Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Ommen

Regeling bijdragen in de kosten van onderhoud van in bedrijf en niet in bedrijf zijnde molens in de gemeente Ommen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOmmen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingRegeling bijdragen in de kosten van onderhoud van in bedrijf en niet in bedrijf zijnde molens in de gemeente Ommen
CiteertitelRegeling bijdragen in de kosten van onderhoud van in bedrijf en niet in bedrijf zijnde molens in de gemeente Ommen
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 149

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-1998nieuwe regeling

26-03-1998

Ommer Nieuws, 08-04-1998

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

REGELING BIJDRAGEN IN DE KOSTEN VAN ONDERHOUD VAN IN BEDRIJF EN NIET IN BEDRIJF ZIJNDE MOLENS IN DE GEMEENTE OMMEN

 

 

Artikel 1

Burgemeester en wethouders kunnen in de jaarlijkse kosten van onderhoud van in bedrijf zijnde en niet in bedrijf zijnde molens in de gemeente, voor zover dit onderhoud op enigerlei wijze nuttig en/of noodzakelijk is voor de instandhouding en het behoud van de molens, een jaarlijkse bijdrage verlenen.

Artikel 2
  • 1.

    Als in bedrijf zijnde molens, in de zin van deze regeling worden aangemerkt die molens, welke als bedrijf of deel daarvan op geregelde tijden bijvoorbeeld als maalwerktuig in gebruik zijn.

  • 2.

    Als niet in bedrijf zijnde molens worden in deze regeling aangemerkt die molens, welke als bedrijf of als onderdeel daarvan niet meer als maalwerktuig in werking zijn.

Artikel 3

In de onderhoudskosten van molens als bedoeld in artikel 2, tweede lid, wordt geen subsidie toegekend indien deze als woning, café of dergelijke zijn ingericht en door verbouwing niet meer maalvaardig zijn.

Artikel 4

De jaarlijks toe te kennen bijdrage bedraagt:

  • 1.

    voor in bedrijf zijnde molens 35% van de door het rijk subsidiabel verklaarde onderhoudskosten;

  • 2.

    voor niet in bedrijf zijnde molens 35% van de door het rijk subsidiabel verklaarde onderhoudskosten.

Voor de door het rijk subsidiabel verklaarde onderhoudskosten als bedoeld onder 1 en 2 worden verschillende maxima gehanteerd.

Artikel 5

Burgemeester en wethouders kunnen aan de toekenning van een bijdrage voorwaarden verbinden.

Artikel 6

Deze gewijzigde regeling wordt geacht te zijn in werking getreden op 1 januari 1998.