Organisatie | Assen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten voor de Noorder-en Zuiderbegraafplaats 2013 |
Citeertitel | Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten voorde Noorder-en Zuiderbegraafplaats 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | algemeen bestuur |
Geen.
Gemeentewet, artikel 229, lid 1 aanhef en onderdelen a en b.
NVT
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2013 | 28-12-2017 | Nieuwe regeling | 08-11-2012 | Onbekend |
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel voor wie de
dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik
ARTIKEL 5 MAATSTAF VAN HEFFING EN BELASTINGTARIEF
De rechten worden geheven naar de maatstaven en tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende Tarieventabel gemeente Assen voor belastingen, heffingen en rechten.
Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
ARTIKEL 8 ONTSTAAN VAN DE BELASTINGSCHULD EN HEFFING NAAR TIJDSGELANG VAN DE JAARLIJKS VERSCHULDIGDE RECHTEN
De onderhoudsrechten als bedoeld in hoofdstuk 7 van de Tarieventabel zijn verschuldigd bij aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is bij de aanvang van de belastingplicht.
Indien de belastingplicht in de loop van het jaar aanvangt, zijn de rechten in hoofdstuk 6.5 van de Tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelte van de voor dat jaar verschuldigde rechten als in dat jaar na aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op de ontheffing van de rechten bedoeld in hoofdstuk 7.5 van de Tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na aanvang van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 15,00.
ARTIKEL 9 ONTSTAAN VAN DE BELASTINGSCHULD VOOR DE OVERIGE RECHTEN
Andere rechten dan bedoeld in hoofdstuk 7.4 van de Tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.