Organisatie | Gorinchem |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beheersverordening begraafplaatsen gemeente Gorinchem 2012 |
Citeertitel | Beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Gorinchem 2012 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | Begraafplaatsen |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-12-2012 | 26-06-2018 | Wijzigingen in de Wet op de Lijkbezorging | 29-11-2012
| 2012-876 | |
05-12-2012 | Wijzigingen in de Wet op de Lijkbezorging | 29-11-2012
| 2012-876 |
Hoofdstuk 1 Inleidende bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
• de algemene begraafplaats “de Haarhof” aan de Haarweg, de algemene begraafplaats aan de Willem de Vries Robbéweg, de rooms katholieke begraafplaats aan de Arkelse Onderweg, de algemene begraafplaats Dalem aan de Merwededijk en de Israëlitische begraafplaats aan de Willem de Vries Robbéweg;
• b. beheerder van de begraafplaatsen:
De ambtenaar die belast is met de leiding van de begraafplaatsen, dan wel diens plaatsvervanger(s);
een betonnen of gemetselde constructie waarin maximaal drie lijken worden begraven of drie asbussen worden bijgezet;
natuurlijk persoon of rechtspersoon aan wie een uitsluitend recht is verleend op een particulier graf, particulier kindergraf, een particulier urnengraf, particuliere urnennis of particuliere verstrooiingsplaats, dan wel degene die redelijkerwijze geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden;
natuurlijk persoon of rechtspersoon aan wie een recht tot gebruik van een ruimte in een algemeen graf, een algemeen urnengraf, een algemeen kindergraf, een algemeen urnengraf, een algemene urnennis of een algemeen verstrooiingsplaats is verleend, dan wel degene die redelijkerwijze geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden;
een graf, keldergraf daaronder begrepen, ten aanzien waarvan voor 30 jaar of onbepaalde tijd aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:
1. het doen begraven en begraven houden van lijken;
2. het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
3. het doen verstrooien van as;
met een maximum van drie stoffelijke overschotten;
een graf, ten aanzien waarvan voor 30 jaar of onbepaalde tijd aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon, het uitsluitend recht is verleend tot:
1. het doen begraven en begraven houden van het stoffelijk overschot van één kind beneden de 12 jaar;
2. het doen bijzetten en bijgezet houden van één asbus of één urn bevattende as van het stoffelijk overschot van één kind beneden de 12 jaar;
een graf, bij de gemeente in beheer, uitsluitend bestemd voor het begraven van stoffelijke overschotten en ten aanzienwaarvan de termijn is vastgesteld op 20 jaren zonder mogelijkheid van verlenging;
een grafruimte, bij de gemeente in beheer, uitsluitend bestemd voor het begraven van een stoffelijk overschot van één kind beneden de 12 jaar en ten aanzien waarvan de termijn is vastgesteld op 20 jaren zonder mogelijkheid van verlenging;
een voorwerp ter berging van een of meer asbussen;
een bus ter berging van de as van een overledene;
een graf waarvan voor 30 jaar of onbepaalde tijd aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon, het uitsluitend recht is verleend tot:
1. het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
2. het doen verstrooien van as;
met een maximum van drie stoffelijke overschotten;
een nis waarvan voor een periode van 30 jaar aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon, het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen, voor maximaal drie stoffelijke overschotten ;
• o. particuliere asverstrooiingsplaats:
een plaats waarvan voor een periode van 30 jaar aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend om daarop as te doen verstrooien voor maximaal drie stoffelijke overschotten;
• p. algemene asverstrooiingsplaats:
een plaats, bij de gemeente in beheer, waarop as wordt verstrooid;
een graf, bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen waarvan de termijn is vastgesteld op 20 jaren zonder mogelijkheid van verlenging;
een nis, bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen waarvan de termijn is vastgesteld op 20 jaren zonder mogelijkheid van verlenging ;
gedenkteken en grafbeplanting op een graf of verstrooiingsplaats;
• t. uitsluitend recht: een recht als hierboven bedoeld onder g, h, m, n, o, (respectievelijk een particulier graf, een particulier kindergraf, een particulier urnengraf, een particuliere urnennis en een particuliere asverstrooiingsplaats;
• u. voor onbepaalde tijd: uitgifte voor een termijn die voortduurt uiterlijk tot aan het tijdstip waarop het terrein met inachtneming van de wettelijke voorschriften aan zijn bestemming van begraafplaats zal zijn onttrokken;
• v. bijzondere uren van begraven: hiermee wordt bedoeld alle uren die vallen op zaterdag, zondagen en officiële feestdagen en alle uren op de overige dagen die vallen buiten de uren tussen 09.00 en 15.30 uur.
Hoofdstuk 2 Openstelling, orde en rust op de begraafplaats
Herdenkingsbijeenkomsten, onthullingen van gedenktekens en dergelijke plechtigheden op de begraafplaats kunnen slechts plaatsvinden nadat deze ten minste zes werkdagen tevoren zijn gemeld aan de beheerder. Datum en uur van de plechtigheid en de wijze waarop deze zal plaatsvinden worden in overleg met de aanvrager door de beheerder vastgesteld.
Hoofdstuk 3 Voorschriften voor lijkbezorging
Artikel 7 Kennisgeving begraven en asbezorging, openen en sluiten van het graf
Degene die wil doen begraven, as wil doen bijzetten of as wil doen verstrooien, geeft daarvan uiterlijk om 12.00 uur van de werkdag voorafgaande aan die waarop de begraving, bijzetting of verstrooiing zal plaatsvinden, schriftelijk kennis aan de beheerder. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Indien de burgemeester toestemming heeft gegeven om het lijk binnen 36 uur na het overlijden te begraven moet de kennisgeving aan de beheerder zo tijdig mogelijk worden gedaan.
Het openen van een graf ter begraving of voor het bezorgen van as, en het daarna sluiten van een graf, alsmede het bedienen van de hulpmiddelen mag uitsluitend geschieden door het personeel van de begraafplaats op aanwijzingen en onder toezicht van de beheerder. De nabestaanden kunnen deze werkzaamheden onder toezicht van de beheerder geheel of gedeeltelijk zelf verrichten indien zij hun wens daartoe uiterlijk om 12.00 uur van de voorafgaande werkdag mondeling of schriftelijk aan de beheerder hebben kenbaar gemaakt. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Zij dienen bij deze werkzaamheden de aanwijzingen van de beheerder op te volgen.
Artikel 8 Gebouwen en muziekinstallatie
Het gebruik van de aula van het uitvaartcentrum op de begraafplaats is mogelijk en kan bij de exploitant worden aangevraagd.
Artikel 9 Over te leggen stukken
Begraving of bijzetting in een particulier graf waarvan de uitgiftetermijn binnen de wettelijke minimum grafrusttermijn afloopt, kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de uitgiftetermijn met een zodanige periode dat de alsdan resterende uitgiftetermijn ten minste gelijk is aan de wettelijke minimum grafrusttermijn. De verlenging dient te worden aangevraagd door de rechthebbende of indien deze is overleden, door degene die in de uitvaart voorziet.
Artikel 10 Tijden van begraven en asbezorging
De tijd van begraven en het bezorgen van as is:
op werkdagen van 09.00 uur tot 15.30 uur;
op zaterdag, zon- en feestdagen van 09.00 uur tot 12.00 uur.
Onder feestdagen worden in dit verband verstaan:
Nieuwjaarsdag, Goede Vrijdag, tweede Paasdag, de dag waarop de verjaardag des
Konings wordt gevierd, 5 mei, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag, eerste en
Hoofdstuk 4 Indeling en uitgifte van de graven
Artikel 11 Indeling graven en asbezorging
Op de begraafplaats(en) kunnen worden uitgegeven:
a. particuliere graven, particuliere kindergraven en particuliere urnengraven;
c. particuliere verstrooiingsplaatsen.
De periode waarvoor een uitsluitend recht zal gelden, vangt aan op de datum waarop het recht is verleend.
Een uitsluitend recht kan slechts aan een rechthebbende worden verleend. De rechthebbende dient een natuurlijk persoon te zijn, doch in zeer bijzondere gevallen kan het college van burgemeester en wethouders, bij uitzondering, het uitsluitend recht verlenen aan een rechtspersoon.
Het aantal lijken per particulier graf bedraagt maximaal drie stuks met uitzondering van een particulier kindergraf waar een maximum geldt van één.
De particuliere urnengraven mogen maximaal drie asbussen, met of zonder urnen, bevatten.
Per particuliere urnennis mogen maximaal drie asbussen worden geplaatst.
Op een particuliere verstrooiingsplaats mogen maximaal drie verstrooiingen plaatsvinden.
De afmetingen van de (particuliere) graven en (particuliere) verstrooiingsplaatsen bedragen in lengterichting 250 cm. en in breedterichting 100 cm. De afmetingen van de (particuliere) urnengraven bedragen in lengterichting 100 cm en in breedterichting 100 cm. De afmetingen van (particuliere) kindergraven bedragen 125 cm in lengterichting en in breedterichting 70 cm.
Artikel 12 Aantal overledenen in algemene graven
Het aantal lijken per algemeen graf bedraagt maximaal drie stuks met uitzondering van een kindergraf waar een maximum geldt van één. De algemene urnengraven kunnen maximaal drie asbussen, met of zonder urnen, bevatten. In een algemene urnennis kunnen maximaal drie asbussen worden geplaatst.
Het college kan bij nader vast te stellen regels de algemene en particuliere graven onderverdelen in categorieën. Het college bepaalt voor de verschillende categorieën de situering en oppervlakte.
Artikel 15 Termijnen particuliere graven
Het college verleent, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats(en) dat toelaat, op een daartoe bij hen schriftelijk in te dienen aanvraag, voor de tijd van 30 jaar of voor onbepaalde tijd recht op een particulier graf en een particulier kindergraf. Voor een particuliere urnennis, een particulier urnengraf en een particuliere verstrooiingsplaats bedraagt de uitgifte termijn eveneens 30 jaar. De termijn gaat in op de datum waarop het particuliere graf is uitgegeven.
Het college kan aan de rechthebbende op een particulier graf vergunning verlenen tot het daarin voor eigen rekening doen aanbrengen van een grafkelder.
Artikel 17 Overschrijving van verleende rechten
Na het overlijden van de rechthebbende kan het recht op het particuliere graf worden overgeschreven op naam van een natuurlijk persoon of rechtspersoon, indien de aanvraag daartoe wordt gedaan binnen zes maanden na het overlijden van de rechthebbende. Indien de overleden rechthebbende in het graf dient te worden begraven, of indien de asbus met zijn resten in het graf dient te worden bijgezet, dient het verzoek tot overschrijving daaraan voorafgaand te worden gedaan.
Artikel 18 Afstand doen van graven
Zonder aanspraak te kunnen maken op enige vergoeding kan de rechthebbende schriftelijk afstand doen ten behoeve van de gemeente van het recht op het particuliere graf. Van de ontvangst van zodanige verklaring doen burgemeester en wethouders schriftelijk mededeling aan de rechthebbende.
Artikel 20 Vergunning grafbedekking
a. de afmetingen van de grafbedekking van particuliere graven en particuliere verstrooiingsplaatsen bedragen in de lengte richting 180 cm en in de breedterichting 85 cm, de hoogte mag niet meer bedragen dan 100 cm.
b. de afmetingen van de grafbedekking van particuliere kindergraven bedragen in de lengterichting 90 cm en in de breedterichting 50 cm, de hoogte mag niet meer bedragen dan 50 cm.
c. de afmetingen van de grafbedekking van particuliere urnengraven, algemene graven, algemene kindergraven en algemene urnengraven bedragen in de lengterichting 40 cm en in de breedterichting 60 cm. De stenen dienen liggend geplaatst te worden met de bovenzijde van de steen maximaal 5 cm boven het maaiveld.
d. afmetingen van grafbeplanting bedragen in lengterichting 180 cm en in breedterichting 85 cm. De hoogte van de beplanting mag niet meer dan 50 cm bedragen.
e. Algemene- en particuliere urnennissen worden van gemeentewege voorzien van een afdekplaat, steensoort Bianco Sardo of Nero Impala. Op verzoek kan deze afdekplaat voorzien worden van een naam, geboortedatum en overlijdensdatum in het lettertype Helvetica onderkast. De letters worden ingekleurd met grijze verf (RAL 7023) bij de Nero Impala en met zwarte verf (RAL 9005) bij Bianco Sardo.
Het college kan de vergunning weigeren indien:
a. niet voldaan wordt aan de vastgestelde nadere regels, genoemd in het derde lid;
b. de grafbedekking afbreuk doet aan het aanzien van de begraafplaats;
c. de duurzaamheid van de materialen onvoldoende is;
Artikel 21 Onderhoud door de gemeente
Voor wat betreft de graven waarvan de uitgifte dateert van voor de inwerkingtreding van deze verordening geldt dat de in het eerste lid bedoelde onderhoud alsnog van toepassing wordt:
a. bij verlenging van de uitgifte termijn overeenkomstig artikel 15;
b. bij overboeking op een nieuwe rechthebbende overeenkomstig artikel 17;
c. voor graven die met toepassing van artikel19 voor gesloten worden verklaard.
Artikel 22 Onderhoud door rechthebbende of gebruiker
Indien de rechthebbende of de gebruiker nalaat de grafbedekking behoorlijk te onderhouden of te herstellen, kan het college de hiervoor in aanmerking komende voorwerpen of zo nodig de gehele grafbedekking doen verwijderen. Het verwijderde blijft gedurende dertien weken ter beschikking van de rechthebbende of de gebruiker en vervalt daarna aan de gemeente, zonder dat deze tot enige vergoeding verplicht is.
De verwijdering vindt niet plaats dan nadat het college de rechthebbende of de gebruiker door middel van een verklaring schriftelijk op de hoogte heeft gesteld van de toestand van de grafbedekking. Wanneer het adres van de rechthebbende of de gebruiker niet bekend is maakt het college de verklaring bij de ingang van de begraafplaats op het mededelingenbord bekend. Bij het graf wordt een verwijzing naar de mededeling aangebracht.
Het college kan de rechthebbende of de gebruiker per aanschrijving verplichten een beschadiging aan de grafbedekking te herstellen binnen de door het college gestelde termijn indien de beschadiging zodanig is dat deze naar het oordeel van het college het uiterlijk aanzien van de begraafplaats schaadt of indien de beschadiging van de grafbedekking gevaar op levert voor derden.
Artikel 23 Niet-blijvende grafbeplanting
Niet-blijvende beplanting op een graf die in een verwaarloosde staat verkeert kan door de beheerder worden verwijderd zonder dat aanspraak kan worden gemaakt op schadevergoeding. Losse bloemen, planten, kransen en dergelijke kunnen, wanneer zij verwelkt zijn, door de beheerder worden verwijderd. Linten, siervazen en dergelijke voorwerpen worden gedurende dertien weken ter beschikking gehouden van de rechthebbende of, wanneer het een algemeen graf betreft, van de gebruiker, indien deze daartoe tevoren een aanvraag heeft ingediend bij de beheerder.
Artikel 24 Verwijdering grafbedekking na verstrijken van de termijn
Het voornemen tot verwijdering van de grafbedekking maakt het college ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd per brief aan de rechthebbende of, wanneer het een algemeen graf betreft, aan de gebruiker bekend. Wanneer het adres van de rechthebbende of gebruiker niet bekend is, maakt het college het voornemen tot verwijdering van de grafbedekking gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd door middel van een bij het graf te plaatsen bordje en bij de ingang van de begraafplaats bekend.
Hoofdstuk 6 Ruiming van graven, urnengraven en urnennissen
Artikel 25 Ruiming, bezorging van overblijfselen en as
Het voornemen van het college om een graf te ruimen wordt ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop het graf geruimd zal worden per brief aan de rechthebbende of, wanneer het een algemeen graf betreft, ten minste zes maanden en ten hoogste twaalf maanden voor het verstrijken van de termijn, schriftelijk mededeling aan de gebruiker van dat graf gedaan, wiens adres hem bekend is.
Wanneer het adres van de rechthebbende of gebruiker niet bekend is, maakt het college het voornemen tot ruiming van het graf gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip van ruiming door middel van een bij het graf te plaatsen bordje en bij de ingang van de begraafplaats op het mededelingenbord bekend.
Nabestaanden van een overledene die begraven is in een algemeen graf kunnen gedurende de in het eerste lid bedoelde termijn bij de beheerder een aanvraag indienen om bij ruiming de menselijke resten, indien mogelijk, bijeen te doen brengen voor crematie of voor herbegraving elders. Nabestaanden van een overledene waarvan een asbus, al of niet met een urn, is bijgezet in een algemeen graf kunnen bij de beheerder een aanvraag indienen om deze ter beschikking te houden voor herbegraving of verstrooiing elders.
De rechthebbende op een particulier graf kan bij de beheerder een aanvraag indienen om de menselijke resten te doen verzamelen om deze opnieuw in dezelfde grafruimte te doen plaatsen dan wel om deze te cremeren of elders opnieuw te doen begraven. De rechthebbende op een particulier urnengraf of particuliere urnennis kan bij de beheerder een aanvraag indienen de asbus ter beschikking te houden om elders bij te zetten of om de as te doen verstrooien.
Artikel 28 Intrekking oude regeling
De verordening op het beheer en gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen 2011, vastgesteld op 16 december 2010, wordt ingetrokken.
Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om vergunning op grond van de verordening op het beheer en gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen 2011 is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet op de aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.