Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Uithoorn

Verordening Seniorenraad Uithoorn 2000

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieUithoorn
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Seniorenraad Uithoorn 2000
CiteertitelVerordening Seniorenraad Uithoorn 2000
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Datum inwerkingtreding bij benadering.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 82 
  2. Gemeentewet, art. 91 
  3. Gemeentewet, art. 156 

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

26-09-2007nieuwe regeling

23-11-2000

-

BI00.0969

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening Seniorenraad Uithoorn 2000

gelet op de artikelen 82 en 91 en 156 van de Gemeentewet;

besluit:

  • 1.

    de "Verordening Seniorenraad Uithoorn 1999", vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van 25 februari 1999, nr. 3, in te trekken met ingang van de dag waarop de onder 2. genoemde verordening in werking treedt;

  • 2.

    vast te stellen de volgende "VERORDENING SENIORENRAAD UITHOORN 2000";

  • 3.

    het toegevoegde artikel 4, vierde lid onder c., ook van toepassing te laten zijn op de zittende leden, zodanig dat voor ieder zittend lid geldt dat hij in totaal maximaal acht jaar in de Seniorenraad actief kan zijn.

Begripsbepalingen.

Artikel 1.

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1.

    gebonden leden:

  • leden van de Seniorenraad, voor benoeming daarin voorgedragen uit de kring van de ouderenbonden;

  • 2.

    niet-gebonden leden:

  • leden van de Seniorenraad, voor benoeming daarin voorgedragen door de Seniorenraad; al dan niet lid zijnde van een der ouderenbonden.

  • 3.

    rechtstreekse leden:

  • leden van de Seniorenraad, die na openbare bekendmaking van de vacature door het college benoemd worden;

  • 4.

    het college:

  • burgemeester en wethouders van Uithoorn.

Taak van de Seniorenraad.

Artikel 2.

  • 1.

    Er is een vaste commissie, genaamd Seniorenraad, die het gemeentebestuur van advies dient.

  • 2.

    Het college vraagt de Seniorenraad steeds om advies omtrent beleidsaangelegenheden die ouderen specifiek aangaan. Omtrent overige beleidsaangelegenheden kan het college eveneens advies vragen. De Seniorenraad kan ook ongevraagd advies uitbrengen.

  • 3.

    Indien en voor zover het college afwijkt van een advies van de Seniorenraad zal het die raad daarvan met redenen omkleed in kennis stellen.

Samenstelling van de Seniorenraad.

Artikel 3.

  • 1.

    De Seniorenraad bestaat uit vier gebonden leden, twee niet-gebonden leden en drie rechtstreekse leden, allen door het college benoemd.

  • Het college benoemt ook negen plaatsvervangende leden, op wie deze verordening van overeenkomstige toepassing is.

  • 2.

    1. Voor de benoeming van de vier gebonden leden en hun plaatsvervangers doen de ouderenbonden Uithoorn/De Kwakel een voordracht aan het college.

    • 2.

      Voor de benoeming van de twee niet-gebonden leden en hun plaatsvervangers doet de Seniorenraad een voordracht aan het college.

    • 3.

      Voor benoeming van de drie rechtstreekse leden en hun plaatsvervangers wordt een oproep in de plaatselijke krant geplaatst, zich voor het lidmaatschap van de Seniorenraad beschikbaar te stellen. Het college, de Seniorenraad gehoord hebbende, besluit over de benoeming van de rechtstreekse leden en hun plaatsvervangers. Het staat een ieder vrij om personen aan het college voor te dragen.

  • 3.

    Om tot lid van de Seniorenraad benoemd te worden, dient men te voldoen aan de volgende voorwaarden:

    • o

      55 jaar of ouder;

    • o

      woonachtig in de gemeente Uithoorn;

    • o

      niet in dienstverband bij instellingen die zich op welke wijze en in welke mate dan ook, bezig houden met, c.q.betrokken zijn bij beleidsbepalend danwel beleidsuitvoerend ouderenwerk.

  • 4.

    Bij de personele invulling van de Seniorenraad wordt gestreefd naar een evenwichtige verdeling tussen mannen en vrouwen.

  • 5.

    De Seniorenraad kiest uit zijn midden zowel een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter, als een secretaris en een plaatsvervangend secretaris.

Benoeming, ontslag en zittingsduur.

Artikel 4

  • 1.

    1. De leden van de Seniorenraad, voorgedragen volgens het systeem genoemd in artikel 3 lid 2, worden conform de voordracht benoemd door het college.

    • 2.

      Wanneer het college bij benoeming wil afwijken van de voordracht volgens artikel 3 is bekrachtiging door de gemeenteraad noodzakelijk.

  • 2.

    1. De benoeming van de leden van de Seniorenraad geschiedt voor een periode van vier jaar.

    • 2.

      Een lid van de Seniorenraad kan aansluitend niet meer dan één maal worden herbenoemd.

  • 3.

    Het college ontslaat de leden van de Seniorenraad.

  • 4. 

    1. De leden van de Seniorenraad kunnen te allen tijde schriftelijk ontslag vragen aan het college.

    • 2.

      Bij ontslag of ontstentenis van een lid van de Seniorenraad kan het plaatsvervangend lid zitting nemen tot maximaal het eind van de lopende zittingsperiode, danwel tot dat het college voor het restant van bedoelde periode een nieuw lid heeft benoemd.

    • 3.

      Een nieuw lid dat ter vervanging van een ander lid gedurende de zittingsperiode benoemd wordt kan een volledige zittingsperiode (vier jaar) lid blijven van de Seniorenraad en komt daarna volgens de gebruikelijke regels voor herbenoeming in aanmerking.

  • 5.

    Een ouderenbond die een lid ter benoeming heeft voorgedragen ingevolge het bepaalde in artikel 3, tweede lid, sub a, kan de gemeenteraad adviseren om dat lid te ontslaan wanneer er sprake is van duidelijk disfunctioneren van dat lid.

  • 6. 

    1. Ontslag op advies van een ouderenbond als genoemd in lid 5 van dit artikel vindt plaats door de gemeenteraad.

    • 2.

      De gemeenteraad beslist niet eerder op een advies als bedoeld in lid 5 van dit artikel dan nadat zij:

      • 1.

        heeft vastgesteld dat het betrokken lid niet bereid is uit zichzelf ontslag te nemen;

      • 2.

        heeft vastgesteld dat het advies van de desbetreffende ouderenbond wordt gedragen door het daartoe bevoegde orgaan van die bond.

  •  

Vergaderingen en besluitvorming.

Artikel 5.

  • 1.

    De Seniorenraad vergadert zo dikwijls hij dit nodig vindt.

  • 2.

    De vergaderingen van de Seniorenraad zijn openbaar.

  • Op voorstel van de voorzitter of ten minste éénvijfde van de aanwezige leden kan de raad besluiten met gesloten deuren te vergaderen.

  • 3.

    Vaststelling van een uit te brengen advies dient te geschieden in een vergadering waarin ten minste vijf leden van de Seniorenraad aanwezig zijn.

  • 4.

    Indien over een uit te brengen advies door geen van de leden van de Seniorenraad stemming wordt verlangd, wordt het advies geacht met algemene stemmen te zijn vastgesteld. Desgewenst wordt het standpunt van de minderheid in het advies opgenomen.

  • 5.

    De Seniorenraad kan met betrekking tot specifieke onderwerpen besluiten een subcommissie in te stellen; aan een vergadering van een subcommissie kan ook door niet-leden worden deelgenomen.

  • 6.

    De voorzitter en de secretaris vormen samen met een daartoe door de Seniorenraad uit zijn midden gekozen derde lid, het dagelijks bestuur van de Seniorenraad.

  • 7.

    De Seniorenraad kan één of meer leden aanwijzen om namens hem zitting te nemen in gemeentelijke werkgroepen. De Seniorenraad heeft uiteindelijk een eigen adviesbevoegdheid.

  • 8.

    Van de Seniorenraad uitgaande stukken worden ondertekend door de secretaris en de voorzitter.

Slotbepalingen.

Artikel 6.

  • 1.

    De Seniorenraad kan een huishoudelijk reglement vaststellen, dat geen bepaling mag bevatten in strijd met deze verordening.

  • 2.

    Het reglement en eventuele daarin aangebrachte wijzigingen dienen ter kennis van de gemeenteraad te worden gebracht.

Artikel 7.

  • 1.

    Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening Seniorenraad Uithoorn 2000".

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van haar bekendmaking.

Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van Uithoorn van 23 november 2000, nr. 3

de secretaris,   de burgemeester,

(mr G. Roodhart)   (mevr. H.L. Groen)