Organisatie | Barendrecht |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening inzake werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en leidingen, niet zijnde telecommunicatiekabels |
Citeertitel | Kabels- en leidingenverordening gemeente Barendrecht |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vastgesteld en bekendgemaakt als onderdeel van het verzamelbesluit ‘Eerste wijziging van de Verordening implementatie Wet elektronische bekendmaking 2012\Raad’.
Artikel 8 bevat een hardheidsclausule.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
07-12-2012 | 31-12-2016 | nieuwe regeling | 16-10-2012 Blik op Barendrecht, 06-12-2012 | 358812 |
De raad van de gemeente Barendrecht.
Overwegend, dat voor het leggen, hebben, onderhouden en verwijderen van kabels en leidingen op openbare gronden vergunning op publieksrechtelijke grondslag verlangd wordt ter ordening van de ondergrondse ruimte, handhaving van de openbare orde en bescherming van gemeentelijke eigendommen;
gezien de adviezen van de commissie Grondgebied ………….2004 ;
gelet op het bepaalde in artikel 149 van de Gemeentewet;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van……………..;
verordening inzake werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en leidingen, niet zijnde telecommunicatiekabels. (citeertitel Kabels- en leidingenverordening gemeente Barendrecht)
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
kabels en de daarbij behorende ondersteuningswerken, beschermingswerken en signaalinrichtingen, alsmede inrichtingen die zijn bestemd om verbinding tot stand te brengen tussen kabels in, op of boven openbare gronden enerzijds en kabels in gebouwen en daarmee één geheel vormende gronden anderzijds, dan wel tussen laatstgenoemde kabels onderling;
leidingen en daarbij behorende ondersteuningswerken, beschermingswerken en signaalinrichtingen, alsmede inrichtingen, die bestemd zijn om verbindingen tot stand te brengen tussen leidingen in, op of boven openbare gronden enerzijds en leidingen in gebouwen en daarmee één geheel vormende gronden anderzijds, dan wel tussen laatstgenoemde leidingen onderling;
het college zal voor het gebruik van de openbare gronden, ten behoeve van het hebben van kabels of leidingen in haar grond geen vergoeding op publieksrechtelijke grondslag verlangen. Dit brengt met zich mee dat de gemeente over haar grond moet kunnen beschikken, ten behoeve van het uitvoeren van haar publieke taken. De eventuele omlegkosten van kabels en leidingen zijn, met in achtneming van de AWB art 3.2 en 3.4 resp. zorgvuldigheidsbeginsel en het motiveringsbeginsel, voor rekening van de eigenaar/beheerder van de kabels of leidingen.
Artikel 3 Tijdstip van aanvraag van voorgenomen werkzaamheden
Een (nuts)bedrijf dat werkzaamheden wil verrichten, vraagt minimaal vier weken voor de aanvang van de werkzaamheden daarvoor toestemming bij het college.
Artikel 4 Melding werkzaamheden
De aanvraag dient gericht te worden aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Barendrecht onder vermelding van:
Artikel 6 Zakelijk karakter vergunning
Indien het eigendom van een kabel of leiding wordt overgedragen, is de vervreemder verplicht de plichten op te leggen aan de rechtsopvolger. Indien en voorzover de plichten niet expliciet zijn overgedragen, gelden deze echter onverkort voor de rechtsopvolger.
Het (nuts)bedrijf stelt het college onverwijld in kennis van het feit dat het eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel of leiding verandert.
Het college kan in bijzondere gevallen, ten aanzien van overeenkomsten, afwijken van het bepaalde in deze verordening.
aldus besloten in openbare vergadering
van de raad van de gemeente Barendrecht
de griffier de voorzitter
Mevrouw mr. G.E. Figge M. Th. van de Wouw
Bijlage 1 Toelichting Kabels- en leidingenverordening.
De gemeente is de natuurlijke spelbepaler in de coördinatie van activiteiten in de openbare ruimte. Voor de aanleg van telecommunicatiekabels in de zin van de Telecommunicatiewet is de gemeente door de wetgever aangewezen om de coördinatie van deze kabels binnen haar gemeentegrenzen te regelen. Hiervoor is op 27-9-1999 de Telecommunicatieverordening gemeente Barendrecht vastgesteld. De coördinatie bij aanleg, beheer en opruiming van de overige kabels en leidingen is een autonome taak van de gemeente en kan geregeld worden naar eigen inzicht, zonder specifieke wettelijke regelingen. De algemene relevante wetgeving op dit gebeid is artikel 16 van de Wet energiedistributie. Tevens zijn er wettelijke richtlijnen voor kabels en leidingen, die direct gevaar op kunnen leveren voor de volksgezondheid. Tot op heden zijn al deze vergunningen verleend op privaatrechtelijke basis. Met de reguliere nutsbedrijven zijn contracten gesloten, waarin het leggen van kabels en leidingen is vastgelegd. De Kabels- en leidingenverordening is een nieuwe verordening en vervangt op termijn de contracten (geheel of gedeeltelijk) met de nutsbedrijven. Het doel is éénduidigheid te creëren bij aanleg van alle kabels en leidingen. De publieksrechtelijke regeling voor de telecommunicatiekabels is in deze leidend geweest. De verordening regelt de aanleg van kabels en leidingen in de openbare ruimte en schept tevens de mogelijkheid nadere regels te stellen ter uitvoering van de voorgenomen werkzaamheden. Zo wordt de “Leidraad inzake (her)straatwerkzaamheden kabels en leidingen” als beleidsregel vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders. Deze beleidsregel beschrijft gedetailleerd de wijze van aanleg en herstel van de eigendommen van de gemeente, zoals wegverhardingen welke ten behoeve van de aanleg van kabels of leidingen zijn opgebroken en de tarieven voor het herstel van de verhardingen. De verordening regelt niets op het vlak van levering of dienstverlening van de kabel- of leidingbeheerder. De regeling is een instrument ter sturing van de effecten van kabels en leidingen tijdens aanleg en onderhoud en dient de openbare orde te waarborgen. Tevens wordt met de regeling beoogd meer grip te krijgen op de invloed van de aanwezigheid van kabels en leidingen in de ruimtelijke zin. De kostbare openbare ruimte moet door de gemeente effectief worden ingericht en beheert, waarbij de aanwezigheid van kabels en leidingen van grote invloed is (financieel en ruimtelijk) op de (her)inrichting van de openbare ruimte.
De verordening is gericht op het publieke belang en moet de aanleg van goede nutsvoorzieningen tegen maatschappelijk verantwoorde kosten mogelijk maken. De financiële uitgangspunten zijn voor de gemeente gericht op het schadeloos zijn van de gevolgen, veroorzaakt door kabels en leidingen van nutsbedrijven. Concreet betekent dit het heffen van leges, het hanteren van een vergoedingsregeling voor straatwerk en een verlegregeling ten uitvoering van de publieke taken van de gemeente. Bij het uitvoeren van de Telecommunicatieverordening maakt de gemeente gebruik van de vastgestelde tarieven in de Legesverordening, de nieuwe herstraatregeling en de Richtlijn Tarieven (graaf)werkzaamheden Telecom, zoals door de VNG is opgesteld en geadviseerd in haar ledenbrief. Voor de overige kabels en leidingen is “de Leidraad inzake (her)straatwerkzaamheden kabels en leidingen“ van toepassing. Deze bestaat uit een systematiek van regels en richtlijnen met daarop afgestemde financiële voorwaarden. Deze financiële voorwaarden zijn opgebouwd uit 4 soorten kosten namelijk uitvoeringskosten, onderhoudskosten, kosten voor exploitatieverzwaring en beheerkosten. In de toegepaste systematiek wordt onder de term beheerkosten verstaan, de kosten voor tracévaststelling, coördinatie, registratie, toezicht en het verlenen van de vergunning.
Om niet tweemaal dezelfde kosten in rekening te brengen, worden geen legeskosten berekend. Uitzondering hierop is een tracéaanvraag geheel gelegen in bermen of onverhard terrein. Hier worden de tarieven gehanteerd conform de legesverordening onder nr. 19.7.1. De systematiek met de financiële voorwaarde voor tracés onder verhardingen is in samenspraak met de nutsbedrijven tot stand gekomen en wordt jaarlijks geïndexeerd. De vergoedingen voor herstel van groenvoorzieningen worden gebaseerd op werkelijk gemaakte kosten.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Het ligt binnen de autonome bevoegdheid van het college om binnen de gestelde kaders van de verordening nadere regels te stellen ter regeling of ten gevolge van:
Hier wordt expliciet geregeld, dat voor het hebben van kabels en leidingen in openbare gronden geen vergoeding wordt verlangd, zoals precariobelasting. Als tegenprestatie voor kosteloos gebruiken van deze gronden, wordt van de vergunninghouder verlangd, dat de kabels en/of leidingen op kosten van de kabel- of leidingbeheerder worden verlegd, indien de gemeente over haar grond wil beschikken ter uit voering van haar publieke taken. De angst bij de nutsbedrijven is, dat de gemeente onredelijk of te pas en te onpas gratis verleggingen gaat verlangen. Dit is echter ongegrond, omdat de gemeente gehouden is aan de a.b.b.b. uit de Awb. Deze geeft de grondslag voor nadeelcompensatie. Er bestaat geen specifieke wettelijke regeling voor (financiële)compensatie voortvloeiend uit een rechtmatige overheidsdaad (bijvoorbeeld het oprichten van een publiek gebouw of aanleg van een weg), zoals bij uitvoering van de wet op de ruimtelijke ordening en de onteigeningswet een schadevergoedingsregeling voorhanden is. Wel bevat de Algemene wet bestuursrecht twee samenhangende bepalingen, waarin de grondslag voor nadeelcompensatie is gecodificeerd. Artikel 3.2 en 3.4 lid 1 Awb houden in, dat aan overheidsbesluiten een belangenafweging dient vooraf te gaan. Via de schakelbepaling van artikel 3.1 lid 2 Awb zijn deze bepalingen van overeenkomstige toepassing op privaatrechtelijk en feitelijk handelen van de overheid. Het tweede lid van artikel 3.4 Awb geeft aan, dat de nadelige gevolgen van een besluit voor één of meer belanghebbende niet onevenredig mogen zijn in verhouding tot de met het besluit te dienen doelen. Het in het eerste lid gecodificeerde zorgvuldigheidsbeginsel, in samenhang met het evenredigheidsbeginsel in het tweede lid en het hieraan ten grondslag liggende "égalité devant les charges publiques" (gelijkheid voor de openbare lasten) impliceren een gehoudenheid tot compensatie, indien ten gevolge van een overigens rechtmatig overheidshandelen, de belangen van derden onevenredig worden geschaad. Het vergt van de organisatie wel een gedisciplineerde handelswijze bij totstandkoming van een overheidsdaad. Er moet dus gemotiveerd kunnen worden waarom en vanuit welk belang gehandeld wordt. Maatschappelijke relevantie is hierin een zeer bepalende factor. Dit moet vertaald kunnen worden ter onderbouwing van de afweging bij het bepalen van een eventueel nadeel voor betrokken partijen. Het belang moet dus meetbaar zijn of gemaakt worden bij benadering. Input wordt geleverd door beleid van de gemeente en de instrumenten, die daarbij gehanteerd worden, denk bijvoorbeeld aan het wegbeheerpakket, welke de noodzaak van een wegrehabilitatie onderbouwd en rechtvaardigt. Of een besluit van B&W tot herinrichting van een gebied op basis van plannen met bijbehorende procedures. Het geeft dus geen pas als de nutsbedrijven te laat geïnformeerd worden over de plannen van de gemeente.
Artikel 3 Tijdstip van aanvraag van voorgenomen werkzaamheden
In art. 4.13 Awb wordt de beslistermijn voor besluiten op 8 weken gesteld. Op uitdrukkelijk verzoek van de nutsbedrijven is deze termijn op 4 weken gesteld. In de praktijk blijkt dit een redelijke termijn. Doordat het niet de gewoonte is dergelijke besluiten te publiceren, wordt de doorlooptijd aanzienlijk verkort. Gezien de door het MT vastgestelde algemene afdoeningtermijn van 4 weken past het binnen het beleid van de gemeente Barendrecht.
Artikel 4 Melding werkzaamheden
Gegevens, die op basis van artikel 4.2 van de Awb moeten worden vermeld, zoals de dagtekening van de aanvraag zijn niet nog eens opgenomen in de opsomming van artikel 3. De verplichting om deze gegevens te verstrekken, volgt immers rechtstreeks uit de Awb.
van belang is te weten wie de eigenaar, dan wel bloot eigenaar van het geplaatste object in de ondergrond is en tevens wie de feitelijke beheerder is aan wie het beheer en onderhoud is gedelegeerd. In het huidige klimaat waarin privatisering van nutsvoorzieningen verder doorgevoerd wordt, komt het steeds vaker voor, dat de eigenaar niet vanzelfsprekend de beheerder is.
uit het uitvoeringsplan moet blijken op welke wijze, door wie en op welk tijdstip de werkzaamheden worden uitgevoerd.
Artikel 5 Voorschriften en beperkingen bij vergunning
De afweging van belangen kan ertoe leiden, dat aan de vergunning voorschriften of beperkingen worden verbonden. De coördinatieplicht van gemeente volgt uit de Telecommunicatiewet en geeft dus tevens richting aan de houding van de gemeente ten aanzien van de overige nutsvoorzieningen. De houding van de overheid moet immers naar alle partijen gelijk zijn. Dit brengt met zich mee, dat vanuit de gemeente zo veel mogelijk onderzocht wordt of verschillende verzoeken tot werkzaamheden in de openbare grond niet kunnen worden gecombineerd. Dit voorkomt, dat een weg bijvoorbeeld om het halfjaar wordt opengebroken. Voor bijvoorbeeld burgers, ondernemers, etc. kan dit veel overlast met zich meebrengen. Daarnaast kan het ook in het belang van de aanbieders van nutsvoorziening zijn om gezamenlijk de kosten van de werkzaamheden te dragen. Niet alleen beperkingen in de tijd kunnen aan het instemmingbesluit worden verbonden, maar ook voorschriften of beperkingen betreffend de wijze van uitvoering. Een bepaald traject van de kabel kan, gelet op de belangen, die genoemd worden in het eerste lid, op grote bezwaren stuiten. Het is dan van belang om samen met de aanbieder te onderzoeken of de kabel ook via een ander traject kan worden aangelegd. De gemeente kan vervolgens instemming geven voor een van de melding afwijkend traject.
Artikel 6 Zakelijk karakter vergunning
Het verdient de aanbeveling om aan de vergunning een zakelijk karakter mee te geven. In de situatie, dat een nieuwe eigenaar van de kabel of leiding gebruik maakt, is het gewenst, dat ook voor hem de voorschriften en beperkingen gelden, die aan de vergunning zijn verbonden. Het is bijvoorbeeld van belang, dat ook een nieuwe aanbieder zich houdt aan het voorschrift over het ruimen van de kabel, indien deze niet meer ten dienste staat van een openbare nutsvoorziening.
Voor de gemeente is het van belang om een actueel overzicht te hebben en te houden van de ondergrondse infrastructuur. Daarbij gaat het niet alleen om waar welke kabels en leidingen liggen, maar ook wie de eigenaar is, de beheerder of de exploitant. Om deze reden is in de verordening een verplichting opgenomen om de wijziging van het eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel en/of leiding te melden. Het eigendom, de exploitatie of het beheer kunnen in verschillende handen liggen. Het is bijvoorbeeld mogelijk, dat de aanbieder niet alleen degene is die gebruikmaakt van de kabel (de exploitant), maar ook het eigendom van de kabel heeft, terwijl het beheer van de kabel is uitbesteed aan een aannemer die alle onderhoudswerkzaamheden uitvoert.
In dit artikel hebben burgemeester en wethouders de bevoegdheid af te wijken van het bepaalde in deze verordening. De toepassing van deze hardheidsclausule geldt, zoals vermeld, in bijzondere gevallen en heeft plaats bij uitzondering. In verband met mogelijke precedentwerking moet de gemeente zorgvuldig motiveren, waarom van de verordening wordt afgeweken.