het traject, worden in overleg met de gewezen wethouder en het outplacementbureau de voorwaarden vastgesteld. Hiertoe kunnen onder andere behoren: een psychologische test, zelfanalyse, een capaciteitenonderzoek, scholing en training.