Organisatie | Roermond |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2013 |
Citeertitel | Verordening parkeerbelastingen 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze verordening vervangt de Verordening parkeerbelastingen 2012, zoals vastgesteld op 10 november 2011.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2013.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2014 | 01-01-2014 | intrekking | 07-11-2013 onbekend | 2013/073/1 | |
28-11-2012 | 01-01-2014 | nieuwe regeling | 08-11-2012 Trompetter, 20-11-2012 | 2012/067/01 |
Artikel 2 Begripsomschrijvingen.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een motorvoertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;
houder: degene die naar de omstandigheden als houder van een motorvoertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorrijtuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 aangehouden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorrijtuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven;
Als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt:
zolang geen voldoening van de belasting genoemd in artikel 1, onderdeel a, heeft plaatsgevonden: de houder van het motorvoertuig, met dien verstande dat:
De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het motorvoertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.
Artikel 5 Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak.
De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel.
Artikel 6 Wijze van heffing en termijnen van betaling.
De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel b, wordt geheven door voldoening op aangifte middels het daarvoor bestemde aangifteformulier en moet voor vergunningen A en C genoemd in de Tarieventabel worden betaald op het tijdstip waarop de vergunning wordt verleend.
De belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel b, wordt geheven door voldoening op aangifte middels het daarvoor bestemde aangifteformulier en moet voor vergunningen B, D t/m F genoemd in de Tarieventabel worden betaald uiterlijk 30 dagen na dagtekening van de acceptgiro c.q. de vergunningverlening.
Houders van een geldige Europese Gehandicapten Parkeerkaart, landelijke invalidenparkeerkaart (zowel voor bestuurders als passagiers) of buitenlandse invalidenparkeerkaart die parkeren op een gehandicaptenparkeerplaats zijn vrijgesteld mits deze parkeerkaart met de daartoe bestemde zijde op een van buitenaf duidelijk leesbare plaats direct achter de voorruit van het motorvoertuig is geplaatst.
Indien geen voorruit aanwezig is, dient de vergunning op een van buitenaf zichtbare plaats leesbaar te worden aangebracht.
Artikel 7 Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen.
De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 1, onderdeel a, mag worden geparkeerd geschiedt in alle gevallen door het college van burgemeester en wethouders bij openbaar te maken besluit.
Artikel 10 Betaling en teruggave van parkeerbelasting
over het aangegeven tijdvak van de parkeervergunning of parkeerabonnement wordt per kalendermaand het maandtarief van de parkeerbelasting geheven. Indien een parkeervergunning of parkeerabonnement in de loop van een kalendermaand wordt verleend, wordt over de resterende dagen van deze maand het volledige maandtarief van de parkeerbelasting geheven;
indien tengevolge van maatregelen getroffen door of met instemming van de gemeente de vergunninghouder voor een tijdvak waarvoor reeds betaling van parkeerbelasting heeft plaatsgevonden, geen gebruik kan maken van de parkeervergunning of parkeerabonnement en voor dat tijdvak geen vervangende parkeergelegenheid op redelijke afstand is aangeboden, wordt restitutie van betaalde parkeerbelasting verleend over het aantal volledige kalendermaanden gedurende welke dat gebruik niet mogelijk is geweest.
Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de parkeerbelastingen.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering 8 november 2012.
De griffier, De voorzitter,
J.Vervuurt H.M.J.M. van Beers
Tarieventabel, behorende bij de
"Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2013".
1.Tarieven voor het parkeren bij parkeerapparatuurplaatsen als bedoeld in artikel 1,
2.Tarieven voor het parkeren bij parkeerapparatuurplaatsen op parkeerterreinen als bedoeld
2.in artikel 1,onderdeel a bedragen:
3. Tarieven voor het parkeren anders dan met betaling bij parkeerapparatuur als bedoeld in artikel 1, onderdeel a bedragen:
Moutfabriek, Stationspark, Wilhelminaplein, parkeerplaats Roersingel, De Ster, Wilhelminasingel (parallelweg N280), ECI-terrein, Akcrosterrein en straten rondom de Reinald Residentie | |||
4. Tarieven voor het parkeren middels een vergunning als bedoeld in artikel 1,